Franse Zinnen Flashcards
1
Q
Begrijpen jullie het?
A
Est-ce que vous comprenez?
2
Q
Ja ik heb het begrepen
A
Oui, j’ai compris
3
Q
Non, je n’ai pas compris
A
Nee ik heb het niet begrepen
4
Q
Kan jij herhalen wat ik net heb gezegd
A
Est-ce que tu peux répéter ce que j’ai dit
5
Q
Wat heb ik gezegd?
A
Qu’ est-ce que j’ai dit?
6
Q
Wie begrijpt het niet
A
Qui n’a pas compris?
7
Q
Mevrouw, kan u dit herhalen?
A
Madame, est-ce que vous pouvez repétér?
8
Q
Laura kan je herhalen wat ik net heb gezegd
A
Laura, est-ce que tu peux répéter ce que j’ai dit?