College Screening Flashcards

1
Q

Screening

A
  • Eerder opsporen met een test betekent vervroeging van de diagnose en behandeling, waardoor (mogelijk) minder ernstige gevolgen optreden en/of langer leven mogelijk is.
  • Het onderzoek is gericht op het vinden van:
    o Erfelijke aanleg voor ziekte
    o Risicofactoren die de kans op ziekte vergroten
    o De ziekte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Doel van screening

A
  • Vergroten van (gezonde) levensverwachting en/of kwaliteit van leven in de populatie
    o Screening op ziekte door vroege behandeling en/of interventie
    o Screening op erfelijke aanleg en risicofactoren door verandering van leefstijl, preventie interventies en/of intensievere surveillance
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Voordelen screening

A
  • Voorkomen sterfte
  • Gerechtvaardigde geruststelling dat je geen ziekte hebt
  • Positief beïnvloeden van risicogedrag
  • Minder ongunstige uitkomsten van de ziekte en daardoor winst in gezondheid
  • Minder behandelingen voor vergevorderde stadia van de ziekte
  • Minder intensieve of mutilerende primaire behandelingen van de ziekte
  • Efficiëntere diagnostiek (grotere proportie terecht-positieve uitslagen in vergelijking tot diagnostische tests bij patiënten die zich in de kliniek presenteren)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Nadelen screening

A
  • Bijwerkingen en risico’s van de screeningstest
  • Ongerustheid en onnodige vervolgdiagnostiek
  • Nadelige effecten van het eerder vinden van de ziekte of verhoogd risico (eerder op de hoogte van de ziekte, over een langere periode vervolgonderzoek (surveillance), over een langere periode bijwerkingen van de primaire behandeling)
  • Overdiagnose en overbehandeling
  • Onterechte geruststelling door deelname aan screening: fout resultaat van screening –>onterechte geruststelling –> minder geneigd om naar de dokter te gaan –>potentieel uitstel van diagnose –> ziekte is op een later stadium
  • Vroege ontdekking zonder gezondheidswinst
  • Negatief beïnvloeden van risicogedrag: gedrag maakt niet meer uit van de persoon
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Afweging voordelen en nadelen

A
  • Sterftegeval voorkomen vs overdiagnose (ziekte die zich niet had openbaard)
  • Keuze is persoonlijk:
    o Alle voordelen en nadelen vertalen in kwaliteit van leven?
    o Alle voordelen en nadelen presenteren en afweging overlaten aan individu?
  • In Nederland adviseert de gezondheidsraad de minister (Wet op Bevolkingsonderzoek) of de balans voordelig lijkt uit te pakken op populatieniveau
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Karakteristieken van screening testen

A
  • Vier concepten beschrijven de prestaties van een screening test:
    o Sensitiviteit
    o Specificiteit
    o Positief Voorspellende Waarde (PVW)
    o Negatief Voorspellende Waarde (NVW)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Sensitiviteit

A
  • Sensitiviteit van de test is de kans dat personen met de ziekte een positieve test zullen hebben (dus terecht positief, anders zijn ze fout negatief)
  • De gewenste sensitiviteit is gerelateerd aan de volgende factoren:
    o Ernst van de ziekte: zeer ernstig? Hoge sensitiviteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Specificiteit

A
  • Specificiteit van de test is de kans dat personen zonder de ziekte een negatieve test zullen hebben (dus terecht negatief, anders zijn ze fout positief)
  • De gewenste specificiteit is ook gerelateerd aan de volgende factoren:
    o Ernst van de ziekte
    o Invasiviteit van de vervolgprocedure na een positieve test: onnodige vervolgprocedure
    o Prevalentie van de ziekte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Positief Voorspellende Waarde (PVW)

A
  • PVW geeft weer welk deel van de personen met een positieve ook daadwerkelijk de ziekte heeft
  • De PVW is afhankelijk van de prevalentie van de ziekte in de populatie
  • Bij een lage PVW zijn er relatief veel verwezen personen met een fout-positieve uitslag. Afhankelijk van de ziekte waarop gescreend wordt en de Invasiviteit van het vervolgonderzoek, zorgt dit voor angst, risico op complicaties en onnodige kosten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Negatief Voorspellende Waarde (NVW)

A
  • NVW geeft weer welk deel van de personen met een negatieve test ook daadwerkelijk de ziekte niet heeft
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Kwaliteit van een screening test

A
  • Een screeningstest is perfect als sensitiviteit en specificiteit 100% zijn
  • Een screeningstest is waardeloos als de kans op een positief test resultaat gelijk is voor personen met en zonder de ziekte
  • Over het algemeen presteert een screeningstest tussen deze extremen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Keuze voor geschikte screeningstest

A
  • Test sensitiviteit en specificiteit
  • Voorkeur van de bevolking (acceptabel)
  • Veilig
  • Vervolgonderzoek en complicaties
  • Risico’s van missen vroegtijdige detectie
  • Betaalbaar
  • Infrastructuur: beschikbare lab en artsen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Organisatie van screening

A
  • Screening versus patiëntenzorg
    o Populatie versus individu
    o Asymptomatisch (gezond) versus symptomatisch (klachten)
  • Screening vraagt om andere afwegingen dan klinische praktijk
    o Klinische praktijk draait om detectie van ziekte (van belang om niets te missen) –> hoge sensitiviteit
    o Screening richt zich op gezonde mensen (van belang om de nadelen te bespreken) –> hoge specificiteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Soorten organisatie screening

A
  1. Georganiseerde screening
    a. Populatie gebaseerde screening: grote landelijke screening (bijv. darmkanker)
    b. Kwaliteitsstandaard: voldoen aan normen
    c. Evaluatie
  2. Opportunistische screening
    a. Case-finding: op eigen verzoek screening test
    b. Aangepast op het individu
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Vergunningsplichtige bevolkingsonderzoeken Nederland

A
  • Wet op Bevolkingsonderzoek (WBO) omvat:
    o Bevolkingsonderzoek gebruikmakende van ioniserende straling
    o Bevolkingsonderzoek naar kanker
    o Bevolkingsonderzoek naar ernstige ziekten/afwijkingen waarvoor geen behandeling of preventie mogelijk is
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Bewijs van effectiviteit

A
  • Doel van screening is verlagen van:
    o Ziektelast (morbiditeit)
    o Sterfte aan de ziekte (mortaliteit)
17
Q

Bias in meten effectiviteit

A
  • Langere survival van screen-gedetecteerde kankers versus klinisch gedetecteerde kankers is niet genoeg
    o Lead time bias
    o Length bias
    o Selection bias
18
Q

Lead time bias

A
  • Eerdere diagnose leidt automatisch tot langere survival na diagnose, ook als er geen voordeel is voor het individu
  • Diagnose naar voren halen, maar sterfte/eindpunt blijft gelijk
19
Q

Length bias

A
  • Screening met een bepaald interval detecteer proportioneel meer langzaam groeiende tumoren met waarschijnlijkheid betere overleving
  • Agressieve kanker (korter) worden gemist door de screening
20
Q

Bewijs voor effectiviteit

A
  • Langere survival van screen-gedetecteerde kankers versus klinisch gedetecteerde kankers wordt dus niet als eindmaat gebruikt
  • Gerandomiseerde studies met als uitkomst ziekte-specifieke sterfte van de populatie zijn enige manier om effectiviteit screening onomstotelijk aan te tonen
  • Case-controle studie is een alternatief als er al een landelijke screeningsprogramma is
21
Q

Bevolkingsonderzoek

A

programma die actief aangeboden wordt aan grote groep mensen in de bevolking

22
Q

Preklinisch detecteerbare stadium

A

een bepaalde periode vóór klinische diagnose waarbij de ziekte detecteerbaar kan zijn met screening. Afhankelijk van soort ziekte en screening test

23
Q

Gezondheidswinst van eerdere ontdekking en behandeling is afhankelijk van

A

o Natuurlijke beloop
o Therapie mogelijkheden

24
Q

Betrouwbaarheid

A

goede betrouwbaarheid leidt tot herhaald testen tot eenzelfde uitslag en leiden meer beoordelingen van dezelfde test door één beoordelaar of door meerdere beoordelaars tot dezelfde uitslag.

25
Q

Validiteit

A

in welke mate de test werkelijk een bepaalde ziekte of een voorstadium daarvan kan aantonen, en ook juist de afwezigheid van de ziekte goed kan aantonen
o Bestaat uit specificiteit en sensitiviteit

26
Q

Afkappunt

A

drempelwaarde; indien bv. 5 en meer als een positieve testuitslag beschouwd wordt en minder dan 5 als een negatieve testuitslag dan is 5 de drempelwaarde. Naarmate het afkappunt hoger ligt, zal het aantal dat positief scoort dalen, dus ook de sensitiviteit. Specificiteit zou gaan stijgen
o Andersom: Hoe lager het afkappunt voor verdere verwijzing, des te hoger de sensitiviteit, maar des te lager de specificiteit.

27
Q

ROC-curve

A

een grafiek waarmee het vermogen van een test om een onderscheid te maken tussen gezonde en zieke personen wordt weergegeven

28
Q

Overdiagnostiek en -behandeling

A

het via screening eerder ontdekken en behandelen van ziekte die anders nooit tijdens het leven tot symptomen (en dus diagnose) zou hebben geleid. Dit is een van de belangrijkste nadelen van screening.

29
Q

Nut-risicoverhouding

A

de verhouding tussen gezondheidswinst en neveneffecten
o Zoals gewonnen levensjaren, verbetering van de cognitieve, motorische of sociaal-emotionele ontwikkeling

30
Q

Criteria voor invoering van een screeningsprogramma

A
  • Omvangrijke gezondheidswinst:
    o Gewonnen levensjaren
    o Cognitieve, motorische, of sociaalemotionele verbetering
    o Vergroting van behandelingsopties dan wel eerder kunnen voorbereiden op de uitkomst (bijv. bij zwangerschap)
    o Effecten moeten eenduidig zijn vastgesteld, liefst in gerandomiseerd onderzoek.
  • Geringe mate van ongunstige neveneffecten:
    o Vervroeging, overdiagnostiek en neveneffecten
    o Voor kwaliteit van leven gecorrigeerde levensjaren
    o Balans tussen gezondheidswinst en neveneffecten moet inzichtelijk zijn voor de deelnemers
  • Redelijke verhouding tussen de kosten en effecten:
    o Beperkte ongewenste effecten
    o Ontwikkelingen op andere terreinen veranderen de afweging op korte termijn niet
    o QALY: kosteneffectiviteitsverhouding
    o Niet teveel; niet te weinig screening
31
Q

USPSTF

A

geeft aanbevelingen op ziekten die een gunstige nut-risicoverhouding hebben
o Labels: zeker (A), zeer waarschijnlijk (B), bijzondere omstandigheden aanbieden (C) en afgeraden (D)

32
Q

Samenhang van preventie en behandeling

A
  • Huidige sterftecijfers zijn beïnvloed door verbeteringen in behandelingen en invoering van screening, eerder waren sterftecijfers hoger wegens zijn oudere technieken. Het illustreert hoe moeilijk het is effecten van preventie aan te tonen.
33
Q

Welke bewijskracht is nodig voor screening

A
  • Critici beweren dat door screening meer mensen aan een andere ziekte dood, dus zonder overlevingskans. Uiteraard gaan er, als gevolg van effectieve secundaire preventie van kanker, uiteindelijk meer mensen aan een andere ziekte dood; ook aan de gewonnen levensjaren komt immers ooit een eind. Toch worden er wel degelijk levensjaren gewonnen. Resultaten van onderzoeken zijn niet statisch significant. Screeningtrials zijn niet groot genoeg om een significant resultaat te krijgen, dit vereist honderdduizenden. Daarom testen ze alleen of de sterfte kan worden verlaagd of ongunstige neveneffecten heeft
34
Q

Risicostratificatie

A

patiëntengroepen die de meeste baat hebben bij een bepaalde interventie te identificeren

35
Q

Case-finding

A

screening van individuen als ze voor een andere klacht of ziekte bij een hulpverlener langskomen
o Geen systematisch programma: leidt tot ongelijkheid en latere diagnose en therapie –> slechtere nut-risicoverhouding

36
Q

Toekomst: one size fits all?

A
  1. Huidige Nederlandse kanker programma’s bieden uniforme screening
  2. Het risico op de ziekte is niet gelijk voor iedereen
  3. Gepersonaliseerde screening lijkt veel belovend