Chalmers boek Flashcards
wat is het probleem van waarneembare feiten?
- waarnemingen verschillen
- alleen een feit is niet genoeg voor een uitspraak.
- waarnemingen passen altijd in bepaalde kaders, als het buiten deze kaders gaat kan een persoon het niet waarnemen
feiten en kennis hebben elkaar nodig
waarom zijn waarneembare feiten handig in de wetenschap?
- onafhankelijk, van tevoren waargenomen
- zintuigelijk toegankelijk voor iedereen
wat is een onbetrouwbare manier van waarnemen? wat is hiervoor een oplossing
passief of particulier waarnemen (individueel)
oplossing hiervoor zijn toetsen, actief waarnemen, hulpmiddelen
wat wordt bedoeld met nieuwe toetsen?
toetsen die testen of iets falsifieerbaar is
wat doet een experiment? wat is hier het gevaar van?
- invloed van feiten meten
- correcte feiten checken
- andere effecten uitsluiten
vaak teveel waarde gehecht aan een experiment, vergeten dat wetenschap altijd feilbaar is
wat is het verschil tussen deductief en inductief? noem van beide een voorbeeld
deductief: logische redering- van groot naar klein. “allee nederlanders eten kaas” “guus is een Nederlander” “guus eet kaas”
inductief: onlogische redenering, uit random feiten een conclusie trekken “3 zwanen zijn wit” zwaan 4 is wit” “alle zwanen zijn wit”
wie was Karl Popper?
hij bedacht dat theorie feilbaar moest zijn (het moet fout kunnen zijn), dit heet het falsifactionisme
wat houdt het falsifactionisme in?
dat een theorie feilbaar moet zijn, Karl Popper. hiervoor moeten theorieën helder geformuleerd zijn. je moet hier echt iets bewijzen
wat is de kritiek op Karl Popper?
hij zegt zelf niet duidelijk over welk deel van de theorie falsifieerbaar moet zijn en spreekt zijn eigen theorie daarmee tegen
hoe ga je van een ware theorie naar een toetsbare theorie?
- je hebt een onverklaarbare waarneming
- je stelt een falsifieerbare hypothese op
- je bewijst dat de hypothese niet klopt
wat houdt een paradigma verschuiving in? wie heeft dit bedacht?
wetenschappers onderzoeken binnen een bestaand kader (paradigma). totdat deze verschuift, er wordt iets ontdekt wat ze in dit kader niet kunnen verklaren. op dat moment ontstaat er een paradigmaverschuiving, een revolutie. belangrijk voor innovatie en bijslijpen wetenschap
theorie van Kuhn
wie was Lakatos?
kwam met alternatieve onderzoeksprogramma voor Kuhns paradigma’s. had kritiek op Kuhn en Popper (zie andere cards)
hoe zag Lakatos de wetenschap?
als een programmatische ontwikkeling van de implicaties van fundamentele principes. met als doel waarnemingen verklaren en voorspellen
waaruit bestond het onderzoeksprogramma van Lakatos?
fundamentele (harde kern van wetenschap) en minder fundamentele (twijfels mogelijk) onderzoeksgebieden.
wat is positieve en negatieve heuristiek?
heuristiek: regels die als leidraad dienen bij het oplossen van problemen
positief: hoe je wel moet werken binnen onderzoeksprogramma: hoe men weerlegbare varianten/beschermende gordel moet wijzigen en verfijnen
negatief: hoe je niet moet werken binnen onderzoeksprogramma