CIAV, gumboro, trilziekte Flashcards

1
Q

CIAV algemeen

A
  • Chicken Infectious Anaemia Virus
  • Blauwe vleugeltjes ziekte
  • circo met tropisme lymfoïde organen
  • resistent DNA
  • 1 serotype ziekte bij kip
  • vnl braadkuikentomen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

CIAV overdracht

A
  • verticale overdracht
  • horizontale overdracht
  • thymus, bursa en beenmerg
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

CIAV leeftijd

A
  • alle leeftijden gevoelig
  • enkel <2w kliniek
  • belang maternale antistoffen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

CIAV beenmergaantasting

A
  • aantasting haematopoëse
  • verstoorde bloedstolling
  • anemie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

CIAV thymus en bursa

A
  • aantasting lymfoïde weefsels

- immunosuppressie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

CIAV pathogenese

A
  • kliniek vanaf D10

- op 2-3w na infectie begint herstel –> organen van dieren die D10 overleven gaan zich herstellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

CIAV ziekte

A
  • enkel bij zeer kort na geboorte besmet
  • algemeen ziek en verhoogde sterfte vanaf d10-14
  • morbiditeit 20-60%
  • mortaliteit 5-10%
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

CIAV symptomen

A
  • anemie: HCT < 35% (vaak 15-20%)
  • gestoorde bloedstolling
  • immunosuppressie (bloedingen in huid/onderhuid, blauwe vlekken, gangreneuze dermatitis (door clostridium))
  • sec. inf. door letsels huid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

CIAV immunosuppressie

A
  • falende vaccinaties (Marek)

- Sec. inf. (Coli, Aspergillus, IBH)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

CIAV niet klinische gevolgen

A
  • kuikens op latere leeftijd besmet
  • negatieve invloed dagelijkse groei en voederconversie
  • negatief effect op immuunfunctie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

CIAV letsels

A
  • huidafwijkingen
  • beenmergatrofie (te bleek, typisch)
  • gangreneuze dermatitis
  • thymuskwabjes weg bij kuikens
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

CIAV diagnose

A
  • klinische symptomen en letsels
  • IF
  • PCR
  • (cultuur) serologie
  • ELISA
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

CIAV vaccinatie

A
  • reproductiehennen voor bescherming nakomeling
  • levend vaccin SC of DW
  • opbouw hoge SN titer (> 8) die veldinfectie niet bereikt
  • 6w voor leg
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

CIAV vaccinatie leghen

A
  • w9: levend, SC/DW

- bij enting soms nodig als titers niet hoog genoeg zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Gumboro algemeen

A
  • Infectieuze bursitis
  • resistent
  • 2 serotypes, enkel 1 veroorzaakt ziekte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Gumboro serotype 1

A
  • birnavirus
  • klassieke stam
  • veel verschillende variantstammen met verschil in virulentie
17
Q

Gumboro epidemiologie

A
  • kippen
  • frequent
  • besmettelijk, blijft in stal
  • vnl slachtkuikens 3-6w, bursa als target
  • legras gevoeliger dan vleesras
18
Q

Gumboro pathogenese

A
  • oraal en aërogeen
  • xxx SVS en lever (4-5u)
  • viremie
  • xxx bursa (immature B-lymfocyten) (11-13u)
  • viremie
  • andere organen (milt, thymus)
19
Q

Gumboro symptomen laag virulent

A
  • omwille van infectie van de bursa ontstaat immuno-suppressie –> meer aanslaan secundaire infecties (cfr. circo)
  • lichte diarree
  • lagere groei, hogere VC
  • geen tot licht verhoogde mortaliteit
  • symp. van sec. inf. (adeno, coli)
  • altijd bursa controleren bij laag virulente stammen
20
Q

Gumboro symptomen hoog-virulent (vvIBDV)

A
  • immunosuppressie door bursa infectie
  • acuut
  • erg algemeen ziek/koortsig (stal warmer door koorts)
  • vermageren
  • polyurie, pootbrand, dehydratatie
  • morbiditeit 100%
  • mortaliteit 20% (legras 60%)
  • sterk verhoogde sterfte die 10d aanhoudt
21
Q

Gumboro letsels acuut gestorven

A
  • puntbloedingen spieren
  • nier: gyri door nefrose
  • bursa gezwollen en ontstoken
  • daarna: bursa verschrompeld en verhard, bloedingen in bursa
  • depletie bursafollikels door necrose lymfocyten.
  • kliermaagbloedingen thv KM-SM
  • pootbrand
22
Q

Gumboro diagnose

A
  • kliniek
  • autopsie
  • histologie bursa
  • IF bursa
  • PCR
  • serologie
23
Q

Gumboro Ddx bleke gezwollen nieren

A
  • nefropathogene IB (bursa niet aangetast)

- watertekort (ook bursa atrofie)

24
Q

Gumboro Ddx waterige mest, algemeen ziek

A
  • coccidiose
25
Q

Gumboro curatief

A
  • optimalisatie milieu: T, bijstrooien
  • licht verteerbaar voer
  • toedienen ionen via drinkwater
26
Q

Gumboro preventief

A
  • Hygiëne –> vaccin werkt voordat druk te hoog is in stal

- Vaccinatie

27
Q

Gumboro Tijdstip van vaccinatie

A
  • te vroeg: niet aanslaan vanwege maternale antistoffen
  • te laat = infectie kan nog steeds voorkomen
  • probleem: immunity gap
  • vaccin zo dicht mogelijk na veldinfectie
  • tijdstip dmv antistoftiters
  • infectiedruk laag, bij hoger = eerder vaccineren
  • verschillende laagvirelente stammen (later gebruiken), intermediate strains, hot strains (virulent, maar eerder toe te dienen)
  • hot strains geven aantasting bursa: niet heel onschuldig
28
Q

Gumboro vaccinatie braadkuikens

A
  • d1: samen met Marek, levend, IM/SC

- d18: levend, afh. epidemische situatie ander vaccin, DW

29
Q

Gumboro vaccinatie leghen

A
  • W1: samen met MArek, levend, IM/SC

- W3-4: levend, afh. v. epidemiologische situatie ander vaccin, DW

30
Q

Trilziekte algemeen

A
  • Aviaire encephalomyelitis
  • enterovirus
  • weinig resistent
  • ziekte bij kippen en kleine kuikens
  • verticale overdracht
  • hersenaantasting
31
Q

Trilziekte overdracht

A
  • verticaal en horizontaal peroraal
  • incubatieperiode: 1-7d (embryo); 10d (contact transmissie)
  • tweede week een tweede golf
32
Q

Trilziekte pathogenese

A
  • per os
  • xxx SVS
  • viremie
  • xxx hersenen, pancreas, lever, nieren, hart, milt
33
Q

Trilziekte symptomen

A
  • tijdelijke legdaling (tot -10%)
  • late embryonale sterfte
  • ataxie (verticaal)
  • incoördinatie (verticaal)
  • tremor (verticaal)
  • tweede golf tussen 7-14d (contact, zelfde symptomen)
  • morbiditeit en mortaliteit tot 100% bij kuikens van volledig seronegatieve moederdieren.
34
Q

Trilziekte letsels

A
  • non-purulente encephalitis en ganglionitis op histologie

- lymfocytaire haardjes in muscularis van kliermaag (pathognomonisch)

35
Q

Trilziekte diagnose

A
  • Klinische symptomen
  • Histologische letsels
  • IF
  • VI
  • serologie
36
Q

Trilziekte ddx zenuwsymptomen

A
  • ND
  • dolle kuiken ziekte (vit E def.)
  • E. hirae
  • coli
  • salmonella
37
Q

Trilziekte bestrijding

A
  • vaccinatie om legdaling en verticale transmissie te voorkomen en maternale antistoffen op te wekken.
  • vaccin ten laatste op 15w
  • vaccin minstens 4w voor productie om kliniek tegen te houden (virus weg voordat dieren in productie gaan)
38
Q

Vaccinatie leghennen

A
  • w9: samen met pokken, levend, wingweb

- >4w voor productie, levend, dw