Gassen & Dampen Flashcards
Wat zijn de triviale namen van:
- O2
- N2
- CO2
- CO
- He
- N2O
- H2O
- O2 = zuurstof
- N2 = stikstof
- CO2 = koolzuur
- CO = koolmonoxide
- He = Helium
- N2O = Lachgas
- H2O = Waterdamp
Wat gebeurt er bij de volgende faseovergangen:
- sublimeren
- condenseren
- verdampen
- stollen
- rijpen
- smelten
- sublimeren = van vaste naar gasvormige fase
- condenseren = van gasvormige naar vloeibare fase
- verdampen = van vloeibare naar gasvormige fase
- stollen = van vloeibare naar vaste fase
- rijpen = van gasvormige naar vaste fase
- smelten = van vaste naar vloeibare fase
Veel stoffen komen in drie fasen voor, ervan uitgaande dat alle stoffen uit heel kleine deeltjes (moleculen) bestaan. Omschrijf hoe de moleculen zich in elk van de drie fasen gedragen.
Vast:
De moleculen zitten gerangschikt in een vast partoon en blijven bij elkaar door cohesieve eigenschappen.
Vloeibaar:
Moleculen trillen met een bepaalde frequentie die toeneemt naarmate de (omgevings)temperatuur stijgt. De gerangschikte molecuulstructuur uit de vaste fase kan niet meer in stand gehouden worden. De moleculen bewegen nu langs elkaar heen maar de cohesie is nog sterk genoeg om ze dicht bij elkaar te houden.
Gas:
Hoe verder de temperatuur stijgt, hoe sneller de moleculen door elkaar heen bewegen, tegen elkaar aan botsen en hoe kleiner de cohesieve krachten. In gasvorm raken de moleculen los van elkaar en zo verspreidt een gas zich over de ruimte waarin het zich bevindt.
Hoe luidt de wet van Boyle en waar gaat die over?
Volume en druk zijn omgekeerd evenredig en het product is een constante. Voorwaarde is wel dat de temperatuur en hoeveelheid gelijk blijven.
De formule luidt: p * V = constant = p1 * V1 = p2 * V2
Hoe luidt de wet van Gay Lussac en waar gaat die over?
Druk (p):
Het lineaire verband tussen temperatuursstijging/-daling en druk bij een vaste hoeveelheid gas.
–> p / T = constant = p1 / T1 = p2 / T2
Volume (V):
Het volume en de temperatuur van een gas zijn recht evenredig bij een constante druk en hoeveelheid gas.
–> V / T = constant = V1 / T1 = V2 / T2
Hoe leiden de gaswetten van Boyle en Lussac samen tot 1 algemene gaswet?
p * V / T = constant
(p1 * V1) / T1 = (p2 * V2) / T2
Zie ook:
https://youtu.be/nHc7RW5srj0?feature=shared
Wat houdt het begrip ‘atmosferische druk’ in?
De druk die de dampkring op het aardoppervlak uitoefent is de atmosferische druk en geldt als referentie voor de druk die een gas uitoefent op de wand van de ruimte waarin het is opgesloten.
Hoe ontstaat verdamping?
Verdamping ontstaat doordat moleculen aan het oppervlak van een vloeistof ontsnappen aan de cohesieve krachten die de vloeistof bij elkaar houden. Die ontsnapping neemt toe naarmate de moleculen in de vloeistof sneller bewegen door een stijging van de temperatuur.
Welke scheikundige formules horen bij de volgende zuren:
- Ethaanzuur (azijnzuur)
- Fosforzuur
- Koolstofdioxide (koolzuurgas)
- Salpeterzuur
- Waterstofchloride
- Zwavelzuur
- Ethaanzuur (azijnzuur)
= CH3COOH (l) - Fosforzuur
= H3PO4 (s) - Koolstofdioxide (koolzuurgas)
= H2CO3 (aq) = H2O (l) + CO2 (aq) - Salpeterzuur
= HNO3 (l) - Waterstofchloride
= HCl (g) - Zwavelzuur
= H2SO4 (l)