Brainscape's Knowledge GenomeTM


Top Flashcards (Certified)
All Flashcards

Integratietoets jaar 2 > Casussen deel 2 > Flashcards

Casussen deel 2 Flashcards

1
Q

Wat is de latijnse naam voor aarsmaden?

A

Enterobius vermicularis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waar worden aarsmaden mee behandeld?

A

Mebendazol, merknaam Vermox

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waar wordt constitutioneel eczeem mee behandeld?

A

Met vetzalf en lokale immunosuppressiva

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is asteatotisch eczeem?

A

Eczeem veroorzaakt door een droge huis (xerodermie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een ander woord voor constitutioneel eczeem?

A

Atopisch eczeem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe wordt hepatitis C voornamelijk overgedragen?

A

Met name via onbeschermd seksueel contact en i.v. drugsgebruik.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de piekleeftijd van nierstenen?

A

30-50 jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de meest voorkomende soort nierstenen?

A

Calciumstenen (80%)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de 5 risicofactoren voor het ontwikkelen van galstenen?

A

FFFFF:
- Female
- Fat
- Forty
- Fertile
- Fair (blond)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe wordt de diagnose diabetes mellitus type 2 gesteld?

A

Bij één van de volgende uitkomsten:
- Een nuchtere plasma glucose > 7,0 mmol/L
- Een niet-nuchtere plasma glucose > 11,1 mmol/L
- Een Hb1Ac van > 6,5% (48 mmol/L)
Bij het bepalen van de plasma glucose is één afwijkende plasma glucose voldoende indien er ook klachten aanwezig zijn. Asl de patiënt geen symptomen heeft, zijn er 2 metingen op verschillende dagen nodig.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn de symptomen van een hypoglycemie?

A
  • Palpitaties
  • Wazig zien
  • Sterk transpireren
  • Hongergevoel
  • Trillen
  • Verwardheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Door welke 4 oorzaken ontstaat een diabetische voet?

A
  • Polyneuropathie: En daarme verminderde sensibiliteit van de voet
  • Macroangiopathie: (atherosclerose van de arteriën van de voet) of perifeer arterieel vaatlijden (boven de voet)
  • Limited joint mobility: Verminderde bewegelijkheid van de gewrichten
  • Verminderd werkend afweersysteem: En daarmee verslechterde wondgenezing
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe ontstaat diabetische nefropathie?

A

Diabetes kan op 3 manieren schade toebrengen aan de nier: Door beschadiging van de glomerulus, door ischemie als gevolg van hypertrofie van de afferente- en efferente arteriolen van de nier. En door opstijgende bacteriële infecties. Diabetes zorgt vaak voor een dilatatie van de afferente arteriolus van de niet. Dit leidt tot een periode van hyperfiltratie die samengaat met microalbuminurie. Op lange termijn leidt dat tot schade aan de glomerulus, wardoor de proteïnurie verder toeloopt en de GFR naar beneden gaat. Vaak uit een beginnende diabetische nefropathie zich met microalbuminurie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke bevindingen verwacht je bij een sulfonylureumderivaat-geïnduceerde hypoglycemie?

A

Laag insuline en hoog C-peptide

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe wordt coeliakie gediagnosticeerd?

A

De diagnose coeliakie wordt gesteld op basis van bloedonderzoek. Hierbij worden antistoffen tegen tissue transglutaminase (anti-tTG) en HLA-typering gemeten. Bij positieve HLA-typering voor HLA-DQ2 of DQ8 en anti-tTG is 10x verhoogd, is er sprake van coeliakie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is een epistaxis?

A

Bloedneus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Welke factor ontbreekt bij Hemofilie A en welke bij Hemofilie B?

A

Hemofilie A: Factor 8
Hemofilie B: Factor 9

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat is de functie van de Von Willebrand factor?

A

VWF is een eiwit dat tijdens het stollingsproces een lijmfunctie vervult en factor VIII vervoerd. Het eiwit is nodig om de hechting van bloedplaatjes aan de vaatwand mogelijk te maken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Hoe kan een vitamine K deficiëntie zorgen voor bloedingen?

A

Deze bloedingen worden veroorzaakt door inadequate activiteit van de vitamine K-afhankelijke stollingsfactoren (factor II, VII, IX en X). Vitamine K is nodig om deze stollingsfactoren biologisch actief te maken. Vitamine K tekort komt voornamelijk voor bij onderliggende darmziektes, zoals coeliakie (minder opname in de darm), bij leveraandoeningen (levercirrose verbruikt veel vitamine K) of door medicijngebruik (hierdoor wordt minder vitamine K aangemaakt).

Aanvullend onderzoek met een verlengde PT bij een normaal trombocytenaantal en normaal fibrinogeen is ee sterke aanwijzing voor vitamine K deficiëntie. Bij een ernstig vitamine K tekort zal ook de APTT verlengd zijn. Het normaliseren van de PT en APTT enkele uren na vitamine K suppletie is bewijzend voor vitamine K deficiëntie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat is er aan de hand bij een aplastische anemie?

A

Een aplastische anemie is een zeldzame bloedziekte waarbij het beenmerg te weinig rode bloedcellen, witte bloedcellen en bloedplaatjes aanmaakt. Hierbij vernietigen T-lymocyten lichaamseigen stamcellen in het beenmerg. Het komt vaak voor na een virus of chemotherapie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat is de meest geschikte behandeling voor een patiënt met milde hemofilie A?

A

DDAVP, verhoogd de productie en afgifte van factor VIII tijdelijk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat is er aan de hand bij de ziekte van Hashimoto?

A

Dit is een hypothyeroïdie, waarbij het eigen afweersysteem zich richt tegen schildkliercellen, waardoor deze cellen kapot gaan en de schildklier geleidelijk langzamer gaat werken en steeds minder schildklierhormoon aanmaakt.

Symptomen zijn:
- Vermoeidheid
- Kouwelijkheid
- Gewichtstoename
- Haaruitval
- Droger en dikker worden van de huis
- Obstipatie
- Heesheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Hoe wordt een hypothyreoïdie behandeld?

A

Met levothyroxine (T4 suppletie)

24
Q

Wat zijn symptomen van een te snel werkende schildklier (ziekte van Graves)?

A
  • Hartkloppingen
  • Versnelde hartslag
  • Gewichtsverlies
  • Vermoeidheid
  • Last van warmte
  • Zweten
  • Trillende handen en vingers
  • Zenuwachtigheid
  • Gejaagdheid
  • Diarree
  • Snel geïriteerd
  • Angst of andere psychische klachten
25
Welke bloedwaarden duiden op een hypothyereoïdie (Hashimoto)?
Vrij T4 te laag en TSH te hoog
26
Hoe kun je bij een vergrote lymfeklier differentiëren tussen een infectie of een maligniteit?
Infectie: - Zacht of week aanvoelend - Vergrote, aan elkaar en aan de huid vastzittende lymfeklieren (lymfeklierpakketten) waarbij de huid rood en warm is, zijn verdacht voor ontsteking - Wel pijnlijk Maligniteit: - Zeer vast: Metastasering - Rubberachtig: Maligne lymfoom en chronische leukemie - Verkleefde, zeer vast aanvoelende en met de omgeving vergroeide lymfeklieren zijn verdacht voor een maligniteit. - Niet pijnlijk
27
In welke 2 subziektes kun je COPD indelen?
Chronische bronchitis en emfyseem
28
Met welk klinisch beeld wordt emfyseem geassocieerd?
The pink puffer, magere patiënten met roodheid in het gezicht, gebruik van de accessoire hulpademhalingsspieren en gefluit bij het ademen om de druk in de borstkas te verhogen.
29
Met welk klinisch beeld wordt chronische bronchitis geassocieerd?
The blue bloater, dikere cyanotische patiën met gezwollen longen en mogelijk dynamische hyperinflatie.
30
Wat zijn typische bevindingen bij een spirometrie van iemand met COPD?
Verlaagd FEV1 en verlaagd FEV1/FVC ratio
31
Met welke classificatie wordt COPD gestadïeerd?
GOLD-classificatie
32
Wat is de kans op het ontwikkelen van borstkanker bij een BRCA 1 of BRCA 2 mutatie?
60-80%
33
Voor welke vorm van borstkanker zijn calcificaties op een mammogram typerend?
Ductaal carcinoom in situ (DCIS)
34
Naar welke plekken in het lichaam metastaseert een mammacarcinoom het vaakst?
- Bot - Long - Hersenen - Lever
35
Wat is kenmerkend aan de hormonen bij een BRCA1 mutatie mammacarcinoom?
Triple negatief (HER2/neu-, ER-, PR-)
36
Hoe wordt gastro-oesofageale reflux (GER) behandeld?
Histamineantagonist of protonpomp remmers.
37
Wat kan er ontstaan als er te lang sprake is van Gastro-oesofageale reflux?
Eerst oesophagitis en later metaplasie van het onderste deel van de oesophagus, wat een Barret's syndroom wordt genoemd. Hierbij gaat het oesophagusepitheel zich gedragen als maagslijmvlies. Bij een Barret's oesphagus is er een sterke kans op een adenocarcinoom.
38
Wat zijn alarmsymptomen bij slokdarmkanker?
- Dysfagie (meest voorkomende) - Odynofagie (pijn bij eten) - Hematemesis (bloedbraken) - Melaena - Braken - Peristerend hikken - Foetor ex ore (slechte adem) - Ongewild gewichtsverlies - Anemie
39
Wat voor soort medicijn is omeprazol?
Een protonpomp remmer
40
Wat is de definitie van een peptisch ulcus?
Een wond in het epitheel met een diameter groter dan 0,5 cm en doordringend tot in de submucosa.
41
Wat zijn de 4 belangrijkste risicofactoren voor een peptisch ulcus (maagzweer)?
- Eerder meegemaakte maagzweer - Roken - NSAID gebruik - H. Pylori infectie
42
Hoe kun je H. pylori aantonen?
- C13 ureumademtest - Feces test - Gastroscopie met biopten
43
Hoe wordt een peptisch ulcus door H. pylori behandeld?
Met eradicatie ofwel triple therapie: - 2 typen antibiotica - Protonpomp remmer
44
Wat is de kans op een maligniteit bij macrohematurie?
30%
45
Naar welke specialist moet pijnloze macroscopische hematurie naar verwezen worden?
Uroloog
46
Wat zijn watchfull waiting en active surveillance?
Watchfull waiting: Geen curatieve behandeling en uitstel van palliatie Active surveillance: Uitstel van een curatieve behandeling tot progressie
47
Wat is de meest voorkomende oorzaak bij een patiënt die alleen hematurie heeft?
IgA nefropathie, hierbij is sprake van erytrocyten cilinders
48
Wat zijn kenmerken van de 5e ziekte?
De 5e ziekte wordt veroorzaakt door het humaan parvovirus B19 met een incubatietijd van 7-21 dagen. Het komt het meest voor bij kinderen tussen de 4 en 10 jaar. Kinderen hebben last van malaise, koorts en gewrichtspijn met exantheem op de wangen, op de strekzijde van de ledematen en soms op de billen en romp. Dit is roze-rood wegdrukbaar maculopapuleus exantheem en het is scherp begrensd. Later kan een centrale verbleking ontstaan: Guirlandes. De rode wangen zijn heel kenmerkend voor de 5e ziekte en worden ook wel slapped cheeks genoemd. Er is geen meldingsplicht.
49
Wat zijn kenmerken van roodvonk?
Roodvonk wordt veroorzaakt door groep A streptokokken met een incubatietijd van 2-7 dagen. Het komt vooral voor bij kinderen van 2-10 jaar. Kenmerkende symptomen zijn koorts, keelontsteking en gezwollen cervicale klieren. Het exantheem is puntvormig, rood en ruw en is vaak minder rond de mond (narcosekapje). Ook komt er vaak een frambozentong en en vervelling van de handen voor. Geen meldingsplicht.
50
Wat zijn kenmerken van rode hond/rubella?
Rode hond wordt veroorzaakt door het rubellavirus met een incubatietijd van 12-23 dagen. Het komt vooral voor bij kinderen van 6-12 jaar. Kinderen hebben last van BLWI, lymfadenopathie en soms gewrichtsklachten. Het exantheem is kleinvlekkig maculopapuleus confluerend en het is te vinden op de romp en het gelaat, ook zijn er rode vlekjes te zien op het palatum molle. Meestal ontstaan de LWI en lymfadenopathie voordat het exantheem en de koorts komen, het exantheem is dan eerst in het gelaat en verspreid zich naar de romp. Er is een meldingsplicht binnen 24 uur aan de GGD, maar wering van school is niet zinvol.
51
Wat zijn kenmerken van de mazelen?
De mazelen wordt veroorzaakt door het paramyxovirus met een incubatietijd van 8-14 dagen. Het komt vaak voor bij kinderen van 0,5-4 jaar. Kinderen hebben klachten van koorts, conjuctivitis, rhinitis en hoesten. Ze hebben klachten van grofvlekkig confluerend maculopapuleus exantheem. Daarnaast zijn er witte vlekken op het mondslijmvlies te zien: Koplikvlekken. Er is een meldingsplicht binnen 24 uur aan de GGD, maar wering van school is niet zinvol.
52
Wat is er aan de hand bij impetigo?
Impetigo is een huidinfectie die voorkomt bij jonge kinderen. Het is een bacteriële infectie die meestal veroorzaakt wordt door s. aureus of streptococcus pyogenes. Het meest voorkomend is niet-bulleuze impetigo, waarbij er rode vlekjes ontwikkelen die blaasjes met pus worden en dan goudgele korstjes vormen. Het wordt behandeld met topicale antibiotica.
53
Wat is er aan de hand bij de ziekte van Kawasaki?
Het begint vaak met verschijnselen als vlinderexantheem, rode droge lippen, gezwollen klieren in de nek en een aardbeientong. Er ontstaat een vasculitis, waardoor de coronairen worden afgesloten en de kinderen (een aantal jaar later) een hartinfarct of aneurysma krijgen van de kransslagaders. De ziekte van Kawasaki wordt behandeld met antistoffen en aspirine.
54
Na hoeveel weken moet een SOA test op gonnorrhoe gedaan worden bij een waarschuwing van een besmette bedpartner?
Zonder klachten: Na 2 weken Met klachten: Direct
55
Wat zijn de meest voorkomende klachten van een gonnorrhoe infectie?
Vrouwen: - Groen-gele of bloederige afscheiding - Pijn bij het plassen - Pijnlijke seks - Buikpijn - Bekkenpijn Mannen: - Afscheiding uit de urethra - Pijn bij het plassen - Vaker moeten plassen - Pijn/zwelling van een testikel - Rectumpijn Daarnaast kan iedereen keelklachten en amandelontsteking krijgen, net als anale klachten.
56
Hoe wordt gonnoerhoe behandeld?
Met eenmalig ceftriaxon 500 mg i.m.

Integratietoets jaar 2 (4 decks)

Brainscape helps you reach your goals faster, through stronger study habits.
© 2025 Bold Learning Solutions. Terms and Conditions