Data-analyse in kwalitatief onderzoek (les 3 WKO 2) Flashcards
Kwalitatief onderzoek:
Waarom?
Hoe?
–> Verklaren en leggen verbanden door de tijd heen door:
A. Exploreren: ontdekken nieuwe kennis of ontdekken
van nieuw onderzoeksgroep in een bekend domein
B. Verklarend kwalitatief: oorzaken in betekenisgeving
(beperkte omvang populatie is kan een zwakke plek zijn)
C. Beschrijvend: aanleveren van gedetailleerde informatie
van een bepaalde case
D. Emancipatoir: theoretische kennis opdoen en
veranderen; vergroten
van de handelingsruimte
Essentieel in data-analyse in kwalitatief onderzoek
Afwisseling dataverzameling en data analyse draagt bij aan exploratieve vermogen van onderzoek.
- Cyclisch proces
- Iteratief proces (hermeneutisch)
Uitgangspunt bij data analyse van kwalitatief onderzoek
- Constante vergelijking (CCA): vorming en afbakening
categorieën, toekenning fragmenten aan categorieën,
samenvatting inhoudelijke categorie en het vinden van
negatief bewijs - Theoretische selectie en CCA: inhoudelijke variatie van
een verschijnsel beschrijven: in welke situaties doen zich
varianten voor?
Uitdagingen in een analyse
• Er zijn geen gouden regels om te analyseren. Bij het
beschrijven van de kwaliteitseisen maak je duidelijk hoe je
de kwaliteit waarborgt.
• Enorme hoeveelheid werk. Transcriberen (1 uur interview =
8 uur uittypen)
• De uitdaging om beknopt weer te geven MET behoud
van de waarde en bedoeling van de data
Verschillende onderzoeksdesigns, verschillende analyse methoden(er zijn nog veel meer!!)
- Fenomenologisch onderzoek (als methode)
Focus: De geleefde ervaring rond een verschijnsel
Voornaamste databronnen:
- Ongestructureerde data
- Diepte interviews
Methode/analyse:
- 7 stappen Colaizzi (1978)
- 4 stappen Giorgi (1985)
- 6 stappen van Kaam (1966)
- Parse (2001)
Rapportage:
Beschrijving van de essentie van de ervaring, vaak thematisch, geïllustreerd met citaten
Voorbeeldvraag:
- Hoe ervaren psychotische patiënten separatie?
- Hoe wordt dwang in de zorg ervaren
Verschillende onderzoeksdesigns, verschillende analyse methoden(er zijn nog veel meer!!)
- Thematische analyse (als methode)
Focus
Identificeren, analyseren en rapporteren van patronen,
identiteiten en werkwijzen (thema’s) binnen data
Voornaamste databronnen Verschillende data en datasets: - Interviews - Focusgroep - Teksten
Methode/analyse
- 6 stappen volgens Braun & Clarke (2006) en ook
beschreven in Verhoeven (2020).
Rapportage
Weergave van thema’s binnen een consistent
narratief, geïllustreerd met citaten ‘Thematische kaart’
Voorbeeldvraag
Op welke wijze vindt separatie plaats…?
Hoe stellen verpleegkundigen grenzen?
Vormen van dataverzameling in kwalitatief onderzoek
- (Participerende) observaties
- Interviews (open/ semigestructureerd)
- Documentanalyse
Wat is Inductief en deductief redeneren
• Bij inductief redeneren komt men tot een algemene regel,
generalisatie geheten, op grond van een aantal specifieke
waarnemingen (hypothese vorming)
• Bij deductief redeneren gaat men van het algemene naar
het bijzondere om een theorie verifiëren (hypothese
toetsing)
Wat is inductief redeneren?
Inductief redeneren is een bottom-up methode van onderzoek.
Hierbij kijk je vanuit een specifieke observatie of je een generalisatie kan vaststellen.
Wat is deductief redeneren?
Deductief redeneren is een top-down methode. Je gaat vanuit een generalisatie zoeken naar specifieke waardes.
Met behulp van deductief onderzoek test je theorieën en hypotheses
1e Analyse methode:
de zeven stappen Colaizzi bij fenomenologisch onderzoek
- Uitschrijven en aandachtig doorlezen
- Selecteren zinnen die van belang zijn
- Betekening geven aan geselecteerde zinnen
- Betekenissen clusteren in thema’s
- Thema’s beschrijven met letterlijke zinnen
- Beschrijving vertalen naar fundamentele thema’s
- Een eerste tentatieve beschrijving van deze ‘betekenis’
voorgelegd als membercheck
2e Analyse methode:
Onderzoeksslang van Boeije (2004) Open Coderen
- Print de interview(s) met brede kantlijn
- Regel voor regel begin en einde fragment vaststellen
- Bepaal waarom een fragment betekenisvol is.
- Bepaal of fragment relevant is voor je onderzoek
- Geef het fragment een naam (code)
- Zet code in kantlijn
- Benoem zo alle relevante tekstfragmenten
- Controleer fragmenten- fragmenten die over hetzelfde gaan krijgen
dezelfde code.
Axiaal coderen 1 (De betekenis achterhalen)
Dekken de codes de data? Creëer evt. nieuwe codes. Blijf steeds nadenken over de gegevens en de codering.
• Ga na of je de codes nog steeds passend zijn
• Wanneer er synoniemen gebruikt zijn- bepaal welke code
het meest passend is.
• Maak clusters van codes door hoofdcodes en subcodes
te onderscheiden
• Ga na of een code voldoende gedetailleerd is
beschreven op basis van fragmenten
• Splits codes of voeg ze samen indien nodig.
Doel: datareductie en belangrijke/ minder belangrijke elementen onderscheiden.
Axiaal coderen, de stappen
- Lijst met codes
- Beschrijven van codes (axiaal coderen)
- Codes van gegevens voorzien
- Verder gegevens verzamelen
5, Getoetste lijst van codes met beschrijving
Selectief coderen:
De stappen
Doelstelling
hulpmiddelen
- Verder structuur aanbrengen in hoofd- en subcodes.
- Veronderstellingen beschrijven
- Theoretische sensitiviteit - koppelen bevindingen aan
literatuur. - Codeboom
- Kernbegrippen
- Overige begrippen
- Verbanden - Member check. Kloppen de resultaten en conclusies
volgens jouw participanten? - Memo’s raadplegen vanuit logboek.
- Zoeken naar de ‘core category’ of ook wel ‘verklarende
principe’ - In elkaar schuiven gegevens en aanbrengen van een
structuur: verbanden leggen - Toetsen op juistheid in de data
Doelstelling:
Relaties aanbrengen tussen categorieën, zoeken naar verklaringen en verifiëren op hun juistheid.
Hulpmiddelen:
afbeeldingen en schema’s maken
Let op dat je je vraagstelling goed voor ogen houdt!