Economische begrippen Flashcards
Wat is een bedrijfstak?
Het geheel van bedrijfshuishoudingen die hetzelfde productieproces uitvoeren en zich in dezelfde geleding van de bedrijfskolom bevinden.
Een bedrijfskolom is…?
De keten van bedrijfshuishoudingen die de oerproducent verbindt met de consument.
Leg uit wat differentiatie is.
Een bepaalde fase van het productieproces wordt afgestoten naar een afzonderlijke bedrijfshuishouding.
Omschrijf de beweging van differentiatie.
Verticale, afstotende beweging binnen één bedrijfskolom.
Wat is integratie?
Het samenvoegen in één bedrijfshuishouding van twee opeenvolgende fasen van hetzelfde productieproces.
Omschrijf de beweging van integratie.
Verticale, samenvoegende beweging binnen één bedrijfskolom.
Wat is specialisatie?
Een onderneming vermindert het aantal producten dat ze vervaardigt sterk en beperkt zich tot een veel kleiner assortiment.
Welke beweging omschrijft specialisatie?
Een horizontale, afstotende beweging binnen één bedrijfskolom.
Leg uit wat parallellisatie is.
Het samenvoegen in één bedrijfshuishouding van producten die zich in hetzelfde bewerkingsstadium bevinden, maar tot nu toe in verschillende bedrijfshuishoudingen voortgebracht werden.
Omschrijf de beweging van parallellisatie.
Horizontale, samenvoegende beweging binnen één bedrijfskolom.
Noem vijf ondernemingsdoelstellingen.
- Winstgroei
- Continuïteit
- Omzetgroei
- Groei van marktaandeel
- Hogere marktwaarde
Noem 4 ondernemingsvormen zonder rechtspersoonlijkheid.
- Eenmanszaak
- Vennootschap onder firma (VOF)
- Commanditaire vennootschap
- Maatschap
Noem 6 ondernemingsvormen met rechtspersoonlijkheid.
- Naamloze vennootschap (NV)
- Besloten vennootschap (BV)
- Coöperatie
- Vereniging
- Stichting
- Onderlinge waarborgmaatschappij
Omschrijf de eenmanszaak.
Eén persoon leidt de onderneming en neemt alle beslissingen. Deze persoon is met zijn hele vermogen aansprakelijk voor de schulden van de onderneming.
Omschrijf de VOF.
Twee of meer personen oefenen gezamenlijk een bedrijf uit. Zij hebben samen de leiding en zijn samen aansprakelijk voor de schulden van de onderneming.
Omschrijf de commanditaire vennootschap.
Naast de beherende vennoten van een VOF is er een commanditaire of stille vennoot als vermogensverschaffer aanwezig. Deze stille vennoot beslist niet mee.
Wat is een maatschap?
Twee of meer personen met een zgn. vrij beroep gaan een samenwerking aan. De ‘maten’ brengen geld, arbeid of goederen in.
Wat houdt een NV in?
Een vennootschap met een in aandelen verdeeld maatschappelijk kapitaal waarin ieder van de vennoten voor één of meerdere aandelen deelneemt. Leiding en eigendom is gescheiden.
Leg uit wat een BV is.
Een vennootschap met een in aandelen verdeeld maatschappelijk kapitaal. De aandelen zijn op naam en zijn niet vrij verhandelbaar.
Omschrijf de coöperatie.
Een vereniging van personen die de bevordering van de stoffelijke belangen van haar leden tot doel heeft.
Wat is een vereniging?
Een vereniging streeft een bepaald doel na. Een vereniging bestaat uit leden en daaruit wordt een bestuur gekozen.
Leg uit wat een stichting is.
Een organisatie zonder leden, gericht op het verwezenlijken van een (goed) doel.
Wat is een onderlinge waarborgmaatschappij?
Een vorm van een coöperatie, gericht op verzekeringen.
Omschrijf het begrip corporate governance.
Corporate governance is de transparantie en ordening van het ondernemingsbestuur.
- Hoe wordt invulling gegeven aan het bestuur
- Hoe wordt hier toezicht op gehouden
- Hoe wordt er verantwoording afgelegd over het bestuur en het toezicht erop?
Leg uit wat het verschil is tussen constante en variabele kosten.
Constante kosten zijn ongevoelig voor veranderingen in de bedrijfsdrukte. Variabele kosten fluctueren als de bedrijfsdrukte wijzigt.
Wat is het verschil tussen directe en indirecte kosten?
Directe kosten zijn aanwijsbaar gemaakt voor een bepaald product. Bij indirecte kosten ontbreekt dat verband.
Waar houdt bedrijfseconomie zich voornamelijk mee bezig?
Met het bestuderen van het economisch handelen in de bedrijfshuishoudingen en de keuzeproblemen die zich daar in voordoen.
