Cat O Flashcards
1
Q
Mag een gehandicaptenwagen op de rijbaan rijden?
A
Ja (regels gelden voor op de baan dat hij rijdt)
2
Q
Hebben moeilijk voort te bewegen mensen voorrang op niet oversteekplaatsen?
A
Ja
3
Q
Wanneer heeft een voetganger voorrang?
A
Uitrit/inrit
Erf in/uit
Tram/bus uitstappers (als er geen vluchthevel is)
Rechtdoorgaand verkeer
4
Q
Moeten auto’s uitstappende passagiers van een tram voor laten gaan?
A
Alleen als er geen vluchthaven is.