corporate financial law Flashcards

learning

1
Q

Wat betekent Wft?

A

Wet op het financieel toezicht - De belangrijkste Nederlandse wet voor financieel toezichtrecht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is DNB?

A

De Nederlandsche Bank - De prudentiële toezichthouder in Nederland.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat doet de AFM?

A

Autoriteit Financiële Markten - De gedragstoezichthouder in Nederland.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de rol van de ECB?

A

Europese Centrale Bank - De prudentiële toezichthouder voor significante banken in de eurozone.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Definieer prudentieel toezicht.

A

Toezicht op de soliditeit van financiële ondernemingen en de stabiliteit van de financiële sector door DNB.

1.24 Wft -> voldoende kapitaal ja of nee ?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is gedragstoezicht?

A

Toezicht op het gedrag van ondernemingen op de financiële markten jegens consumenten en beleggers.

1.25 Wft -> informatieassymetrie verhelpen, zorgplicht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is het Twin Peaks-model?

A

Het functionele toezichtmodel in Nederland, met DNB als prudentiële toezichthouder en AFM als gedragstoezichthouder.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat houdt het Single Rulebook in?

A

Een reeks geharmoniseerde regels in de EU die direct werken om harmonisatieverschillen te voorkomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de Bankenunie?

A

Een systeem waarbij Europees en nationaal financieel toezicht voor banken zijn samengebracht, met de ECB als toezichthouder voor significante banken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Definieer Kapitaalmarktunie (CMU).

A

Een initiatief om belemmeringen voor toegang tot kapitaal weg te nemen en grensoverschrijdende investeringen te vergemakkelijken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is het Europees paspoort?

A

Een systeem van wederzijdse erkenning van vergunningen, waardoor financiële ondernemingen in andere lidstaten kunnen opereren zonder een nieuwe vergunning aan te vragen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat betekent home state control?

A

Het principe dat toezicht op een financiële onderneming wordt uitgeoefend door de toezichthouder van het land van herkomst.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn ESA’s?

A

Europese Toezichthoudende Autoriteiten (EBA, EIOPA, ESMA) - Europese instanties die bijdragen aan de harmonisatie en consistentie van financieel toezicht in de EU.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de Lamfalussy-wetgevingsprocedure?

A

De procedure voor het opstellen en implementeren van Europese financiële regelgeving, met vier niveaus van regelgeving en interpretatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is FinTech?

A

Een samentrekking van ‘financial’ en ‘technology’, verwijzend naar technologische innovaties in de financiële sector.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Definieer civielrechtelijke zorgplicht.

A

De plicht van financiële ondernemingen om zorgvuldig te handelen en de belangen van hun cliënten te beschermen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat houdt het principe van eigen schuld in?

A

De schade die een cliënt lijdt, kan deels voor rekening van de cliënt komen als hijzelf heeft bijgedragen aan de schade.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat is het Safe Haven-arrest?

A

Een arrest van de Hoge Raad dat de zorgplicht van banken ten aanzien van derden, zoals beleggers, heeft vastgesteld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat zijn de drie doelen van financieel toezicht in Nederland?

A
  • Stabiliteit van het financiële systeem
  • Soliditeit van financiële ondernemingen
  • Goed gedrag en transparantie op de financiële markten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Vul in: Prudentieel toezicht richt zich op de ________ van ondernemingen.

A

[financiële gezondheid]

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Vul in: Gedragstoezicht richt zich op de manier waarop ondernemingen met ________ omgaan.

A

[cliënten]

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Hoeveel delen heeft de Wft?

A

Zeven delen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat zijn de vier niveaus van de Lamfalussy-wetgevingsprocedure?

A
  • Kaderregelgeving
  • Uitvoeringsmaatregelen
  • Interpretatie
  • Handhaving
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat zijn de implicaties van het Safe Haven-arrest voor banken?

A

Bevestigt de zorgplicht van banken ten aanzien van derden, zoals beleggers.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Wat is de Wft?
De Wet op het financieel toezicht
26
Hoeveel delen zijn er in de Wft?
Zeven delen
27
Wat bevat Deel 1 van de Wft?
Algemene bepalingen en definities, reikwijdte, toezicht en handhaving
28
Wat is het doel van Deel 2 van de Wft?
Markttoegang voor financiële ondernemingen
29
Wat wordt behandeld in Deel 3 van de Wft?
Prudentieel toezicht op financiële ondernemingen
30
Wat betreft Deel 4 van de Wft?
Gedragstoezicht op financiële ondernemingen
31
Wat bevat Deel 5 van de Wft?
Regels voor gedragstoezicht op de financiële markten
32
Wat is de focus van Deel 6 van de Wft?
Bijzondere maatregelen betreffende de stabiliteit van het financiële stelsel
33
Wat is de inhoud van Deel 7 van de Wft?
Slotbepalingen over de inwerkingtreding van de Wft
34
Wat zijn Algemene Maatregelen van Bestuur (AMvB's)?
Regels die nader zijn uitgewerkt vanuit de Wft
35
Wat zijn ministeriële regelingen?
Nader uitgewerkte regels uit AMvB’s
36
Wat hebben de AFM en DNB uitgevaardigd?
Nadere regelingen voor specifieke onderwerpen
37
Wat zijn beleidsregels?
Publicaties van AFM en DNB over het gebruik van hun bevoegdheden,
38
Wat hebben AFM en DNB op hun websites gepubliceerd?
Interpretaties, leidraden en vragen en antwoorden
39
Vul in: De Wft en de daaronder liggende regelgeving vormen een _______.
gelaagd systeem
40
Wat bevat Deel 5 van de Wft over het aanbieden van effecten?
Regels voor informatievoorziening door uitgevende instellingen en melden van zeggenschap
41
Wat zijn de bijzondere maatregelen in Deel 3 en Deel 3a van de Wft?
Maatregelen waarmee bij banken en verzekeraars kan worden geïntervenieerd
42
wat zijn toezichthouder-regels ?
regels gemaakt door AFM of DNB
43
Gold-plating
fenomeen waarbij een lidstaat verder gaat bij de omzetting van Europees recht dan de Europese regelgeving, meestal richtlijnen, zelf vereist
44
grensoverschrijdende dienstverlening
zonder kantoor
45
SSM verordening
draagt specifieke taken met betrekking tot het prudentieel toezicht op kredietinstellingen op aan de ECB om bij te dragen aan de veiligheid en soliditeit van kredietinstellingen en de stabiliteit van het financiële stelsel in de Unie en in elke lidstaat
46
exclusieve bevoegdheden ECB onder de SSM verordening
vergunningen aan kredietinstellingen verlenen en intrekken * beoordelen van kennisgevingen van verwervingen en afstotingen van gekwalificeerde deelnemingen in kredietinstellingen * zorgen voor de naleving van de handelingen waarbij prudentiële eisen voor kredietinstellingen zijn vastgesteld * toezien op de naleving van de handelingen op grond waarvan kredietinstellingen moeten beschikken over solide governanceregelingen * toetsingen verrichten en stresstests uitvoeren * toezichttaken vervullen met betrekking tot herstelplannen en vroegtijdige interventie
47
toezichtsbevoegdheden ECB onder de SSM verordening
informatie opvragen, onderzoeken instellen en inspecties ter plaatse verrichten
48
aan wie moet de ECB verantwoording afleggen?
Europees Parlement en De Raad
49
welke 2 taken heeft de ECB ? en wat is hier belangrijk?
De monetaire beleidstaak en de toezichttaken van de ECB moeten volledig gescheiden worden uitgevoerd om belangenconflicten te vermijden.
50
doel handhavingsbeleid AFM en DNB
zorgen dat financiële instellingen zich aan de wet- en regelgeving houden.
51
uitgangspunten van het handhavingsbeleid
Optreden zodra bekend met een overtreding (niet gedogen). * Optreden gericht op het bereiken van normconform gedrag. * Bestuursrechtelijke of strafrechtelijke handhaving. * Optreden afhankelijk van inhoud en strekking van de norm. * Optreden op effectieve wijze. * Optreden overeenkomstig de algemene beginselen van behoorlijk bestuur.
52
welke soorten handhavingsinstrumenten hebben de AFM en DNB tot hun beschikking ?
informele instrumenten formele instrumenten
53
informele instrumenten
via een gesprek en/of brief en een waarschuwingsbrief.
54
formele instrumenten
aanwijzing, last onder dwangsom, benoeming van een curator, bevoegdheid ontzeggen aan natuurlijke personen, wijzigen of intrekken van een vergunning, bestuurlijke boete, openbare verklaring en openbare waarschuwing.
55
Factoren bij de keuze van handhavingsinstrument:
Ernst en duur van de overtreding. * Mate van verwijtbaarheid en compliance-gerichtheid van de overtreder. * Medewerking van de overtreder aan het onderzoek. * Of de overtreder uit eigen beweging de overtreding heeft beëindigd. * Of er sprake is van recidive. * Of er derden zijn benadeeld. * Of de overtreder voordeel heeft verkregen door de overtreding.
56
Levering van aandelen
Levering geschiedt door bijschrijving conform art. 17 Wge (voor aandelen in een verzameldepot) en art. 41 Wge (voor aandelen in een girodepot). De vraag of dit een levering is zoals bedoeld in art. 3:84 BW, of een sui generis-figuur, is onderwerp van discussie, maar in beide gevallen wordt abstractie van de onderliggende rechtsverhouding bereikt.
57
Finaliteit
Het systeem van de Wge zorgt ervoor dat de verkrijging van giraal geleverde effecten in beginsel is geabstraheerd van de overeenkomst die aan de transactie ten grondslag ligt. Dit betekent dat beschikkingsonbevoegdheid en titelgebreken de verkrijging niet in de weg staan. Deze onaantastbaarheid wordt aangeduid met de term ‘finaliteit’.
58
Praktische uitvoering van transacties
In de praktijk wordt een verkooporder door een intermediair doorgegeven aan de beurs, waarna de effectenclearing en de CCP (Central Counterparty) een rol spelen bij de verwerking van de transacties. Uiteindelijk vinden girale boekingen plaats, en de settlement gebeurt doorgaans op T+2 dagen via Euroclear Nederland.
59
Art. 19 Wge
Dit artikel bepaalt dat een overdracht aan een intermediair ondanks onbevoegdheid van de vervreemder geldig is, mits de intermediair **te goeder trouw **was op het tijdstip van de bijschrijving. Bij een overboeking aan de uiteindelijke verkrijger geldt dat de overdracht geldig is indien de verkrijger te goeder trouw was op het moment dat hij van de bijschrijving kennis kreeg.
60
Goede trouw
De wetgever beoogt met het goede-trouwcriterium aan te sluiten bij art. 3:86 BW e.v.. Art. 19 Wge biedt een ruimere bescherming dan art. 3:88 BW, omdat er geen beperkingen worden gesteld aan de oorzaak van de onbevoegdheid.
61
Finaliteitsrichtlijn
Richtlijn 98/26/EG beoogt de stabiliteit van betalingssystemen en effectenafwikkelingssystemen te borgen en is geïmplementeerd in art. 212a e.v. Fw. De kern van de systeembescherming is te vinden in art. 212b Fw, dat de terugwerkende kracht van een faillietverklaring beperkt.
62
Clearing en settlement
Clearing omvat het overnemen van het tegenpartijenrisico door een centrale partij, terwijl settlement het geheel van handelingen omvat die nodig zijn om de overeenkomst uit te voeren.
63
Afschrijving en bijschrijving
Levering van een aandeel in een verzameldepot geschiedt door bijschrijving op naam van de verkrijger. Vanaf dat moment kan de vervreemder geen aanspraak meer doen gelden op het aandeel.
64
Beslag
Beslag ten laste van de vervreemder kan in beginsel alleen doel treffen indien het wordt gelegd vóórdat de bijschrijving op de nostro-rekening van de intermediair van de vervreemder heeft plaatsgevonden.
65
Ongedaan maken van overboekingsopdrachten
Een belegger kan een overboekingsopdracht in beginsel nog ongedaan maken tot op het tijdstip waarop het aandeel is bijgeschreven op de nostro-effectenrekening van de intermediair van de vervreemder.
66
Voorwaardelijke verbintenis
Het is de vraag of het systeem van voorwaardelijke rechten en leveringen inpasbaar is in het girale systeem. Gezien het belang van finaliteit in het effectenverkeer, lijkt dit niet het geval.
67
Stornering
Onjuiste boekingen kunnen worden hersteld (gestorneerd), maar alleen als de goederenrechtelijke verhoudingen dit toelaten. Art. 18 Wge regelt specifiek de situatie waarin een overboekingsopdracht wordt gegeven met betrekking tot een groter aantal effecten dan waarover de intermediair kan beschikken.
68
6:193a c en J
aanprakelijkheid voor uitgevende instelling uitingen buiten de prospectus
69
art 11 Prospectus verordening -> aansprakelijkheid 7 lid 5 sub e
voorziet dit niet in een specifiek geval dan naar nationaal recht -> 6:193a/6:194 en dan -> jurisprudentie -> World Online
70
World online
* verplichtingen * aansprakelijkheid t.a.v leadmanagers en
71
secundaire markt
beurshandel -> WGE praktijk -> CCP, CSD (centraal instituut)
72
verzameldepots en girodepots
gemeenschappen van aandelen die buiten faillisement zouden vallen
73
Prospectusaansprakelijkheid
voor de uitgevende instelling voor bijv. het opstellen van een misleidende prospectus, ook de leadmanagers (banken), bestuurders ook maar erg lastig | via de prospectus verordening en anders nationaal geregeld en jurispr. ## Footnote HR Worldonline
74
prospectus | r
reclamepraatje en informatie voor investeerders over een komende beursgang
75
prospectusverordening niet van toepassing voor ?
art 1 lid 2 ,3,4,5 PO VO art 3 PO VO
76
open end type beleggingsinstellingen
continue veranderingen mogelijk, instappen en uitstappen van beleggers geen prospectusverplichting
77
close end type beleggingsinstellingen art 1 lid 2 sub A
geen constante mogelijkheid tot intredende en uittredende beleggers
78
Universeel registratiedocument ex art 9 PO VO
geeft informatie over beschrijving van de organisatie, bedrijfs activiteiten, financiële positie, winsten, vooruitzichten en governance- en aandeelhoudersstructuur van de instelling
79
Rol AFM m.b.t een URD
goedkeuring
80
mag je verwijzen naar andere delen van de prospectus in je samenvatting ?
nee, ex art 7 lid 11 PO VO
81
het maken van prospectus relame kan verboden worden volgens ?
1.77i WFT jo art 32 sub e PO VO
82
World online
RO 4.10 -> maatman-belegger kennisname prospectus niet vereist RO 4.11 -> Causaal verband misleidende beleggingsbeslissing (kan in concreet geval anders zijn) 6:97,6:98 normaal bewijs RO 4.25 Buiten info prospectus uitgevende instelling (art 22 lid 4 PO VO) RO 4.31 info buiten prospectus (Lead manager) RO 4.38 koersstabilisatie ook niet toegestaan maar valt buiten prospectusaansprakelijkheid
83
6:193C BW
84
6:194 BW
85
hoe lever je een aandeel ?
art 17 Wge -> verzameldepot door bijschrijving op naam van de verkrijger in het daartoe bestemde deel van de administratie van de intermediair.
86
kun je een aandeel verpanden?
art 20 Wge: De verpanding van een aandeel in een verzameldepot vindt plaats door bijschrijving ten name van de pandhouder in de administratie van de intermediair
87
Hoge Raad 2 december 1994, NJ 1996/246 (Coop)
Inhoudsindicatie: Geschil over bestuurdersaansprakelijkheid wegens onbehoorlijke taakvervulling (art. 2:9 BW, art. 2:248 BW). Samenvatting: Bestuurder handelde niet in het belang van de vennootschap, met schade als gevolg. Vraag: ernstig verwijtbaar handelen en bewijslast. Conclusie: Ernstig verwijt vereist voor aansprakelijkheid op grond van art. 2:9 BW.
88
HR World online
Inhoudsindicatie: Misleidende informatie bij beursgang (art. 6:194 BW, Wet toezicht effectenverkeer). Samenvatting: Onvolledige informatieverstrekking leidde tot schade bij beleggers. Centraal: zorgplicht en transparantie. Conclusie: Belang van juiste informatie aan beleggers en aansprakelijkheid bij misleiding.
89
Van Nieuwburg/TMF
Inhoudsindicatie: Aansprakelijkheid wegens onrechtmatige daad door informatieachterhouding (art. 6:162 BW, art. 6:163 BW). Samenvatting: Onrechtmatig handelen door informatieachterhouding met schade als gevolg. Vraag: causaal verband en relativiteit. Conclusie: Geen aansprakelijkheid wegens ontbreken relativiteit.
90
HR DSM
Inhoudsindicatie: Structuurregeling en zeggenschap aandeelhouders (art. 2:158 BW, art. 2:344 BW). Samenvatting: Aandeelhouders wilden meer invloed op beleid, maar DSM beriep zich op structuurregeling. Conclusie: DSM handelde binnen wettelijke grenzen; aandeelhouders hebben geen direct recht op beleidsinvloed.
91
HR PCM
Inhoudsindicatie: Overname en belangenbehartiging stakeholders (art. 2:344 BW, art. 2:8 BW). Samenvatting: Verkoop aandelen zonder voldoende belangenafweging van stakeholders. Centraal: zorgplicht bestuur. Conclusie: PCM schond zorgplicht door gebrek aan transparantie.
92
HR ASMI
Inhoudsindicatie: Aandeelhoudersrechten en strategiebeleid (art. 2:8 BW, art. 2:344 BW). Samenvatting: Aandeelhouders wensten invloed op strategie; ASMI benadrukte autonomie van het bestuur. Conclusie: Bestuur heeft beleidsvrijheid, mits belangenafweging zorgvuldig is.
93
HR Cancun
Inhoudsindicatie: Geschil over belangenafweging in joint venture (art. 2:8 BW). Samenvatting: Conflict tussen aandeelhouders over strategische koers; vraag: evenwichtige belangenbehartiging. Conclusie: Bestuur dient belangen alle stakeholders evenwichtig te behartigen.
94
Boskalis fugro
Inhoudsindicatie: Bescherming tegen ongewenste overname (art. 2:8 BW). Samenvatting: Fugro weigerde samenwerking met Boskalis om onafhankelijkheid te behouden. Conclusie: Bestuur mag overnamepogingen afweren om bedrijfsbelang te waarborgen.
95
Geltl/Daimler AG (HvJ EU 28 juni 2012, JOR 2012/259)
Inhoudsindicatie: Openbaarmaking koersgevoelige informatie (Richtlijn marktmisbruik). Samenvatting: Vertraging in bekendmaking van interne informatie en impact op koers. Conclusie: Openbaarmaking vereist zodra informatie voldoende concreet is.
96
Fortis (HR 6 december 2013, NJ 2014/167)
Inhoudsindicatie: Aansprakelijkheid wegens misleiding beleggers (art. 6:194 BW). Samenvatting: Fortis verstrekte misleidende informatie over financiële situatie. Conclusie: Aansprakelijkheid wegens onjuiste informatieverstrekking.
97
Shell (Rb. Den Haag 26 mei 2021, JOR 2021/208)
Inhoudsindicatie: Klimaataansprakelijkheid en zorgplicht milieu (art. 6:162 BW, Klimaatakkoord). Samenvatting: Milieudefensie stelde dat Shell haar CO₂-uitstoot onvoldoende reduceerde. Conclusie: Shell is verplicht haar emissies te verminderen wegens zorgplicht.
98
RNA (HR 18 april 2003, NJ 2003/286)
Inhoudsindicatie: Bescherming minderheidsaandeelhouders (art. 2:201 BW). Samenvatting: Geschil over invloed minderheidsaandeelhouders op bestuursbeleid. Conclusie: Belangen minderheidsaandeelhouders dienen voldoende gewaarborgd te zijn.
99
ABN AMRO (HR 13 juli 2007, NJ 2007/434)
Inhoudsindicatie: Overnameprocedure en aandeelhoudersinvloed (art. 2:107a BW). Samenvatting: Aandeelhouders verzetten zich tegen overnamebeleid van ABN AMRO. Conclusie: Bestuur moet aandeelhouders betrekken bij fundamentele besluiten.
100
Versatel (HR 14 september 2007, NJ 2007/610)
Inhoudsindicatie: Bescherming tegen vijandige overname (art. 2:8 BW). Samenvatting: Bestuur trof beschermingsmaatregelen tegen overnamepoging. Conclusie: Bescherming toegestaan mits in belang van vennootschap.
101
Stork (OK 17 januari 2007, JOR 2007/42)
Inhoudsindicatie: Aandeelhoudersactivisme en strategiebeleid (art. 2:344 BW). Samenvatting: Aandeelhouders probeerden invloed uit te oefenen op splitsing van Stork. Conclusie: Bestuur heeft beleidsvrijheid, met plicht tot belangenafweging.
102
Schuitema (OK 5 oktober 2010, ARO 2010/155)
Inhoudsindicatie: Belangenbehartiging bij overname (art. 2:344 BW). Samenvatting: Geschil over verkoop aandelen en zorgplicht jegens stakeholders. Conclusie: Bestuur moet alle betrokken belangen zorgvuldig afwegen.
103
TMG (OK 21 maart 2017, JOR 2017/229)
Inhoudsindicatie: Overname en invloed aandeelhouders (art. 2:344 BW). Samenvatting: Conflict over controle bij overname TMG; belang continuïteit vennootschap centraal. Conclusie: Bestuur mag overnamepogingen afwegen vanuit vennootschappelijk belang.
104
Wat zijn de belangrijkste doelen van transparantie in het financieel recht?
De doelen van transparantie omvatten: - openbaarmaking (disclosure), - eigen verantwoordelijkheid, en - het balanceren van marktwerking met fiduciaire plichten en zorgplichten
105
Welke spanningen kunnen er ontstaan rondom transparantie in het financieel recht?
Er kan een spanning ontstaan tussen de eisen van de markt en de fiduciaire plicht en zorgplichten die bepaalde partijen hebben
106
Wat is een voorbeeld van de effectiviteit van transparantie
Bestuurdersbeloning en de financiële bijsluiter worden genoemd als voorbeelden van de effectiviteit van transparantie
107
Op welke wettelijke basis kan spontane algemene informatieverstrekking gebaseerd zijn, buiten de jaarrekening om?
Spontane informatieverstrekking kan gebaseerd zijn op art. 2:8 en 9 BW, met name als het achterhouden van informatie kan leiden tot ernstige nadelen voor stakeholders
108
Wat is de relevantie van HR ASMI (2010) in de context van corporate disclosure?
HR ASMI (2010) is een voorbeeld van informatie waar aandeelhouders om vragen in het kader van corporate disclosure
109
Waarom is corporate governance belangrijk voor disclosure?
Corporate governance omvat disclosure, rekening en verantwoording, zoals vastgelegd in de Code Corporate Governance en de corporate governance statement.
110
Wat is het fundamentele doel van de jaarrekening volgens 2:362 lid 1 BW?
De jaarrekening moet volgens aanvaardbare normen een inzicht geven dat een verantwoord oordeel mogelijk maakt over het vermogen, resultaat, de solvabiliteit en de liquiditeit van de rechtspersoon als er elders in de wet regelingen staan die de deze regeling doorkruizen moet hier geen invulling aan worden gegeven
111
In welke situatie mag een rechtspersoon afwijken van de bijzondere voorschriften van het jaarrekeningenrecht?
Indien noodzakelijk voor het verschaffen van inzicht in vermogen en resultaat, mag een rechtspersoon afwijken van de bijzondere voorschriften
112
Voor wie is de jaarrekening van belang, naast de aandeelhouders?
De jaarrekening is ook van belang voor crediteuren en andere stakeholders, bijvoorbeeld voor waardering bij een overname
113
Welke soorten niet-financiële informatie moeten mogelijk openbaar worden gemaakt?
Beleid ten aanzien van milieu, sociale en personeelsaangelegenheden, mensenrechten, corruptie & omkoping.
114
Welke regelgeving is relevant voor niet-financiële informatie?
Besluit bekendmaking niet-financiële informatie (2017), EU Taxonomy, CSRD.
115
binnen hoeveel maanden na het einde van het boekjaar moet de financiele verslaggeving worden gepubliceerd
4 maanden
116
Welke elementen zijn opgenomen in de jaarlijkse financiële verslaggeving volgens art. 5:25c Wft?
Verantwoordelijkheidsverklaring bestuurders/commissarissen en een beschrijving van de voornaamste risico’s en onzekerheden
117
is een audit verplicht voor halfjaarscijfers
nee maar als deze heeft plaatsgevonden is er wel een publicatieplicht
118
# code corporate governance over bestuursverslag Wat voor soort doelstellingen moeten er worden opgenomen volgens de Code Corporate Governance?
operationele en financiele doelstellingen en strategie
119
# code corporate governance over bestuursverslag Welke informatie over de beloning van bestuurders moet worden opgenomen?
Hoofdlijnen remuneratierapport in aanvulling op wettelijke disclosure over hoogte en structuur beloningen en beloningsbeleid en beloningsrati0
120
Vraag: Welke informatie over de kapitaalstructuur moet worden opgenomen in het jaarverslag?
Antwoord: Beperkingen overdracht aandelen of certificaten.
121
Vraag: Wat moet er worden vermeld over deelnemingen in het jaarverslag?
Antwoord: Deelnemingen waarvoor een meldingsplicht bestaat.
122
Welke informatie over zeggenschapsrechten moet worden opgenomen?
Antwoord: Bijzondere zeggenschapsrechten verbonden aan aandelen en de naam van de gerechtigde
123
Op basis van welke wetgeving moet koersgevoelige informatie onverwijld openbaar worden gemaakt?
Art 17 MAR
124
Onder welke voorwaarden mag de openbaarmaking van koersgevoelige informatie worden uitgesteld?
Uitstel is mogelijk indien het een rechtmatig belang van de uitgevende instelling dient, er geen misleiding van het publiek te duchten is, en de
125
ESG definitie
Environmental. Social & Governance
126
Shell zaak
concernaansprakelijkheid op grond van ESG
127
geschiktheidstoets in de zin van ESG
DNB kan het bestuur aanspraklijk houden voor gedrag dat niet in lijn is met een bestuurder van een bank/verzekeringsmaatschapij/pensioenfondsen
128
hoe handelen bedrijfen m.b.t ESG
uitsluitingsbeleid-> niks te maken met fossiele brandstof afweging -> er is nog niet genoeg groene energie
129
toezichthouders i.v.m ESG
ESG risicos inventariseren kijken naar de ontwikkeling van de investeringsbalans
130
HR RNA
- Uit HR RNA volgt dat beschermingsconstructies zijn geoorloofd. Het ging in het bijzonder om een change-of-control-bepaling; oprichting van een nieuwe stichting en uitgifte van aandelen aan een nieuwe stichting. HR maakt onderscheid tussen ad-hoc beschermingsmaatregelen en voortdurende. Voor ad-hoc geldt dat deze in beginsel zijn gerechtvaardigd, mits noodzakelijk en in lijn met vennootschapsbelang. Voortdurende maatregelen zijn in de basis ongeoorloofd, waarbij telkens per moment getoetst moet worden of het noodzakelijk en in het vennootschapsbelang is.
131
HR ABN AMRO
HR 13 juli 2007, NJ 2007/434 (ABN AMRO); Bestuur heeft primaat over afschaffing van beschermingsconstructie. Het afschaffen van een beschermingsconstructie van een NV/BV kan worden geïnitieerd door het bestuur van de vennootschap. Bescherming – en dus ook het afschaffen daarvan – behoort tot de bestuurstaak en vloeit voort uit het feit dat het bestuur het primaat over de strategie heeft.
132
Hr Versatel
Andere mogelijkheid is dat de aandeelhouders van de target zodanig verwateren dat zij kunnen worden uitgekocht. In HR Versatel blijkt dat dit is toegestaan, mits aangekondigd in biedingsdocumentatie. Waardoor de 95%-grens wordt behaald. bijvoorbeeld via driehoeksfusie. Toelaatbaar? HR 14 september 2007, JOR 2007/237 (Versatel).
133
HR TMG
OK TMG: overnamebod uitgebracht op TMG. Bestuurders worden geschorst door RvC, omdat zij dat noodzakelijk achtte in het belang van de vennootschap. Vennootschap had geen effectief bestuur meer. In de statuten stond dat de RvC tijdelijk bestuur had bij ontstentenis. Hier ging het om de RvC die de bevoegdheid wél had en het RvC kon ook niet anders. - Gelijk speelveld tussen bieders
134
HR Schuitema
3.9 Het bod dat Skipper Acquistions heeft uitgebracht betrof een verplicht openbaar bod als bedoeld in artikel 5:70 Wet op het financieel toezicht (Wft). Ingevolge lid 6 van artikel 2:359c BW wordt, in gevallen waarin een verplicht openbaar bod is uitgebracht, de waarde van de bij dat bod geboden tegenprestatie geacht een billijke prijs, als in voormelde bepaling bedoeld, te zijn. In afwijking daarvan, zo vervolgt de wettelijke regeling, kan de rechter bevelen dat een of drie deskundigen berichten over de waarde. In de memorie van toelichting (Kamerstukken II 2005-2006, 30 419, nr. 3, p. 49) wordt deze regeling aangeduid als een wettelijk vermoeden. Gelet daarop, alsmede op het bepaalde in artikel 15 lid 5 van de Richtlijn 2004/25/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 betreffende het openbaar overnamebod, legt de Ondernemingskamer de regeling aldus uit dat de onder het openbare bod geboden prijs wordt vermoed de billijke prijs voor de aandelen te zijn en dat de prijs overeenkomstig dat vermoeden wordt vastgesteld, tenzij feiten en omstandigheden zijn gesteld of gebleken die dit vermoeden (kunnen) ontkrachten. Dit geldt ook indien tegen (een deel van) de gedaagden verstek is verleend. 3.10 Een en ander betekent in het onderhavige geval dat de onder het (verplichte) openbare bod geboden prijs ad € 24,21 per aandeel Schuitema wordt vermoed een billijke prijs voor de aandelen Schuitema te zijn, tenzij dit vermoeden als voormeld wordt ontkracht. De Ondernemingskamer zal thans beoordelen of dat zich, gelet op hetgeen VEB naar voren heeft gebracht, voordoet.
135