Choroidale neovascularisatie Flashcards

1
Q

Noem drie andere oorzaken van choroidale neovascularisatie (geen exsdatieve AMD).

A
  1. Oculair histoplasmosis syndroom
  2. Angioide streaks
  3. Pathologische myopie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn angioide streaks?

A

Vanuit de papil radiair lopende irregulaire crack-like dehiscenties in het verdikte en verkalkte membraan van Bruch. Er is atrofie van het bovenliggende RPE.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Met welke systemische aandoening zijn angioide streaks het meest geassocieerd?

A

Pseudoxanthoma elasticum (PXE), een autosomaal recessieve aandoening met een mutatie in de ABCC6 gene.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke 3 andere afwijkingen in de fundus zijn geassocieerd met PXE?

A
  1. Papildrusen.
  2. Perifere ronde atrofische littekens met “comet signs”
  3. Peau- d’orange retina
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waardoor wordt de peau-d’orange beeld veroorzaakt?

A

Door calcificaties van het membraan van Bruch.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waarom moet Pseudoxanthoma Elasticum uitgesloten worden?

A

Omdat het een verhoogd risico op cardiovasculair lijden geeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke afwijkingen op FAG passen bij een type 1 CNV?

A

Occulte CNV.
1. In de vroege fase een gestippelde, irregulaire hyperfluorescentie
2. late fase: staining van de fibrovasculaire PED met lekkage in de later fase.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke afwijkingen op de ICG passen bij een type 1 CNV?

A

Occulte CNV.
1. In de vroege fase geen duidelijk afgrenzing van het neovasculair complex
2. In de late fase scherp afgrensbare gebied van hypercyanescentie: plaque

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke afwijkingen op FAG passen bij een type 2 CNV?

A

Klassieke CNV
1. In de vroege fase uniforme scherp begrensde laesie
2. Late fase lekkage rondom.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke CNV is aggresiever en sneller progressief?

A

Klassieke CNV

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke afwijkingen zijn te zien bij een RAP (retinale angiomateuze malformatie)? Noem er vier

A
  1. Relatief veel multipele kleine intraretinale bloedingen
  2. Exsudaten
  3. Retinale micro-angiomateuze veranderingen
  4. Intraretinaal/pre-retinaal bloed
    Alle lagen doen mee!
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke afwijkingen op FAG zijn te zien bij een RAP?

A
  1. Het lijkt op occulte CNV: In de vroege fase onscherp begrensd hyperfluorescenmet diving vessels en in de late fase intra/subretinale lekkage/staining wat onscherp begrensd is.
  2. Gevasculariseerde PEL
  3. Focale intraretinale staining omringd door CME
  4. Telangiectatische vaten rondom de intraretinale neo
  5. Retina-choroidea anastomose
  6. Vat dat 90 graden duikt (diving vessels)

ICG: in late fase dot-hypercyanescenties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is de behandeling van RAP?

A

PDT en anti-VEGF

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de prognose bij RAP?

A

Onbehandeld slecht. Bij 50% volgt binnen 15 maanden het andere oog ook (Yanuzzi et al 2001). Het is vaak bilateraal aanwezig en 100% na 3 jaar versus 43% in 5 jaar bij nAMD.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke afwijkingen op ICG zijn te zien bij een RAP? Noem er 3.

A
  1. Er is een focale intense hyperfluorescentie “hot spot” in de PEL, vaak parafoveaal.
  2. Late lekkage in de retina in van de intraretinale neo
  3. Retina-choroidea anastomosen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Waar verschilt een PCV met een RAP met ICG?

A

De focale hyperfluorescente nodule of “hot-spot” bevindt zich vaak aan de rand van een PEL, in tegenstelling tot RAP wat zich in de PEL bevindt.

17
Q

Wat is de eerste stadium van RAP?

A

Het intraretinale stadium. Er is vasculaire proliferatie vanuit de diepe capillaire plexus in de vorm van een retina-retina anastomose in de outer retina. Intra-retinaal vocht en oedeem is vaak aanwezig. Er is geen betrokkenheid van de ellipsoide zone/RPE.

18
Q

Wat is het tweede stadium van RAP?

A

Het subretinale stadium. De vasculaire proliferatie breekt door tot in de subretinale ruimte. Er kunnen sereuze PELs aanwezig zijn en veel intra-retinaal vocht en oedeem. Daarnaast kan er ook beginnende destructie zijn van de fotoreceptoren en RPE.

19
Q

Wat is het derde stadium van RAP?

A

De choroidale neovascularisatie stadium. Er is sprake van een choroidea-retina anastomose en ook een grote PEL kan aanwezig zijn.