examen deel 3 december Flashcards

1
Q

hemoglobine

A
  • eiwit dat dient voor transport van zuurstofgas
  • komt bij dieren voor in rode bloedcellen
  • in de rode bloedcellen bindt het zuurstofgas met hemoglobine tot oxyhemoglobine.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

denaturatie van eiwitten

A

-bij te hoge temperatuur verbreken interacties waardoor structuur verliest.
- bij lage pH en hoge zoutconcentratie verbreken die interacties
- proces waarbij eiwit zijn 3D-structuur verliest heet denaturatie
een gedenatureerd eiwit is niet meer functioneel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

functie eiwitten (4)

A

1) structuur
2) enzymen
3) transport
4) communicatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

3 soorten nucleïnezuren

A

1) DNA
2) RNA
3) nucleotiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

2 belangerijkse nucleïnezuren

A

1) DNA desoxyribonucleïnezuur
2) RNA ribonucleïnezuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

3 moleculen van de nucleotiden

A

1) monosacharide
2) een stikstofhoudende basisch molecule
3) fosfaatgroep

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

tekening nucleotide

A

zie sv

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

tekening DNA

A

zie sv

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

RNA tekening

A

zie sv

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly