De Belgische staatsstructuur Flashcards

1
Q

Wat betekent het begrip ‘rechtsstaat’?

A

Een staat waarvan de macht gereguleerd en beperkt wordt door het recht, gekenmerkt door de liberale rechtsfilosofie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de ‘trias politica’?

A

Een drieledig onderscheid in de overheidsfuncties:

  1. de wetgevende functie: het recht formuleren in duidelijke wetteksten en bijbehorende sancties
  2. de rechterlijke functie: het recht toepassen op situaties met spraken van inbreuk op de wet, of conflictoplossing
  3. de uitvoerende functie: het bestuur van de overheidsadministratie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

België werd een monarchie in 1831, wie was de eerste koning?

A

Leopold van Sachsen-Coburg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Uit welke drie takken bestaat de federale wetgevende macht?

A
  • de Kamer van Volksvertegenwoordigers
  • de Senaat
  • de Koning
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke twee takken maken samen het parlement op?

A

De Kamer van Volksvertegenwoordigers en de Senaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de Kamer van Volksvertegenwoordigers?

A

De samenstelling van 150 volksvertegenwoordigers die, in principe om de vijf jaar, verkozen worden door alle meerderjarige burgers met Belgische nationaliteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe is de Senaat opgesteld?

A

50 leden worden aangeduid door en uit de gemeenschaps- en gewestparlementen, met 10 andere die door deze 50 andere leden worden gecoöpteerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly