Emotions Flashcards
1
Q
je suis heureux
A
ik ben gelukkig
2
Q
je suis triste
A
ik ben droevig
3
Q
je suis fatigué
A
ik ben moe
4
Q
j’ai soif
A
ik heb dorst
5
Q
j’ai faim
A
ik heb honger
6
Q
il est heureux
A
hij is gelukkig
7
Q
il est triste
A
hij is droevig
8
Q
il est fatigué
A
hij is moe
9
Q
il a soif
A
hij heeft dorst
10
Q
il a faim
A
hij heeft honger
11
Q
elle est fatiguée
A
ze is moe
12
Q
elle a faim
A
ze heeft honger