economie hoofdstuk 7 Flashcards

1
Q

exportquote

A

de totale uitvoerwaarde als percentage van het nationale inkomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

gesloten economie

A

een land met weinig in- en uitvoer in verhouding tot het nationaal inkomen. Het land heeft een lage import- en exportquote

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

importquote

A

de totale invoerwaarde als percentage van het nationale inkomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

open economie

A

een land met veel in- en uitvoer in verhouding tot het nationaal inkomen. Het land heeft een hoge import- en exportquote

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wederuitvoer

A

goederen worden eerst ingevoerd en onbewerkt of na een korte bewerking doorverkocht aan het buitenland

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

internationale arbeidsverdeling

A

landen leveren producten die zij het best en goedkoopst kunnen maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

protectiemaatregelen

A

handelsbelemmeringen. Maatregelen om de productie en werkgelegenheid bij bedrijven in het eigen land te beschermen tegen concurrentie uit andere landen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

vrijhandel

A

in- en uitvoer van producten zonder handelsbelemmeringen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

WTO

A

wereldhandelsorganisatie. Organisatie met als doel de handel tussen landen eerlijker en vrijer te laten verlopen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

EMU

A

Europese Monetaire Unie. Een groep landen binnen de Europese Unie met een gezamenlijke munteenheid, de euro

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

harmonisatie

A

het op elkaar afstemmen en gelijktrekken van wetten en regels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

interne markt

A

gemeenschappelijke markt. Voor de handel spelen binnengrenzen tussen lidstaten van de EU geen rol. Er is hierdoor vrij verkeer van goederen en diensten, van personen en van kapitaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

globalisering

A

door toename van wereldwijde contacten en handel raken mensen en bedrijven over de hele wereld steeds meer met elkaar verbonden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

handelsverdrag

A

handelsakkoord. Afspraken die landen onderling maken om de wederzijdse handel te bevorderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

internationale concurrentiepositie

A

hoe een land in staat is om beter en/of goedkoper te produceren dan andere landen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly