bio nw Flashcards

You may prefer our related Brainscape-certified flashcards:
1
Q

ecosysteem

A

Relaties tussen organisme in een bepaalde gebied maar ook een relatie vd organisme met de abiotische factoren van het levensgebied.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

levensgemeenschap

A

verschillende soorten in een bepaald gebied.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

biotoop

A

thuis van de levensgemeenschap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

habitat

A

thuis van 1 soort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

ecologische niche

A

de rol van een organisme binnen een gebied.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

concurrentie

A

heb je dezelfde rol, dezelfde gebied dan moeilijk om samen te leven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

biotische factoren

A

levende factoren (vb: vogels insecten,…)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

abiotische factoren

A

nt levende factoren (vb: water,diepte water, bodemtype,..)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Ph-virussen

A

nt levend maar ook niet abiotisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

regenwoud als ecosysteem

A
  • hoge temp: 27°C
  • veel regen : 180 mm per jaar
  • verschillende lagen
  • waterreservoirs
  • zuurstofproducent
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

de heide als ecosysteem

A
  • hoge luchtvogtigheid
  • gn te warme zomers/strenge winters
  • voedselarme bodem
  • halfnatuurlijk: mens moet ingrijpen zodat de heide geen bos wordt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

3 vegetatiezones

A
  • oeverzones: (kattenstaart)
  • moeraszone: 0-60 cm ( gele lis)
  • open water: > 60 cm ( gele plomp )
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

sleutelsoorten

A

of hoeksteensoorten soorten dieren die een belangrijke invloed hebben op de ecosysteem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

sleutelsoorten belgië

A
  • everzwijn
  • bever
  • wolf
  • regenworm
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

betreding

A
  • plattreden
  • beschadiging
  • verharding
  • aanpassingen = tredplanten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

bemesting

A
  • nutriënten/anorganische voedingstoffen ( No³-, PO4³-)
  • stikstofminnende planten ( gewone braam, grote brandnetel)
  • verstoring ecosysteem
  • eutrofiëring –> algen
  • anaerobe bacteriën –> gif!
  • rottingsgassen
17
Q

producerende ecosysteemdiensten

A
  • voedsel
  • grondstoffen en E
  • drinkwater
  • voedselgrondstoffen
  • natuurlijke geneesmiddelen
18
Q

regulerende ecosysteemdiensten

A
  • klimaatregulatie
  • bescherming
  • soorten in stand houden
  • afval verzekering en waterzuivering
  • biologische plaag bestrijding
19
Q

culturele ecosysteemdiensten

A
  • recreatie en en ecotoerisme
  • esthetische en culturele waarden
  • productie zuurstof gas
20
Q

ondersteunende ecosysteemdiensten

A
  • productie zuurstofgas
  • vruchtbare bodem
  • materiekringlopen
  • voedselkringlopen
21
Q

fotosynthese

A

6CO² + 6H²O —–> 6O² + C6 H12 O6

22
Q

celademhaling

A

6O2 + C6 H12 O6 ——> 6CO