Eenvoudige misdrijven Flashcards
Hoe luid artikel 310 van WvSR? (diefstal)
Hij die enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toe behoort wegneemt, met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, wordt als schuldig aan diefstal, gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of een geldboete van de vierde categorie.
Wat zijn de bestandsdelen van art. 310?
Enig goed, geheel of ten dele aan een ander toebehoort wegneemt, het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening
Wanneer is het ‘diefstal’?
Als het goed aan het zicht onttrokken is
Hoe luid artikel 311 WvSR? (gekwalificeerde diefstal)
Lid1:
sub1: Diefstal van vee uit weide
sub2: Diefstal bij gelegenheid van brand, ontploffing, watersnood, schipbreuk, stranding, spoorwegongeval (ook tram en metro), oproer, muiterij, oorlogsnood.
sub3: Diefstal gedurende voor de nachtrust bestemde tijd, in een woning of op een besloten erf waarop een woning staat, door iemand die zich aldaar buiten weten of tegen de wil in van rechthebbende bevindt.
sub4: Diefstal door 2 of meer verenigde personen.
sub5: Diefstal waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft of het nog weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht dmv braak, verbreking of inklimming, van valse sleutels van valse order of een vals kostuum.
lid6: Diefstal met het oogmerk om een terroristisch misdrijf voor te bereiden of gemakkelijk te maken.
Lid2: Indien de onder #3 omschreven diefstal vergezeld gaat van een der in ander #4 en #5 vermelde omstandigheden, wordt gevangenisstraf van ten hoogste 4 jaren of een geldboeten van de vierder categorie opgelegd.
Bevat artikel 300 WvSR (mishandeling) bestanddelen of elementen?
Elementen
Aan welke elementen moet artikel 300 voldoen?
Wederrechtelijkheid, pijn en/of letsel
Wat wordt er verstaan onder handelen en nalaten bij artikel 300?
handelen= bv slaan of schoppen nalaten= bv het niet verzorgen van iemand, het niet toedienen van medicatie
Wat wordt verstaan onder ‘wederrechtelijkheid’?
Zonder toestemming
Hoe luidt artikel 350 WvSR? (vernieling)
Hij die opzettelijk en wederrechtelijk enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielt, beschadigd, onbruikbaar maakt, of wegmaakt, wordt gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of een geldboete van de vierde categorie.
Welke 3 opzetsvormen zijn er in de bestandelen van vernieling?
1 oogmerk: iemand heeft een bepaalde bedoeling gehad.
2 zekerheidsbewustzijn: De dader beoogd het gevolgd niet, maar ziet het als een noodzakelijk gevolg van zijn daad.
3 mogelijkheidsbewustzijn: De dader beoogd het gevolg niet, maar stelt zich willens en wetens bloot aan de aannemelijke kans dat het niet gewilde gevolg intreedt.
Hoe luidt artikel 266WvSR? (eenvoudige belediging)
Elke opzettelijke belediging die niet het karakter van smaad of smaadschrift draagt, hetzij in het openbaar mondeling of bij geschrift of afbeelding, hetzij iemand, in zijn tegenwoordigheid mondeling of door feitelijkheden, hetzij door een toegezonden of aangeboden geschrift of afbeelding, aangedaan, wordt, als eenvoudige belediging, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie.
Hoe luidt artikel 285 WvSR? (bedreiging)
Bedreiging met openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen of goederen, met geweld tegen een internationaal beschermd persoon of diens beschermde goederen, met enig misdrijf waardoor gevaar voor de algemene veiligheid van personen of goederen of gemeen gevaar voor de verlening van diensten ontstaat, met verkrachting, met feitelijke aanranding van de eerbaarheid, met enig misdrijf tegen het leven gericht, met gijzeling, met zware mishandeling of met brandstichting, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie.
2Indien deze bedreiging schriftelijk en onder een bepaalde voorwaarde geschiedt, wordt ze gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vierde categorie.
3Bedreiging met een terroristisch misdrijf wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vijfde categorie.
4Indien het feit, omschreven in het eerste, tweede of derde lid, wordt gepleegd met het oogmerk om een terroristisch misdrijf voor te bereiden of gemakkelijk te maken, wordt de op het feit gestelde gevangenisstraf met een derde verhoogd.
Wie is er wanneer bevoegd tot het aanhouden buiten heterdaad?
De opsporingsambtenaar, bij VH-feiten, met bevel van de OVJ
Wie is er wanneer bevoegd tot aanhouden op heterdaad?
iedereen, bij alle strafbare feiten
Wie is bevoegd tot het staande houden van de verdachte?
De OA mag in geval van feiten en omstandigheden een redelijk vermoeden hebben, dat de verdachte die staande gehouden wordt zich schuldig heeft gemaakt aan enig strafbaar feit.
Wat is het doel van het staande houden van de verdachte?
Het achterhalen van de identiteit
Bij welke strafbare feiten mag een verdachte worden staande gehouden?
Het dwangmiddel mag op iedere verdachte worden toegepast, of het nu gaat om een verdachte van een lichte overtreding, of een ernstig misdrijf
Is staande houden buiten heterdaad ook toegestaan?
Ja
Welke twee heterdaadsituaties kennen we?
Er is sprake van heterdaad op het moment dat het feit wordt ontdekt terwijl het wordt begaan, of terstond nadat het begaan is. Onder terstond wordt verstaan ‘onder verse toestand’.
Onder een VH-feit vallen:
Misdrijven waarop een straf van vier jaren of meer is gesteld én met name genoemde misdrijven én misdrijven waarop gevangenisstraf is gesteld, maar waarbij van de verdachte geen vaste woon- of verblijfplaats in Nederland kan worden vastgesteld.
Dit is art. 67 lid 1 EN lid 2 samen.