Beleggersbescherming Flashcards

1
Q

Wat zijn de gedragsregels bij de aanbieding van beleggingsdiensten?

A

De gedragsregels bij de aanbieding van beleggingsdiensten zijn spelregels die worden opgelegd aan gereglementeerde ondernemingen, zoals kredietinstellingen, beleggingsondernemingen en vermogensbeheerders, volgens de Wet Financieel Toezicht. Deze regels hebben tot doel ervoor te zorgen dat bij de commercialisering van financiële instrumenten of verzekeringsinstrumenten de beleggers goed geïnformeerd worden en op de hoogte zijn van de risico’s en kosten die verbonden zijn aan het betreffende beleggingsinstrument. Deze gedragsregels worden ook opgelegd aan verzekeringsdistributeurs volgens de Wet op Verzekeringen, met betrekking tot verzekeringen met een spaar- of beleggingsfunctie (Tak 21) en Tak 23-verzekeringen. De gedragsregels worden verder ingevuld door Koninklijk Besluit en er wordt rekening gehouden met richtsnoeren op EU- en nationaal niveau, met name de MiFID-reglementering.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat houdt de zorgplicht in bij beleggingsdiensten?

A

De zorgplicht bij beleggingsdiensten houdt in dat de aanbieder van de diensten de plicht heeft om zijn cliënten te kennen en het belang van de cliënt centraal te stellen. Dit wordt ook wel de “know your customer” regel genoemd. Om de belangen van de cliënt te kunnen behartigen, is het belangrijk om de cliënt te kennen en rekening te houden met zijn individuele behoeften en voorkeuren met betrekking tot beleggen. Met de invoering van MiFID II zijn er soms aanvullende regels en verplichtingen gecreëerd met betrekking tot product governance, waarbij de ontwikkelaar van financiële instrumenten ervoor moet zorgen dat deze instrumenten geschikt zijn voor een geïdentificeerde doelgroep. Het doel is ervoor te zorgen dat instrumenten met hoge risico’s terechtkomen bij beleggers met een risico-appetijt en niet bij beleggers die risico-avers zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het doel van het Key Information Document (KID) bij de commercialisering van verpakte beleggings- en verzekeringsproducten?

A

Het Key Information Document (KID) heeft tot doel beleggers op beknopte wijze te informeren over essentiële elementen zoals kosten, risico’s en prestatiescenario’s bij de commercialisering van verpakte beleggings- en verzekeringsproducten. Deze verordening, bekend als de PRIIPS-verordening, verplicht de aanbieders om een KID mee te geven aan de beleggers, met een maximum van 3 à 4 pagina’s. Door te focussen op beknopte informatie hoopt men dat beleggers daadwerkelijk kennisnemen van de essentiële informatie en beter geïnformeerd beslissingen kunnen nemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat houdt het moratorium op bijzonder ingewikkelde gestructureerde financiële instrumenten in?

A

Het moratorium op bijzonder ingewikkelde gestructureerde financiële instrumenten is een vrijwillige maatregel die in België is ingevoerd door de FSMA (Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten). Het doel van het moratorium is om de complexiteit van financiële instrumenten te bestrijden en ervoor te zorgen dat deze instrumenten niet aan retailbeleggers worden aangeboden. Het moratorium is een “zachte aanpak” waarbij ondernemingen die beleggingsdiensten aanbieden zelf kunnen kiezen of ze de voorwaarden van het moratorium naleven. Hoewel de deelname aan het moratorium vrijwillig is, hebben de meeste gereglementeerde ondernemingen ervoor gekozen om zich eraan te houden, wat heeft geleid tot aanzienlijke vermindering van de complexiteit van financiële instrumenten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een hard verbod in het kader van beleggersbescherming?

A

Een hard verbod is een maatregel die is opgenomen in wetgeving en die bepaalde financiële instrumenten verbiedt om gecommercialiseerd te worden. Het is een bindende regel die van toepassing is op alle beleggers. Dit betekent echter niet dat Belgische beleggers geen toegang meer kunnen hebben tot deze instrumenten. Ze kunnen deze instrumenten nog steeds kopen en verkopen via tussenpersonen op internet. Het verbod is gericht op de commercialisering van deze instrumenten, maar individuele beleggers kunnen er nog steeds toegang toe hebben als ze er actief naar op zoek gaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is het belang van het gemeen aansprakelijkheidsrecht in de context van beleggersbescherming?

A

Het gemeen aansprakelijkheidsrecht speelt een rol in de context van beleggersbescherming wanneer een belegger het slachtoffer is geworden van een schending van regels. Hoewel de regelgeving met betrekking tot beleggersbescherming voornamelijk publiekrechtelijk van aard is, rijst de vraag wat er moet gebeuren als een belegger schade heeft geleden als gevolg van een overtreding van deze regels. In België bevat de Wet Financieel Toezicht artikel 30ter dat een beperkt vermoeden van causaal verband creëert. Dit betekent dat als er sprake is van schending van bepaalde gedragsregels, het vermoed wordt dat de transactie van de cliënt het gevolg is van deze schending. Voor het overige kan men terugvallen op algemene regels van het privaatrecht, waarbij men moet aantonen dat er sprake is van een fout, schade en causaal verband. Het gemeen aansprakelijkheidsrecht speelt hierbij een rol, waarbij elke schending van een gedragsregel automatisch als een fout wordt beschouwd. Daarnaast kan de PRIIPS-verordening bepalingen bevatten met betrekking tot de privaatrechtelijke aansprakelijkheid van ontwikkelaars van KID-documenten. In het algemeen creëren deze regels in eerste instantie publiekrechtelijke verplichtingen die worden gehandhaafd door de toezichthouder, maar ze kunnen ook een rol spelen in de privaatrechtelijke verhouding tussen de partijen, zij het via het nationale aansprakelijkheidsrecht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke gedragsregels zijn van toepassing op gereglementeerde ondernemingen en verzekeringsdistributeurs?

A

De gedragsregels zijn van toepassing op gereglementeerde ondernemingen, waaronder beleggingsondernemingen en kredietinstellingen gevestigd in België, en beheersvennootschappen van ICB’s. Ze zijn ook van toepassing op verzekeringsdistributeurs wanneer zij verzekeringen met een spaar- of beleggingscomponent aan het publiek aanbieden. De regels zijn van toepassing wanneer deze entiteiten beleggingsdiensten verrichten, zoals het uitvoeren van orders of het ontvangen en doorgeven van orders. Daarnaast gelden de regels ook voor vermogensbeheer, waarbij een professionele onderneming op individuele basis een portefeuille beheert die financiële instrumenten bevat, en voor beleggingsadvies, waarbij gepersonaliseerde aanbevelingen worden gegeven aan beleggers met betrekking tot transacties in financiële instrumenten. Deze specifieke beleggingsdiensten vereisen bijzondere vereisten en bieden de meeste bescherming, vooral op het gebied van de ken-uw-cliënt-regel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke entiteiten vallen onder de gedragsregels voor beleggingsdiensten?

A

Gereglementeerde ondernemingen, zoals beleggingsondernemingen, kredietinstellingen en beheersvennootschappen van ICB’s, vallen onder de gedragsregels voor beleggingsdiensten. Daarnaast zijn ook verzekeringsdistributeurs die verzekeringen met een spaar- of beleggingscomponent aanbieden aan het publiek onderworpen aan deze regels.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke beleggingsdiensten vallen onder de gedragsregels?

A

De gedragsregels zijn van toepassing op het uitvoeren van orders en het ontvangen en doorgeven van orders. Ze gelden ook voor vermogensbeheer, waarbij een professionele onderneming op individuele basis een portefeuille beheert die financiële instrumenten bevat. Daarnaast zijn de regels van toepassing op beleggingsadvies, waarbij gepersonaliseerde aanbevelingen worden gegeven aan beleggers met betrekking tot transacties in financiële instrumenten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat wordt bedoeld met gepersonaliseerd beleggingsadvies?

A

Gepersonaliseerd beleggingsadvies verwijst naar gepersonaliseerde aanbevelingen die door een gereglementeerde onderneming aan een belegger worden gegeven met betrekking tot transacties in financiële instrumenten. Om als gepersonaliseerd te worden beschouwd, moet de aanbeveling geschikt zijn voor een specifieke persoon of gebaseerd zijn op een afweging van de individuele omstandigheden van die persoon.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke beleggingsdiensten bieden de meeste bescherming volgens de gedragsregels?

A

De beleggingsdiensten vermogensbeheer en beleggingsadvies bieden de meeste bescherming volgens de gedragsregels. Deze diensten worden op maat geleverd, waarbij op individuele basis een portefeuille van financiële instrumenten wordt beheerd of gepersonaliseerde aanbevelingen worden gegeven aan beleggers. Voor deze diensten gelden bijzondere vereisten en een hogere mate van bescherming, met name op het gebied van de ken-uw-cliënt-regel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de kenmerken van vermogensbeheer?

A

Vermogensbeheer omvat het beheren van beleggingsportefeuilles op individuele basis, op discretionaire basis. Het houdt in dat een professionele onderneming de portefeuille beheert, die één of meer financiële instrumenten bevat. Hierbij worden daden van beschikking uitgevoerd, zoals het kopen en verkopen van financiële instrumenten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de kenmerken van beleggingsadvies?

A

Beleggingsadvies bestaat uit gepersonaliseerde aanbevelingen die worden gegeven aan een belegger met betrekking tot transacties in financiële instrumenten. De aanbeveling moet geschikt zijn voor een specifieke persoon en gebaseerd zijn op een afweging van de individuele omstandigheden van die persoon. Het betreft één of meer transacties met financiële instrumenten, maar er worden geen daden van beschikking uitgevoerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn de verschillende categorieën van beleggers?

A

Er zijn drie categorieën van beleggers: in aanmerking komende tegenpartijen, professionele beleggers en niet-professionele beleggers. In aanmerking komende tegenpartijen zijn instellingen met bijzondere expertise in beleggingsdiensten, zoals kredietinstellingen, verzekeringsondernemingen en pensioenfondsen. Professionele beleggers zijn grote ondernemingen, terwijl niet-professionele beleggers alle anderen omvatten, zoals individuele beleggers.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waarom wordt er een onderscheid gemaakt tussen beleggerscategorieën?

A

Het onderscheid tussen beleggerscategorieën wordt gemaakt op basis van de verwachte kennis en ervaring van de belegger. Niet-professionele beleggers krijgen meer bescherming, omdat hun kennis en ervaring naar verwachting beperkter zijn. Dit is breder dan de notie van consument in het Wetboek van Economisch Recht (WER). Het doel is om binnen de groep beleggers differentiatie aan te brengen op basis van hun kennis en ervaring.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Is het mogelijk om van beleggerscategorie te veranderen?

A

Onder bepaalde voorwaarden is het mogelijk om van beleggerscategorie te veranderen. Dit stelt beleggers in staat om het beschermingsniveau aan te passen op basis van hun voorkeur en bekwaamheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat houdt de actieve onderzoeksplicht (know your customer) in?

A

De actieve onderzoeksplicht, ook wel de know your customer-regel genoemd, betekent dat het initiatief bij de gereglementeerde onderneming ligt om informatie te verzamelen over de belegger. Het doel hiervan is om de belangen van de cliënt optimaal te behartigen. Het is essentieel om te weten met welk type belegger men te maken heeft om de juiste dienstverlening te kunnen bieden.

18
Q

Waarom is naleving van de ken uw cliënt regel belangrijk?

A

Het naleven van de ken uw cliënt regel is essentieel om de belangen van de cliënt te behartigen en mis-selling te voorkomen. Het vermijdt situaties waarin beleggingsproducten worden aanbevolen die niet geschikt zijn voor de betreffende belegger. Het is belangrijk om de nodige informatie van de cliënt te verzamelen om een passende dienstverlening te kunnen bieden.

19
Q

Hoe controleert de FSMA of de zorgplicht wordt nageleefd?

A

De FSMA heeft sterk ingezet op het controleren van de naleving van de zorgplicht. Dit omvat onder andere on-site MIFID-inspecties, waar inspecteurs van de FSMA informatie opvragen bij gereglementeerde ondernemingen. Daarnaast heeft de wetgever de bevoegdheid verkregen om mistery shopping toe te passen. Hierbij worden eigen medewerkers of derden ingezet om zich voor te doen als potentiële cliënten en te controleren of de praktijk overeenkomt met de theoretische processen binnen een bank.

20
Q

Wat is het verschil tussen vermogensbeheer/beleggingsadvies, execution only diensten en de restcategorie?

A

Vermogensbeheer en beleggingsadvies vormen het ene uiteinde van het spectrum, waarbij de invulling van de ken uw cliënt-regel het meest uitgebreid is. Hier wordt veel informatie ingewonnen bij de cliënt. Aan de andere kant bevinden zich de execution only diensten, waarbij geen informatie van de cliënt nodig is omdat alleen orders worden uitgevoerd. De restcategorie zit daartussen en vereist enige informatie van de cliënt, maar in mindere omvang dan bij vermogensbeheer en beleggingsadvies. In de restcategorie moet de dienst passend zijn voor de cliënt.

21
Q

Wat is het verschil tussen geschiktheidstest en gepastheidstest?

A

Een geschiktheidstest wordt toegepast bij vermogensbeheer en beleggingsadvies. Hierbij wordt beoordeeld of de voorgestelde transactie geschikt is voor de betreffende cliënt op basis van zijn persoonlijke omstandigheden. Een gepastheidstest wordt toegepast in de restcategorie, waarbij wordt beoordeeld of de dienst passend is voor de cliënt, zonder de diepgaande geschiktheidsbeoordeling zoals bij vermogensbeheer en beleggingsadvies.

22
Q

Wat houdt de geschiktheidstest in?

A

De geschiktheidstest, ook wel de suitability test genoemd, is een verplichting om uitgebreide informatie in te winnen bij de cliënt. Dit omvat onder andere de kennis en ervaring van de belegger met betrekking tot specifieke producten, de financiële situatie van de belegger, beleggingsdoelstellingen, duurzaamheidsvoorkeuren en het vermogen van de cliënt om de risico’s te dragen en te begrijpen. Het doel van de geschiktheidstest is om ervoor te zorgen dat het advies of vermogensbeheer dat aan de cliënt wordt verstrekt, geschikt is voor zijn individuele omstandigheden.

23
Q

Hoe is de toepassing van de geschiktheidstest geëvolueerd?

A

De toepassing van de geschiktheidstest is in de loop der jaren strenger geworden. Aanvankelijk werd er eenvoudigweg gevraagd of de belegger bepaalde financiële instrumenten kende, wat werd gezien als een self-assessment van de belegger. Dit is echter niet voldoende gebleken. Tegenwoordig worden er gedetailleerdere vragen gesteld waarbij de belegger moet aangeven welke kenmerken van bepaalde financiële instrumenten hij begrijpt.

24
Q

Welke elementen worden geëvalueerd in de geschiktheidstest?

A

In de geschiktheidstest worden verschillende elementen geëvalueerd, waaronder de kennis en ervaring van de belegger met specifieke producten, de financiële situatie van de belegger (zoals reguliere inkomsten, vermogen en financiële verplichtingen), beleggingsdoelstellingen, duurzaamheidsvoorkeuren en de risicotolerantie van de belegger. Deze elementen helpen bepalen welk advies geschikt is voor de belegger.

25
Q

Wat zijn de klassieke risicoprofielen in de geschiktheidstest?

A

De klassieke risicoprofielen in de geschiktheidstest zijn zeer defensief, defensief, dynamisch en zeer dynamisch. Deze profielen geven aan hoeveel risico de belegger bereid is te nemen en welk rendement hij verwacht te behalen. Ze variëren van voorzichtige beleggingen met een laag risico en rendement tot gokken met de hoogste risico’s en potentiële rendementen.

26
Q

Wat gebeurt er als de gereglementeerde onderneming niet over de benodigde informatie beschikt?

A

Als de gereglementeerde onderneming niet over de benodigde informatie beschikt, wordt het geven van beleggingsadvies beperkt. De onderneming kan geen gepersonaliseerde aanbeveling doen, maar kan wel generieke informatie verstrekken over bepaalde financiële instrumenten. Het is belangrijk om de geschiktheidstest toe te passen wanneer er voldoende informatie beschikbaar is om een gepersonaliseerd advies te geven.

27
Q

Wat houdt het execution only regime in?

A

Het execution only regime houdt in dat de gereglementeerde onderneming geen verplichting heeft om informatie in te winnen over de geschiktheid of passendheid van de transactie voor de belegger, onder bepaalde voorwaarden. Deze voorwaarden omvatten onder andere het feit dat de transactie betrekking heeft op niet-complexe financiële instrumenten, het initiatief van de transactie uitgaat van de cliënt zelf en de cliënt wordt geïnformeerd over de beperkte bescherming die van toepassing is. In het execution only regime wordt er geen uitgebreide informatie ingewonnen of beoordeling uitgevoerd met betrekking tot de geschiktheid of passendheid van de transactie.

28
Q

Wat houdt de appropriateness-test in?

A

e appropriateness-test, ook wel de gepastheidstest genoemd, wordt toegepast in situaties waarbij de cliënt een order geeft om een transactie uit te voeren, maar de transactie betrekking heeft op complexe financiële instrumenten. Bij de appropriateness-test wordt voornamelijk gekeken naar de kennis en ervaring van de belegger met betrekking tot het specifieke product. De gereglementeerde onderneming moet nagaan of de belegger het betrokken instrument begrijpt en de risico’s kan inschatten. Er is echter geen verplichting om de financiële situatie, beleggingsdoelstellingen of het vermogen om risico’s te dragen te beoordelen. Als de transactie niet als passend wordt beschouwd, kan de onderneming nog steeds de transactie uitvoeren, maar moet zij de cliënt waarschuwen.

29
Q

Wat gebeurt er als de gereglementeerde onderneming oordeelt dat de transactie niet passend is?

A

Als de gereglementeerde onderneming van oordeel is dat de transactie niet passend is voor de belegger, kan zij de transactie nog steeds uitvoeren, maar is zij verplicht de cliënt te waarschuwen voor de eventuele ongeschiktheid. Er geldt geen onthoudingsverplichting zoals bij de geschiktheidstest.

30
Q

Wat gebeurt er als niet alle vereiste informatie wordt verstrekt door de cliënt?

A

Als niet alle vereiste informatie wordt verstrekt door de cliënt, geldt er een waarschuwing, maar geen onthoudingsverplichting voor de gereglementeerde onderneming. Dit betekent dat de onderneming de transactie nog steeds kan uitvoeren, maar de cliënt moet worden gewaarschuwd voor eventuele gevolgen als gevolg van het ontbreken van relevante informatie.

31
Q

Hoe kan de MIFID-vragenlijst worden ingevuld?

A

De MIFID-vragenlijst kan zowel schriftelijk als elektronisch worden ingevuld. In het geval van online beleggingsadvies kan de vragenlijst elektronisch worden ingevuld. Het is belangrijk dat de cliënt duidelijk wordt gemaakt dat de informatie nodig is om geschikt advies te kunnen geven, en er mag geen manipulatie plaatsvinden bij het invullen van de vragenlijst.

32
Q

Wat zijn de belangrijkste elementen waarover de gereglementeerde onderneming informatie moet verstrekken aan de belegger?

A

De gereglementeerde onderneming moet informatie verstrekken over zichzelf en haar diensten, inclusief identificatie, communicatietechnieken en het beleid met betrekking tot belangenconflicten. Daarnaast moet zij informatie verstrekken over de aangeboden financiële instrumenten en voorgestelde beleggingsstrategieën, inclusief waarschuwingen voor risico’s, volatiliteit en marges. Ook de plaatsen van uitvoering en de kosten en bijbehorende lasten moeten duidelijk worden gecommuniceerd aan de belegger.

33
Q

In welke vorm mag de informatie aan de belegger worden verstrekt?

A

De informatie mag in gestandaardiseerde vorm worden verstrekt, zolang het de belegger in staat stelt om de aard en risico’s in te schatten en een beleggingsbeslissing te nemen met kennis van zaken.

34
Q

Wanneer moet de informatie worden verstrekt aan de belegger?

A

De informatie moet worden verstrekt voordat de belegger gebonden is aan een transactie of voordat de dienst wordt uitgevoerd, indien dit eerder is. Hierbij geldt een uitzondering als de belegger uitdrukkelijk afstand doet van het recht om de informatie te ontvangen.

35
Q

Wat is de impact van het aansprakelijkheidsrecht op de miskenning van gedragsregels?

A

Bij miskenning van de gedragsregels wordt dit over het algemeen beschouwd als een fout. De aansprakelijkheid is van toepassing als er schade is en er een causaal verband kan worden aangetoond tussen de fout en de schade. Artikel 30ter van de Wet op het financieel toezicht (WFT) creëert een vermoeden van causaal verband, waarbij wordt verondersteld dat de transactie het gevolg is van de inbreuk op de gedragsregels. Dit vermoeden kan echter worden weerlegd door tegenbewijs. De belegger moet nog steeds bewijzen dat er schade is en het causaal verband tussen de fout en de schade.

36
Q

Welke componenten worden in overweging genomen bij het bepalen van de schadevergoeding?

A

De component schade omvat het verlies voor de belegger. Hij kan een schadevergoeding vragen voor het geleden verlies. Daarnaast kan hij ook aanspraak maken op vergoeding voor gederfde winst als hij kan aantonen dat er financiële instrumenten zijn aangeboden die in overeenstemming waren met zijn profiel en dat hij een bepaald rendement zou hebben behaald als de gedragsregels waren nageleefd. Een voorbeeld hiervan is wanneer een risico-averse belegger een risicovol instrument wordt aanbevolen, wat resulteert in verlies of gemiste winst.

37
Q

Welke producten vallen onder de verplichting om een Key Information Document (KID) te verstrekken?

A

e verplichting om een KID te verstrekken geldt voor verpakte retail beleggings- en verzekeringsproducten. Dit zijn producten waarbij het bedrag dat aan de belegger moet worden betaald op de vervaldag afhankelijk is van een onderliggend actief dat de belegger niet heeft verworven of afhankelijk is van de evolutie van een referentiewaarde. Voorbeelden van dergelijke producten zijn beleggingsfondsen en tak 23-levensverzekeringen

38
Q

Wat is het doel van het Key Information Document (KID)?

A

Het KID heeft een dubbele doelstelling. Ten eerste dient het als een instrument om ervoor te zorgen dat de belegger een geïnformeerd besluit kan nemen. Ten tweede maakt het de vergelijking van verschillende aanbiedingen mogelijk.

39
Q

Wie is verantwoordelijk voor het opstellen en verstrekken van het Key Information Document?

A

Het KID moet worden opgesteld door de Priip-ontwikkelaar, de partij die het financieel instrument vervaardigt. Echter, vaak is de ontwikkelaar niet degene die het product commercialiseert. Het is de verantwoordelijkheid van de distributeur of adviseur om ervoor te zorgen dat het KID bij de retail belegger terechtkomt.

40
Q

Wat is de aard van het Key Information Document?

A

Het KID is een kort document dat geen marketingmateriaal is. Het bevat essentiële informatie en is bedoeld voor informatieve doeleinden en vergelijking. De partijen die het KID verstrekken, worden over het algemeen niet aansprakelijk gehouden, tenzij er sprake is van misleiding of het niet naleven van de verplichte inhoud van het document.