Engels unit 1 Flashcards
enthousiast zijn over iets/dol zijn op
to be keen on
staan popelen/heel enthousiast zijn over iets
to be eager to
onder de indruk zijn, verbaasd/verbluft
to be impressed/to be amazed
zeer gelukkig zijn over iets
to be over the moon
zeer gelukkig/enthousiast zijn over iets
to be thrilled about/to be stoked
niet kunnen wachten om iets te zien of doen
can’t wait to
iets in je armen/hart sluiten
to embrace
het blijft me verbazen
it never fails to amaze
het is adembenemend
it takes my breath away/ it’s breathtaking
een landschap
a landscape/ a scenery
een bergketen
a mountain range
een kustlijn
a coastline
een modder poel
a mud pool
een hete bron
a hot spring
een fjord
a fjord
een gijzer
a geyser
een kiezelstrand
a gravel beach
een zandstrand
a sandy beach
een heuvel
a hill
een vallei
a valley
een vlakte
a plain
een weiland
a pasture
een plateau
a plateau
een gletsjer
a glacier
