Gebruik van de rijbaan Flashcards

1
Q

Bij het uitstappen:

A

Bij het uitstappen kijk je eerst in de binnenspiegel, dan in de buitenspiegel en daarna in de linker dode hoek, vervolgens open je het portier door met je linker hand de handgreep vast te pakken en met je rechterhand het portier te openen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Gevarendriehoek

A

Je bent niet verplicht een gevarendriehoek bij je te hebben in de auto. Het is wel verplicht een gevarendriehoek te plaatsen als de waarschuwingslichten (alarmlichten) van het voertuig niet werken en uw auto (en aanhangwagen) stilstaat op een plaats waar het voertuig een obstakel vormt dat niet tijdig door naderende bestuurders kan worden opgemerkt

De gevarendriehoek moet goed zichtbaar op de weg worden geplaatst op een afstand van ongeveer dertig meter van het voertuig en in de richting van het verkeer waarvoor het voertuig gevaar oplevert.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat doe je bij aquaplaning?

A

Laat het gas los

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Maximumsnelheid aanhangwagen

A

Snelweg: 90 km per uur

Buiten bebouwde kom: 80 km per uur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de verplichte documenten?

A
  • goedgekeurde kentekenplaten met hetzelfde kenteken.
  • de houderschapsbelasting moet zijn betaald. Belastingvrij zijn: aanhangers met een toegestane
    maximum massa van niet meer dan 750 kilo, caravans, vouwwagens en woonwagens.
  • geldig kentekenbewijs deel I A met de technische gegevens van de auto en deel I B met de
    gegevens van de eigenaar van de auto. Deel 2 bewaar je thuis op een veilige plaats, je hebt het pas
    nodig op het moment dat de auto van eigenaar verandert.
  • je rijbewijs, geen kopie!
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Om de hoeveel jaar moeten personenauto’s en bedrijfsauto’s die minder dan 3500 kg wegen gekeurd worden?

A

3 jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de maximumsnelheid binnen een erf?

A

15 km/uur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de voorrangsregels voor een tram?

A

Een tram heeft altijd voorrang tenzij er haaientanden zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wanneer hebben voetgangers voorrang?

A

Bij uitritten en rechtdoor gaan op dezelfde weg indien er iemand wilt afslaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke soorten stickers zijn er?

A

Geel: kan de rijvaardigheid beinvloeden
rood: bij gebruik geen voertuig besturen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly