Chapter 9; ADHD Flashcards
Self-regulation/Self-control
De controle over je eigen emoties, cognities en gedragingen. Zowel automatische als gecontroleerde processen.
Dual-influence framework
Het idee dat self-regulation bestaat uit een deel met impulsieve acties die zorgen voor directe beloning en een deel dat gaat om bewuste nastreving van doelen op de lange termijn
Effortful-control
Pogingen van baby’s om hun eigen stimuli en responsen te reguleren
Executive function (EF)
Cognitieve processen die gericht zijn op doelgericht gedrag en worden aangestuurd door de prefrontale cortex. O.a. werkgeheugen, internalisatie van spraak en zelfregulatie van emoties
Inhibition
Uitstel, conflicten of beëindigen van een in gang gezette respons
Shifting
Controle van het bewustzijn en/of bewuste veranderingen in mentale staten, sets van regels of taken
Weke EF taken zijn lastig voor kinderen met ADHD?
Plannen, beslissingen maken en problemen oplossen
Welke 4 kwaliteiten voor EF voorspellen succes bij kinderen met ADHD?
Creativiteit, flexibiliteit, zelfcontrole en discipline
Wat is het Two-factor model?
Een model wat op 2 vlakken het functioneren moeilijk maakt met ADHD:
- gebrek aan aandacht
- hyperactiviteit/impulsiviteit
DSM criteria voor ADHD
- onoplettendheid
- hyperactiviteit/impulsiviteit
- symptomen aanwezig voor 12 jaar
- symptomen aanwezig in meerdere settingen
- symptomen belemmeren de sociale en academische ontwikkeling
Op welke 3 gebieden zijn er de meeste sociale tekorten bij ADHD?
- communicatie
- slechte emotieregulatie
- cognitieve biases
Comorbiditeit ADHD
- ODD/CD
- stemmingsstoornissen
- angststoornissen
- leerstoornissen
- ticstoornissen
- drugsgebruik
Welke 3 probleemgebieden zijn er bij vroege ADHD?
- Ontwikkelingsachterstanden
- Problemen op school
- Sociale problemen
Etiologie ADHD
Erfelijkheid (polygenetic)
Wat wordt bedoeld met Sluggish cognitive tempo?
Slaperigheid, dagdromen, langzaam denken. Geassocieerd met grote mate van angst, depressie, teruggetrokken gedrag en academische en sociale problemen