Casussen deel 3 Flashcards

1
Q

Wat is er aan de hand bij sarcoïdose?

A

Sarcoïdose is een zeldzame ziekte waarbij spontaan granulomateuze ontstekingen (zonder necrose) ontstaan in verschillende organen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn veel voorkomende bijwerkingen van anti-TNF-alpha?

A
  • (opportunistische) infecties
  • Antistof vorming
  • Lokale of systemische infusiereacties zoals roodheid en jeuk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de kenmerken van Herpes genitalis?

A

Herpes genitalis is een SOA veroorzaakt door herpes simplex virus type I of II, met HSV-2 als meest voorkomende oorzaak. Klachten die bij vrouwen kunnen optreden zijn talrijke ulcera of blaasjes die pijnlijk of jeukend kunnen zijn bij de labia en de ingang van de vagina, pijn bij het plassen en toegenomen vaginale afscheiding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe wordt herpes genitalis behandeld?

A

Met valaciclovir

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn indicaties voor screening op erfelijke borstkanker?

A
  • Mammacarcinoom bij 1 eerstegraads verwant onder de 40 jaar
  • 2 of meer eerstegraadsverwanten met mammacarcinoom onder de 50 jaar
  • 3 of meer eerste- en tweedegraadsverwanten met mammacarcinoom, waarvan tenminste 1 mammacarcinoom voor de 50 is vastgesteld
  • Ovariumcarcinoom onder de 50 en histologisch sereus carcinoom
  • Broer of vader met mammacarcinoom en zus met mammacarcinoom
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Uit welke 4 onderdelen bestaat een genetisch counceling gesprek (op volgorde)?

A
  1. Hulpvraag
  2. Stamboom opmaken
  3. Informatie over het ziektebeeld en het overervingspatroon
  4. Inventariseren wat dit ziektebeeld voor de adviesvrager en naaste familieleden zou betekenen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is er aan de hand bij het Lycnh syndroom?

A

Het syndroom van Lynch/HNPCC is een autosomaal-dominante erfelijke aandoening, waarbij de patiënt al vaak voor het 45e jaar een coloncarcinoom ontwikkelt. Circa 5% van de mensen met een coloncarcinoom heeft dit. Het wordt veroorzaakt door een kiembaanmutatie in de mismatch-repair genen: MLH1, MSH2, MSH6 en PMS2. Mensen met zo’n mutatie hebben een kans van 60-70% om ooit coloncarcinoom te ontwikkelen en een verhoogde kans op: Dunnedarm kanker, maagkanker, kanker van de urinewegen en eierstokkanker. Dit geldt met name voor het endometriumcarcinoom bij vrouwen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat wordt geadviseerd voor screening bij patiënten met een mutatie voor het Lynch syndroom?

A
  • Tweejaarlijkse colonoscopie
  • En bij vrouwen gynaecologisch onderzoek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het grootste verschil tussen het Lynch syndroom en Familiaire Adenomateuze Polyposis coli (FAP)?

A

Bij Lynch is er geen sprake van uitgebreide poliepvorming in tegenstelling tot FAP. Bij Lynch ontstaat de kanker wel uit een poliep, maar ze treden in veel kleinere hoeveelheden op.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Aan wat voor soort infecties moet gedacht worden bij een transplantatie die langer dan 12 maanden geleden heeft plaatsgevonden?

A
  • Community acquired infections
  • Kanker
  • Late intracellulaire infecties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe kun je differentiëren tussen een typische en een atypische verwekker van een pneumonie?

A

Typisch: Kleuren goed aan bij een gramkleuring
Atypisch: Kleuren niet of moeizaam aan bij een gramkleuring

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke soorten verwekkers behoren tot de atypische verwekker van een pneumonie?

A
  • Mycoplasma
  • Legionella
  • Chlamydia
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de grootste verschillen tussen een acute bronchitis en een pneumonie?

A

Een pneumonie presenteert zich over het algemeen ernstiger. Daarnaast zijn er bij een pneumonie op een X-thorax vaak wel afwijkingen te zien en bij een acute bronchitis niet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waar staat CURB-65 voor?

A
  • Confusion
  • Ureum > 7 mmol/L
  • Respiratory rate > 38/min
  • Blood pressure: Systolic BP < 90 mmHg or diastolic BP < 60 mmHg
  • Leeftijd van 65 jaar of ouder

Bij een score van 0 of 1 kan de patiënt thuis worden behandeld. Bij een score van 2 kan een ziekenhuisopname overwogen worden. Bij een score van 3 of hoger moet de patiënt worden opgenomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waar worden de q-SOFA criteria voor gebruikt en wat houden ze in?

A

Om te bepalen of een patiënt een verhoogd risico loopt op een slechte uitkomst door sepsis:
- Bloeddruk < 100
- GCS (bewustzijn) < 13
- Ademhaling > 22

Bij een score > 2 heb je een groter risico op een slechte uitkomst.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Waaruit bestaat de empirische behandeling van urosepsis?

A

Augmentin + eenmalig gentamicine i.v.