French Vocab a and b 1st pass Flashcards
1
Q
le francais
A
Het frans
2
Q
le prof
A
de docent
3
Q
l´exercice
A
de opdract
4
Q
oui
A
ja
5
Q
non
A
nee
6
Q
je ne sais pas
A
ik weet het niet
6
Q
je ne sais pas
A
ik weet het niet
7
Q
bonjour
A
hallo
8
Q
au revoir
A
tot ziens
9
Q
au revoir
A
tot ziens
10
Q
tres bien
A
heel goed
11
Q
c´est
A
het is
12
Q
ecoute
A
luister
13
Q
regarde
A
kijk naar
14
Q
lis
A
lees
15
Q
ecris
A
schrijf
16
Q
parle
A
spreek
17
Q
prends
A
pak, neem
18
Q
ouvre
A
open
19
Q
ferme
A
sluit
20
Q
cherche
A
zoek
21
Q
choisis
A
kies
22
Q
c´est quoi
A
wat is het
23
Q
je ne comprends pas
A
ik begrijp het niet
24
Q
prends le livre
A
pak het boek
25
Q
repete
A
herhaal
26
Q
responds
A
geef antwoord