Fiscaal Recht - 2024 - D2 Flashcards
Wat is de voldoeningsplicht inzake BTW en wie moet de belasting aan de fiscus betalen volgens de Belgische wetgeving?
De voldoeningsplicht inzake BTW houdt in dat de btw-belastingplichtige die een belastbare levering, dienst, intracommunautaire verwerving of invoer heeft verricht, de belasting aan de fiscus moet betalen. Bijvoorbeeld, een handelaar die btw ontvangt van een consument moet deze btw doorstorten aan de Belgische fiscus.
Beschrijf de tariefstructuur inzake BTW volgens de Belgische wetgeving.
De maatstaf van heffing is het bedrag waarover de btw berekend wordt tegen het toepasselijke tarief. Het tarief van de belasting varieert, met 21% als het gewone tarief in België, 12% voor bepaalde producten en diensten, en 6% voor goederen die voldoen aan eerste levensbehoeften, landbouwdiensten, personenvervoer, enzovoort.
Beschrijf de bijzondere regelingen voor schenkingen van bomen, aandelen bosgroepering en onroerende goederen in Natura 2000 gebied volgens de Belgische wetgeving.
De Belgische wetgeving voorziet in speciale regelingen voor schenkingen van bomen, aandelen bosgroepering en onroerende goederen in Natura 2000 gebieden. Zo zijn er vrijstellingen en belastingverminderingen vastgesteld voor deze specifieke situaties.
Hoe wordt de schenking van onroerende goederen bezwaard met een langdurige pacht belast volgens artikel 131 sexies W. Reg?
Volgens artikel 131 sexies W. Reg wordt belastingvermindering toegepast op schenkingen van onroerende goederen bezwaard met een langdurige pacht, zoals bepaald in het Burgerlijk Wetboek. Dit omvat specifieke regels en uitzonderingen.
Wat zijn de voorwaarden en tarieven voor belastingvermindering wegens kinderlast volgens artikel 135 W. Reg?
Belastingvermindering wegens kinderlast, zoals beschreven in artikel 135 W. Reg, vereist dat de begiftigde minstens 3 kinderen onder 21 jaar heeft. De belastingvermindering varieert afhankelijk van de situatie, met specifieke tarieven en maximaal bedrag per kind.
Leg de belastingtarieven uit voor schenkingen aan openbare instellingen en VZW’s volgens artikel 140 W. Reg.
Artikel 140 W. Reg bepaalt belastingtarieven voor schenkingen aan openbare instellingen en VZW’s. Dit omvat verschillende tarieven voor lokale, federale en regionale instellingen, stichtingen en VZW’s, met uitzonderingen en vastgestelde percentages.
Beschrijf de voorwaarden en tarieven voor de schenking van familiale ondernemingen in het Vlaams/Brussels/Waals Gewest volgens de Belgische wetgeving.
De Belgische wetgeving stelt specifieke voorwaarden en tarieven vast voor de schenking van familiale ondernemingen in het Vlaams/Brussels/Waals Gewest. Dit omvat vrijstellingen, locatie- en participatievoorwaarden, en exploitatievoorwaarden.
Wat zijn de voorwaarden voor een doorgeefschenking in het Brussels Gewest?
Voor een doorgeefschenking in het Brussels Gewest moet voldaan worden aan locatievoorwaarden, participatievoorwaarden en exploitatievoorwaarden. Het tarief is 0% volgens artikel 140/1 ev Wreg.
Beschrijf hoe een doorgeefschenking werkt en waarom deze belastingvrij is.
Een doorgeefschenking houdt in dat een erfgenaam een deel van zijn erfenis belastingvrij doorgeeft aan zijn kinderen. Dit kan belastingvrij omdat de hogere erfbelasting die de ouder betaalt, wordt afgetrokken van de lagere schenkbelasting.
Wat zijn de voorwaarden voor een doorgeefschenking in het Vlaams Gewest?
In het Vlaams Gewest is een doorgeefschenking vrijgesteld van registratierechten onder voorwaarden zoals: doorgeefschenking in rechte lijn, binnen een jaar na erfenis, belasting volgens tarief rechte lijn, en goederen in Vlaams Gewest.
Leg uit onder welke voorwaarden een doorgeefschenking in het Waals Gewest vrijgesteld is van registratierechten.
Een doorgeefschenking in het Waals Gewest is vrijgesteld van registratierechten onder voorwaarden zoals: schenking in rechte lijn aan bloedverwanten, binnen 90 dagen na aangifte successie, volledige vrijstelling en enkel voor roerende goederen.
Wat is het verschil tussen btw en winstbelasting?
Btw is een consumptiebelasting die verschuldigd is bij aankoop van goederen en diensten, terwijl winstbelasting een belasting is op nettowinsten die belast worden in inkomstenbelasting of vennootschapsbelasting.
Leg uit wat een btw-plichtige is volgens het Btw-Wetboek.
Een btw-plichtige is iemand die regelmatig en zelfstandig, met of zonder winstoogmerk, goederen en diensten levert die in het Btw-Wetboek zijn omschreven, ongeacht waar de economische activiteit plaatsvindt.
Hoe wordt btw in de Europese Unie geregeld?
Btw is een Europese belasting die op Europees niveau is gecreëerd en door lidstaten moet worden omgezet volgens richtlijnen, met beperkte speelruimte. Bijvoorbeeld, het basistarief moet minstens 15% zijn in elke lidstaat.
Wat is het doel van btw in de economie?
Btw belast enkel toegevoegde waarde in elke stap van de economie, van productie tot distributie en dienstverlening. Het biedt de mogelijkheid tot aftrek voor btw-plichtigen, waardoor belasting alleen wordt betaald over de toegevoegde waarde.
Wat is het verschil tussen omzet en winst in relatie tot btw?
Omzet is de realisatieprijs van goederen en diensten, terwijl winst een nettowinst is die belast wordt in inkomstenbelasting of vennootschapsbelasting. Btw wordt geheven op omzet, niet op winst.
Beschrijf de gevolgen van de BTW-plicht.
Gevolgen van de BTW-belastingplicht omvatten het recht op BTW-aftrek, waarbij betaalde BTW aan leveranciers kan worden afgezet tegen ontvangen BTW van klanten. Enkel het positief saldo moet aan de fiscus worden doorgestuurd, met recht op teruggave bij een negatief saldo. Formele verplichtingen omvatten het uitreiken van facturen, indienen van periodieke aangiften en bijhouden van boekhouding.
Wat houdt een levering van goederen in?
Een levering van goederen is de overdracht van de macht om als eigenaar over een goed te beschikken, waarbij men afstand doet van het eigendomsrecht ten voordele van een ander persoon volgens artikel 10 WBTW.
Leg uit wat een levering van diensten is.
Een levering van diensten volgens artikel 18 WBTW is elke (economische) handeling die geen levering van een goed is.
Wat wordt bedoeld met een intracommunautaire verwerving?
Een intracommunautaire verwerving volgens artikel 25bis WBTW is de levering van een goed dat door verkoper of koper wordt verzonden naar een andere EU-lidstaat om daar geleverd te worden.
Definieer invoer volgens de WBTW.
Invoer volgens artikel 23 WBTW is het binnenbrengen van een lichamelijk goed op het grondgebied van een EU-lidstaat, zoals goederen besteld in China en geleverd in een EU-haven, wat als invoer wordt beschouwd.
Beschrijf de regels voor het bepalen van de plaats van levering van goederen en diensten voor btw-doeleinden.
Voor de levering van goederen wordt gekeken naar o.a. de locatie van de goederen op het moment van levering, de start van verzending of vervoer, en de installatie/montage locatie. Voor diensten geldt dat de locatie wordt bepaald op basis van de zetel van economische activiteit van de ontvanger (B2B) of de dienstverrichter (B2C).
Hoe wordt de plaats van levering bepaald bij intracommunautaire verwerving en invoer voor btw-doeleinden?
Bij intracommunautaire verwerving wordt gekeken naar de locatie van de afnemer. Bij invoer is de plaats van levering de lidstaat waar de goederen arriveren. Deze regels zijn van belang om te bepalen welke btw verschuldigd is.
Leg uit hoe de plaats van levering wordt vastgesteld bij verkoop op afstand voor btw-doeleinden.
Bij verkoop op afstand is de plaats van levering de lidstaat waar de verzending of het vervoer eindigt. De leverancier moet dan btw in rekening brengen van de lidstaat waar de afnemer gevestigd is. Dit geldt voor B2C leveringen.
Wat zijn de uitzonderingen op de algemene regels voor het bepalen van de plaats van levering van goederen voor btw-doeleinden?
Uitzonderingen zijn onder andere de start van verzending of vervoer, de locatie van installatie/montage, en de lidstaat van aankomst van het vervoer. Deze bepalen waar de btw verschuldigd is.
Wat zijn de basisprincipes voor het bepalen van de plaats van levering van diensten voor btw-doeleinden?
Voor B2B-diensten wordt gekeken naar de zetel van economische activiteit van de ontvanger, terwijl voor B2C-diensten de zetel van economische activiteit van de dienstverrichter bepalend is. Uitzonderingen gelden bij onroerend goed.
Hoe wordt de plaats van levering vastgesteld bij levering van goederen via e-commerce tussen verschillende lidstaten voor btw-doeleinden?
Bij levering van goederen via e-commerce tussen lidstaten is de plaats van levering waar de verzending op het vervoer naar de verkrijger begint. Dit bepaalt welke btw verschuldigd is, Belgische of van een andere lidstaat.
Beschrijf de regel met betrekking tot de plaats van dienstverlening voor culturele, artistieke, sportieve en wetenschappelijke activiteiten volgens de Belgische btw-wetgeving.
Voor bepaalde diensten wordt de plaats van dienst bepaald door waar de dienst fysiek wordt uitgevoerd volgens artikel 21 en 21bis van de Belgische btw-wet. Dit geldt voor activiteiten zoals cultuur, sport, onderwijs en entertainment.
Hoe wordt een intracommunautaire verwerving doorgaans bepaald volgens de Belgische btw-wetgeving?
Een intracommunautaire verwerving vindt meestal plaats in de lidstaat waar de goederen arriveren vanuit een andere lidstaat. Dit geldt voor goederen die worden vervoerd door of voor rekening van de koper of verkoper.
Definieer invoer volgens de Belgische btw-wetgeving en waar vindt dit meestal plaats?
Invoer gebeurt waar goederen in het vrije verkeer worden gebracht, meestal in de lidstaat waar de goederen worden aangegeven voor consumptie in de EU. Bijvoorbeeld, goederen die vanuit China naar Europa worden gebracht en aankomen in de haven van Antwerpen.
Wat zijn enkele vrijstellingen van btw volgens de Belgische wetgeving?
Enkele vrijstellingen zijn onder andere voor uitvoer naar niet-EU-landen, intracommunautaire leveringen, medische en paramedische beroepen, sociale of culturele diensten, onderwijs, sportinrichtingen, bank- en financiële diensten, en de minimis-regel.
Wat houdt de ‘de minimis’-regel in met betrekking tot btw volgens artikel 56bis van de Belgische btw-wetgeving?
De ‘de minimis’-regel is een vrijstelling van btw voor kleine ondernemingen met een omzet van maximaal 25.000 euro. Zij kunnen gebruikmaken van een algemene vrijstellingsregel volgens artikel 56bis van de Belgische btw-wet.
Beschrijf de belastingvermindering wegens kinderlast volgens artikel 2.8.5.0.1 VCF.
De belastingvermindering varieert afhankelijk van het aantal kinderen onder de 21 jaar, met een beperkte vermindering van 2% en maximaal 62 euro per kind voor de begiftigde met minstens 3 kinderen. Indien de begiftigde een echtgeno(o)t(e) is en er zijn minstens 3 kinderen, geldt een beperkte vermindering van 4% en maximaal 124 euro per kind.
Wat zijn enkele algemene vrijstellingen volgens artikel 2.8.6.0.1 ev VCF?
Enkele vrijstellingen zijn onder andere schenkingen van vruchtgebruik aan de blote eigenaar na betaling van erfbelasting of schenkbelasting, schenking van buitenlands onroerend goed, schenkingen aan vreemde staten voor diplomatieke vestiging, schenkingen voor het Bronwfield-project en schenkingen van natuurdomeinen.
Hoe wordt schenking van roerende goederen in het Brussels Gewest belast volgens artikel 131, §2 W. Reg?
In het Brussels Gewest geldt een vast tarief van 3% voor schenkingen in rechte lijn en tussen partners, met een bijzondere regeling van 7% voor gewone adoptiekinderen en anderen.
Wat is de regeling voor schenkingen in een erfovereenkomst volgens artikel 131bis W. Reg?
Schenkingen vermeld in een erfovereenkomst zijn vrijgesteld van schenkbelasting, tenzij anders bepaald door de partijen, en worden niet beschouwd als geregistreerde schenkingen.
Leg de belastingvermindering wegens kinderlast volgens artikel 135 W. Reg uit.
De belastingvermindering van 2% met een maximum van 62 euro per kind geldt voor de begiftigde met minstens 3 kinderen onder 21 jaar. Indien de begiftigde een echtgeno(o)t(e) is en er zijn minstens 3 kinderen, geldt een vermindering van 4% met maximaal 124 euro per kind.
Beschrijf de tarieven voor schenkingen van roerende goederen in het Vlaams Gewest volgens artikel 2.8.4.1.1., §2 VCF.
In het Vlaams Gewest geldt een vast tarief van 3% voor schenkingen in rechte lijn en tussen partners, en 7% tussen anderen. Bijvoorbeeld, bij het schenken van een effectenportefeuille van 2 miljoen euro, betaal je 6000 euro aan registratierechten.
Wat zijn de voorwaarden voor verlaagde progressieve schenkingsrechten bij schenkingen van gebouwen volgens artikel 2.8.4.3.1 W. Reg?
De voorwaarden zijn: binnen 5 jaar een energetische renovatie uitvoeren voor minstens 10.000 euro OF binnen 3 jaar een conformiteitsattest voorleggen conform Vlaamse wooncode en een geregistreerde huurovereenkomst van minstens 9 jaar.
Hoe zit het met de tarieven voor schenkingen aan openbare instellingen en Vzw’s volgens artikel 2.8.4.11, §3 VCF?
Voor schenkingen aan Vlaams Gewest, lidstaten EU, Vzw’s, ziekenfondsen, OCMW’s geldt een 0% tarief. Er is een uitzondering van een vast recht van 100 euro voor schenkingen tussen Vzw’s onderling.