drama woorden Flashcards
Dramatiek is de uitbeelding van een handeling in de vorm van
een dialoog
Een dramatekst is geen op zichzelf staand eindproduct
maar slechts een tussenfase die aanzet tot een toneelopvoering.
In de neventekst geeft de dramaschrijver aanwijzingen voor de inrichting van
het decor, de gevoelens
die door de spelers moeten worden uitgedrukt, de intonatie, de gezichtsuitdrukking, de houding, de
gebaren en de beweging van de spelers.
Er zijn in het West-Europese theater drie basisvormen:
: een aristotelische, epische en absurde
verhaalopbouw.
In het aristotelische drama wordt het verhaal opgebouwd uit de volgende onderdelen
(chronologisch):
Expositie: het publiek maakt kennis met de belangrijkste personages
Motorisch moment: er gebeurt iets waardoor de handeling goed op gang komt
Een crisissituatie die leidt tot een finale climax
Een wending waardoor de situatie is opgelost (ten goede of ten kwade): de ontknoping
Naast de hoofdverhaallijn kan er een subplot zijn die dient om
een te snelle afwikkeling van de
hoofdhandeling te verhinderen en tevens het toneelstuk te verlevendigen met afwisseling in toon,
spanning en humor.
Bij een epische verhaalopbouw gebruikt men vaak los aaneengeregen scènes die moeten
verhinderen dat het publiek zich laat meeslepen door de uitgebeelde gebeurtenissen.
In absurde toneelstukken staan
onlogische gebeurtenissen en personages die onlogische dingen
zeggen centraal.
In middeleeuws drama wordt de vierde wand vaak door
een verteller doorbroken die zich met een
kort commentaar rechtstreeks tot het publiek richt