Chapter 2 Flashcards
Wie richtte maatschappelijk werk op?
Helene Mercier
Marie Muller Lulofs
Kerngedachte maatschappelijk werk
Tot zijn recht laten komen persoon in wisselwerking sociale omgeving
7 werken barmhartigheid
Spijzen van hongerigen, Laven van de dorstigen, Kleden van de naakte, Begraven van de doden, Herbergen reizigers, Bezoeken zieken, Vertroosten gevangen
1e fase georganiseerd armenzorg
Beheert door armenmeesters, onder toezicht stedelijke overheid.
2e fase georganiseerde armenzorg
Gasthuizen gingen over op ander beleid
Niet criminelen in 1925
prostituees, verslaafden, kinderen verwaarlozen, homos
Psychoanalyse inzicht
Persoonlijkheid van de hulpverlener. reflecteren eigen handelen. Grondige zelfanalyse
Voorwaardelijke maatschappelijken
Gezinnen door armoede problemen maar nette huishouding
voorwaardelijke onmaatschappelijken
Drankproblemen of psychische problemen
onvoorwaardelijke onmaatschappelijken
Hopeloos onverbeterlijk. geen enkele verantwoordelijkheid
Andragogie
Een sociale technologie