driehoeksmeetkunde Flashcards
1
Q
waneer gebruik je de sinusregel?
A
- 1 zijde + 2 hoeken
- 2 zijden + 1 niet-ingesloten hoek
2
Q
wanneer gebruik je cosinusregel?
A
- 3 zijden
- 2 zijden + 1 ingesloten hoek
3
Q
som van de hoeken van een driehoek
A
180°
4
Q
cosinusregel
A
a² = b² + c² - 2bc x cos A
b² = a² + c² - 2ac x cos B
c² = a² + b² - 2ab x cos C
5
Q
sinusregel
A
a/sinA = b/sinB = c/sinC