congenitale infecties Flashcards
Wat is het verschil tussen congenitale en perinatale infecties
congenitaal = intra-uterien = prenataal
perinataal of neonataal = eerste vier weken,
perinataal is verkregen tijdens de bevalling
onder congenitale infecties vallen:
torches maar in volgorde van meest voorkomende
CMV, parvovirus B19, varicalle, rubella, HIV, lues, toxoplasmose
onder de perinatale infecties vallen
gonorroe, chlamydia, groep b strepto’s, listeria, hsv, enterovirus!!
Waarop worden alle zwangere vrouwen gescreend na 12 weken
HIV, hepatitis B, syfilis -
Congenitale rubella:
risicogroep, incidentie
Zeer zeldzaam met als risicogroep ongevaccineerde vrouwen die nooiteerer rubella hebben gehad
congenitale rubella: klachten moeder
50% asymptomatisch
de andere 50%: eerste algehele malaise met hoest, lymfadenopathie, keelpijn, conjunctivitis
daarna: exabtgeem van gezicht -> romp -> armen en benen
congenitale rubella
moeder raakt geinfecteerd tijdens zwangerschap, weken
- eerste 12 weken: 100% kans, 20% krijgt intra-uteriene abortus
- 13-16 weken: 15% kans op doofheid en retinopathie
- na 16 weken: geen afwijkingen
congenitale rubella
diagnostiek bij moeder
moeder klachten -> serumkweek voor igg en igm, en soms ook een keelswab voor rubella pcr of kweek
congenitale rubella: diagnostiek bij baby
intra-uterien < 20 weken: vruchtwaterpunctie voor pcr
postnataa;: igm of urine en keeluitstrijke
klassieke trias rubella
cataract, hartafwijkingen en doofheid
Congenitale CMV infectie:
percentage met blijcende klachten en welke klacht is dit en hoe behandel je het
20%, gehoorschade, (val)ganciclovir
herpes neonatorum:
op welke 2 manieren kan HSV doorgegeven worden?
perinataal -> genitaal bij geboorte (meerderheid en kan ook zonder laesie)
postnataal -> koortslip
herpes neonatorum: transmissie kans
- vaginale bevalling bij primaire herpes genitalis: 50% transmissie (bij reactivatie herpes genitalis is de kans kleiner)
- transmissie via koortslip: alleen bij direct contact
herpes neonatorum: manifestatie bij knd
40% in 1e week al klachten
- gelocaliseerde huid, oog en mond infectie
- czs infectie, slecht drinken, geprikkeld, suf, convulsies, luierpijn
- gedissimineerde infectie: visceraal (hepatitis) -> dramatisch
herpes neonatorum: diagnostiek
moeder: als laesies en geen voorgeschiedenis -> pcr, kweek
kind: na 24-48 uur bevalling -> pcr/kweek van keel, conjuctiva,
(huid, liquor of serum/plasma)
herpes neonatorum: behandeling
gedurende 2-3 weken een hoge dosis aciclovir iv
syfilis the great imitator:
kliniek bij moeder
- primaire syfilis: solitaire pijnloze ulcera. Bij 60-90% van de onbehandelde gevallen -> secundair. Incubatietijd 60-90 dagen
- secundair(6 wk-6mnd): exantheem, malaise, koorts, spier/gewrichtspijn, lymfadenopathie, condylomata lata (plaques)
- tertiair: chronische ontstekingshaarden in huid, slijmvliezen, botten en organaan
congenitale lues: kliniek bij kinderen
foetus: abortus of vruchtdood, intra-uteriene groeiretardatie, vroeg-geboorte, hydrops foetalis (vocht ophoping)
pasgeborene: 2/3e asymptomatisch bij geboorte maar ontwikkelt daarna:
vroege symp: rash, geelzucht, lymfadenopathie, hetaposlemomegalie, nefrotisch, meningitis, rhinitis
late symp: zadelneus, skeletafwijkingen, doofheid, retardatie, hutchinson tanden, interstitiele keratitis
congenitale lues: transmissie kans
primair en secundair: 50%
vroege latentie<1jr: 40%
tertiaire syfylis en late latentie: 10%
kan op elk moment van de zwangerschap
congenitale lues: diagnostiek moeder
alle zwangere vrouwen gescreend met TPHA /TPPA en hierna VDRL als positief, want TPHA blijft heel je leven positief ook bij behandeling, die andere is alleen als actief
congenitale diagnostiel: kind
- klinisch beeld + positieve moeder
- igm
- vdrl titer vergelijken met moeder; >4x hoger = congenitale syfilis
- vdrl titer beloop
congenitale lues
preventie, therapie, follow-up
preventie: condoom en screening in 13e week
therapie: benzylpenicilline
follow up:
moeder -> VDRL 1e jaar 3 maandelijke, 2e jaar 6 maandelijks
kind: vdrl 3 maandelijks gedurende 2 jaar
hepatitis b: dragerschap, screening, hoe getransmiteerd zonder infectie
dragerschap: HBsAg positief
gescreend in 1e trimester zwangerschap
grote kans verticale transmissie zonder interventie
hepatitis b: symptomen pasgeborenen
4% heeft symptomen en 0.4% heeft fulminantie hepatitis rond 3e maand -> fataal
meeste krijgen HBsAg-dragerschap en indien onbehandeld overlijdt 30-35% van chronische dragers tussen 20-60 jaar door cirrose of hcc