Decaleon7-DE-NL-B1 Verkehr und Tourismus Flashcards
Deutsch-Niederländisch Level B1 Export from Decaleon7
zich voortbewegen
sich fortbewegen
stuurwiel
Lenkrad
stuurinrichting
Lenkung
boeg
Bug
wegslepen
abschleppen
tegemoetkomend verkeer
Gegenverkehr
uitkomen
einmünden
doorgang
Durchgang
zwaailicht
Blaulicht
koppeling
Kupplung
sneltrein
Schnellzug
knipperlicht
Blinker
stoeprand
Bordstein
ronde bergtop
Kuppe
vrachtwagen
Lastkraftwagen
rijden langs
entlangfahren
rempedaal
Bremspedal
uitmonding
Einmündung
aftakking
Abzweigung
streekvervoer
Nahverkehr
halt
Halt
promenade
Promenade
wegrijden
losfahren
omweg
Umweg
landing
Landung
alcoholtest
Alkoholtest
snorfiets
Mofa
navigatie
Navigation
bouwterrein
Baustelle
plaveisel
Pflaster
buiging
Biegung
ontkoppelen
auskuppeln
oldtimer
Oldtimer
erheen rijden
hinfahren
vertrekken
abfahren
wachtkamer
Wartesaal
automobiel
Automobil
koets
Kutsche
petroleum
Petroleum
personenauto
PKW
autoband
Autoreifen
afsluiting
Absperrung
motorbrandstof
Kraftstoff
afslaan
abbiegen
uitgang
Ausstieg
berijden
befahren
pedaal
Pedal
claxonneren
hupen
bestelwagen
Lieferwagen
handrem
Handbremse
vrachtwagen
LKW
niet-roker
Nichtraucher
perron
Bahnsteig
lezer
Leser
gordel
Gurt
bromfiets
Moped
retourkaartje
Rückfahrkarte
roker
Raucher
loopplank
Steg
de koppeling inschakelen
einkuppeln
chauffeur
Chauffeur
luchtvaart
Luftfahrt
nooduitgang
Notausgang
autokrik
Wagenheber
passage
Passage
opstijgen
abheben
stoomschip
Dampfschiff
tank
Tank
gebod
Gebot
afrit
Ausfahrt
snelheidsmeter
Tachometer
voertuig
Gefährt
vuurtoren
Leuchtturm
zijn gordel omdoen
sich anschnallen
gaspedaal
Gaspedal
sneltrein
Schnellzug
voetpad
Gehsteig
truck
Truck
stopbord
Stoppschild
waterweg
Wasserstraße