De tand des tijds deel 2 Flashcards

1
Q

Chemische verwering

A

Oplossen van gesteente o.i.v. zuren aanwezig in regen en rivierwater.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Karst

A

Komt voor in kalksteengebieden en verwijst naar verschijnselen die samenhangen met de oplosbaarheid van kalksteen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Spitskarst

A

Een landschap met scherpe kalksteenpieken, gevormd door intense chemische verwering en erosie in tropische gebieden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Oplossingsdoline

A

Ontstaat wanneer regenwater en grondwater kalksteen langzaam oplossen, waardoor een komvormige depressie in het landschap ontstaat. Dit proces verloopt geleidelijk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Instortingsdoline

A

Ontstaat wanneer het dak van een ondergrondse grot instort door erosie of verzakking, waardoor plotseling een diepe kuil of krater ontstaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Resurgentie

A

De plaats waar een rivier terug aan het oppervlak komt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Verdwijngat

A

Plaats waar rivier terug ondergronds stroomt en lijkt te verdwijnen onder de grond.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Torenkarst

A

Een landschap met steile, torenachtige kalksteenformaties, ontstaan door erosie van het gesteente.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Kastaquifers

A

Watervoerende lagen in de ondergrond die bestaan uit een netwerk van breuken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Insolatie

A

De totale hoeveelheid zonnestraling die een bepaald gebied over een bepaalde periode van tijd ontvangt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly