ch. 2: golven Flashcards

1
Q

wat is een lopende golf?

A

voorplanting van een HT in een middenstof. (energieoverdracht, geen massatransport)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

transversale golf

A

voortplantingsrichting en trilrichting staan loodrecht op elkaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

longitudinale golf

A

voortplantingsrichting = trilrichting.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

mechanische golf

A

verplaatsing in een medium.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

elektromagnetische golf

A

geen medium nodig om te verplaatsen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

1D golf

A

plant zich in 1 richting voort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

2D golf

A

plant zich in 2 richtingen voort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

3D golf

A

plant zich in alle richtingen voort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

uitwijking ve punt

A

= afwijking tov de evenwichtsstand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

golflengte

A

afstand die de storing aflegt in 1 periode.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

golfsnelheid

A

constante snelheid waarmee een golf zich voortplant (golflengte/periode) (golflengte . frequentie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

golfvergelijking voor een 1D golf

A

y(x,t) = A . sin (2π/periode .t- 2π/(golflengte ) .x)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

golffront

A

verzameling vd deeltjes die gelijk beginnen te trillen (allemaal in fase)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

golfstraal

A

loodlijn op een golffront, zelfde richting als golfsnelheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

beginsel van Huygens

A

elk punt ve golffront kan worden beschouwd als een trillingsbron waaruit golven ontstaan. Planten zich in alle richtingen voort met dezelfde snelheid als de golven vd oorspronkelijke bron.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

interferentie

A

verschillende harmonische golven met dezelfde freq die met elkaar overlappen. -> stationaire trillingstoestand.

17
Q

buiken

A

deeltjes die trillen met een maximale amplitude

18
Q

knopen

A

deeltjes die niet trillen

19
Q

diffractie

A

buiging: schaduwen zijn niet scherp afgelijnd (lichtgolven)

20
Q

staande golf

A

stationair patroon met buiken en knopen dat ontstaat wanneer een 1D golf terugkaatst en de invallende en terugkaatsende golf interfereren.
- Frequenties = eigenfrequenties: hoe hoger, hoe meer buiken en knopen.
- Afstand tussen 2 knopen = golflengte / 2