frontaal Flashcards

1
Q

primaire motorische cortex

A

= enkelvoudige, piramide baan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

premotorische cortex

A

= complexe beweging
- sequentieel en simultaan
- supplementaire motorische cortex: plannen en programmeren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

cognitief model Norman en Shallice

A
  1. perceptueel: stimuli buitenwereld
  2. SCU: schema control units
    - TD: supervisory attention system (SAS)
    - BU: contention scheduling (automatisch, routine)

> > actie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

werkgeheigen model

A

centraal: executieve (supervisie)
> phonologische lus
> visuospatiale sketchpad

> > episdische buffer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

momentané confabulatiess vs fantastische spontane

A

momentane = plausible antwoord
vs
fantastisch = onrealitische (honest lying)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

prospectief geheugen

A

= taken in toekomst onthouden
- event based (context)
- time based (specifiek moment)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly