Begrippen HC6 Procesmanagement Flashcards

https://imgur.com/a/vuhMmfX voor de foto's

1
Q

Bedrijfsproces

A

De basiscomponenten van een bedrijfsproces zijn de essentiële elementen die samenwerken om een bepaalde reeks activiteiten te definiëren en te beheren met als doel een specifiek resultaat te bereiken. Deze componenten helpen bij het begrijpen, ontwerpen, documenteren en optimaliseren van bedrijfsprocessen. De basiscomponenten van een bedrijfsproces omvatten over het algemeen het volgende:
Input (Invoer):
Activiteiten:
Output (Uitvoer):

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Input (Invoer):

A

Dit is wat het proces “binnenkomt” om te worden verwerkt of getransformeerd. Inputs kunnen verschillende vormen aannemen, zoals gegevens, materialen, informatie, aanvragen, bestellingen, of andere bronnen die nodig zijn om het proces te starten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Activiteiten:

A

Activiteiten zijn de taken, stappen of handelingen die binnen het proces worden uitgevoerd om de input om te zetten in de gewenste output. Deze activiteiten worden meestal in een specifieke volgorde uitgevoerd en kunnen variëren in complexiteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Output (Uitvoer):

A

Dit is het resultaat of de uitkomst van het proces nadat de input is verwerkt en de activiteiten zijn uitgevoerd. De output kan verschillende vormen aannemen, zoals een product, een dienst, een rapport, een beslissing, of een ander eindproduct.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Primair proces:

A

Een primair proces, ook wel bekend als een kernproces, is het kloppende hart van een organisatie. Het omvat de reeks stappen en activiteiten die direct bijdragen aan de belangrijkste doelstellingen van de organisatie. Dit proces creëert waarde voor de klanten en is essentieel voor het voortbestaan van de organisatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Ondersteunend proces:

A

Ondersteunende processen, aan de andere kant, zijn niet direct gericht op het leveren van producten of diensten aan klanten, maar ze zijn van vitaal belang voor het ondersteunen van de primaire processen. Deze processen omvatten bijvoorbeeld HR-beheer, financiële administratie en IT-ondersteuning, die de organisatie helpen om efficiënt te functioneren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Organisatiemodel van Mintzberg
(Zie foto’s)

A

Basiscomponenten van een organisatie volgens Mintzberg: Henry Mintzberg, een bekende organisatiedeskundige, identificeerde vijf basiscomponenten van een organisatie:
1. Topmanagement (Strategische Top):
2. Middenkader (Middenlijn):
3. Uitvoerende Kern (Operationele Kern):
4. Technische Staf (Technische Experten):

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Topmanagement (Strategische Top):
(Organisatiemodel van Mintzberg)

A

Topmanagement bevindt zich bovenaan de organisatieladder. Dit zijn de leidinggevenden en besluitvormers die verantwoordelijk zijn voor het formuleren van de strategische doelen en richting van de organisatie. Ze zijn verantwoordelijk voor het nemen van belangrijke beslissingen die de toekomst van de organisatie beïnvloeden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Middenkader (Middenlijn):
(Organisatiemodel van Mintzberg)

A

Het middenkader bevindt zich tussen het topmanagement en de uitvoerende kern. Ze vertalen de strategische beslissingen van het topmanagement naar operationele plannen en acties. Middenkaderleden zijn verantwoordelijk voor het coördineren van de activiteiten op operationeel niveau en zorgen voor de uitvoering van strategische doelstellingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Uitvoerende Kern (Operationele Kern):
(Organisatiemodel van Mintzberg)

A

De uitvoerende kern vormt het hart van de organisatie. Dit zijn de medewerkers die direct betrokken zijn bij de dagelijkse activiteiten en processen die waarde creëren voor de klanten. Ze voeren de kernactiviteiten van de organisatie uit en zorgen voor productie of dienstverlening.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Technische Staf (Technische Experten):
(Organisatiemodel van Mintzberg)

A

De technische staf bestaat uit experts met specialistische kennis en vaardigheden die van cruciaal belang zijn voor de organisatie. Ze bieden technische expertise en advies aan de rest van de organisatie. Deze groep kan bijvoorbeeld bestaan uit ingenieurs, IT-specialisten, juridische adviseurs, enz.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Ondersteunende Staf (Ondersteunende Diensten):
(Organisatiemodel van Mintzberg)

A

De ondersteunende staf ondersteunt de algemene activiteiten van de organisatie, maar is niet direct betrokken bij de kernactiviteiten. Ze bieden diensten zoals human resources, financiën, administratie, en facilitair management om ervoor te zorgen dat de organisatie soepel en efficiënt blijft opereren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Organigram:
(Zie foto’s)

A

Een organigram, ook wel bekend als een organisatieschema of organisatiegrafiek, is een visuele weergave van de structuur van een organisatie. Het organigram geeft een gestructureerde weergave van de hiërarchie en de relaties tussen verschillende afdelingen, functies, en personeelsleden binnen de organisatie. Het wordt vaak gebruikt om de organisatiestructuur te visualiseren en te communiceren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Black-box model:
(Zie foto’s)

A

Het Black-box model wordt vaak gebruikt om processen in een organisatie te begrijpen. Het beschouwt een proces als een ‘black box’, waarbij triggers (aanleidingen), input (bronnen), activiteiten (handelingen) en output (resultaten) het systeem in en uit gaan. Het model richt zich op de transformatie van input naar output, waarbij het proces zelf als een gesloten doos wordt beschouwd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Processturing:

A

Processturing verwijst naar het bewust beïnvloeden van een proces om ervoor te zorgen dat het de gewenste resultaten oplevert. Het is het proces van het plannen, monitoren en aanpassen van activiteiten om de prestaties van een proces te optimaliseren. Processturing kan zowel reactief als proactief zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Input:
(Zie foto’s)

A

In een proces gaat er input (bronnen, gegevens, materialen, enz.) de black box in. Dit vertegenwoordigt wat het proces ‘consumeert’ om resultaten te produceren.

17
Q

Proces (Black Box):
(Zie foto’s)

A

Binnenin de black box vinden allerlei activiteiten plaats die de input transformeren en verwerken. Dit deel van het proces is meestal niet zichtbaar in het Black-box model, omdat we ons concentreren op de externe kenmerken.

18
Q

Output:
(Zie foto’s)

A

Uiteindelijk produceert het proces output, wat de resultaten of producten zijn die uit de black box komen. Dit vertegenwoordigt wat het proces ‘produceert’.

19
Q

Terugkoppeling:
(Zie foto’s)

A

Nu komt het principe van terugkoppeling om de hoek kijken. Nadat de output is gegenereerd, wordt deze gemeten en geanalyseerd. Deze metingen kunnen bijvoorbeeld informatie bevatten over de kwaliteit, snelheid, kosten, klanttevredenheid, of andere relevante prestatie-indicatoren.

20
Q

Actie/Aanpassing:
(Zie foto’s)

A

Op basis van de metingen en analyses van de output kan de organisatie beslissingen nemen en acties ondernemen om het proces te verbeteren. Als de output niet voldoet aan de verwachte normen of doelstellingen, kunnen corrigerende maatregelen worden genomen om het proces bij te sturen en te optimaliseren.

21
Q

PDCA cyclus

A

het principe van Plan-Do-Check-Act (PDCA) kan worden gekoppeld aan het principe van terugkoppeling, omdat ze nauw met elkaar verbonden zijn en samenwerken om continu leren, verbeteren en aanpassen te bevorderen. De stappen in de PDCA-cyclus kunnen als volgt worden gekoppeld aan het principe van terugkoppeling:
1. Plan
2. Do
3. Check
4. Act

22
Q

Plan (Plannen):
(PDCA cyclus)

A

In de “Plan” fase van de PDCA-cyclus wordt een plan opgesteld voor een proces of project. Dit omvat het stellen van doelen, het identificeren van benodigde middelen, het bepalen van verantwoordelijkheden en het vaststellen van de te volgen procedures. Terugkoppeling speelt hier een rol door informatie uit het verleden en huidige gegevens te gebruiken om een goed doordacht plan te ontwikkelen. Dit kan onder meer het analyseren van eerdere prestaties en het identificeren van gebieden waar verbeteringen nodig zijn omvatten.

23
Q

Do (Uitvoeren):
(PDCA cyclus)

A

In de “Do” fase wordt het plan geïmplementeerd. Terugkoppeling wordt hier gebruikt om de uitvoering van het plan te volgen en te meten. Het proces wordt nauwlettend gevolgd om te zien hoe het daadwerkelijk presteert in vergelijking met wat er was gepland. Als er tijdens de uitvoering afwijkingen of onverwachte problemen optreden, wordt dit gedetecteerd en vastgelegd door middel van terugkoppeling.

24
Q

Check (Controleren):
(PDCA cyclus)

A

In de “Check” fase worden de resultaten geëvalueerd en vergeleken met de oorspronkelijke doelen en specificaties. Terugkoppeling speelt hier een cruciale rol door de verzamelde gegevens en prestatie-indicatoren te analyseren. Het helpt bij het beoordelen of het proces zoals uitgevoerd aan de verwachtingen voldoet en of eventuele afwijkingen of problemen worden opgemerkt.

25
Q

Act (Aanpassen):
(PDCA cyclus)

A

In de “Act” fase worden op basis van de bevindingen uit de “Check” fase corrigerende acties ondernomen. Terugkoppeling is hier van essentieel belang, omdat het de basis vormt voor besluitvorming. Als de evaluatie aantoont dat het proces niet optimaal presteert, kunnen verbeteringsmaatregelen worden voorgesteld en geïmplementeerd. Dit is waar terugkoppeling wordt gebruikt om het proces aan te passen en te optimaliseren.

26
Q

Filter:

A

Vooruitkoppeling (Feedforward): Vooruitkoppeling is een concept waarbij informatie wordt gebruikt om toekomstige prestaties van een proces te voorspellen en te plannen. Het is proactief van aard en stelt organisaties in staat om maatregelen te nemen voordat problemen zich voordoen. Dit helpt bij het voorkomen van fouten en optimaliseren van processen.

27
Q

Vooruitkoppeling (Feedforward):
(Zie foto’s)

A

Vooruitkoppeling is een concept waarbij informatie wordt gebruikt om toekomstige prestaties van een proces te voorspellen en te plannen. Het is proactief van aard en stelt organisaties in staat om maatregelen te nemen voordat problemen zich voordoen. Dit helpt bij het voorkomen van fouten en optimaliseren van processen.

28
Q

Kritieke Succesfactor (KSF):

A

Een kritieke succesfactor is een factor of element dat van cruciaal belang is voor het behalen van de doelstellingen van een organisatie of project. In het kader van processturing zijn KSF’s de belangrijkste aspecten die moeten worden bewaakt en beheerd om te zorgen voor succesvolle procesuitvoering.

29
Q

Key Performance Indicator (KPI):

A

Een Key Performance Indicator (KPI) is een meetbare indicator die wordt gebruikt om de prestaties van een proces of organisatie te evalueren ten opzichte van de gestelde doelen. KPI’s zijn specifieke metingen die inzicht bieden in hoe goed een proces presteert. Voorbeelden van KPI’s zijn de doorlooptijd van een proces, klanttevredenheidsscores, efficiëntiepercentages en kostenbesparingen.

30
Q

Parallelle Processen

A

Parallelle processen zijn processen die gelijktijdig plaatsvinden, waarbij verschillende taken, stappen of activiteiten onafhankelijk van elkaar worden uitgevoerd. Dit kan leiden tot tijdsbesparingen en een snellere doorlooptijd van taken. Parallelle processen worden vaak gebruikt om bottlenecks te verminderen en de algehele efficiëntie te verbeteren.

31
Q

Seriële Processen:

A

Seriële processen zijn opeenvolgende processen waarbij elke stap afhankelijk is van de voorgaande. In deze processen moet elke taak of activiteit worden voltooid voordat de volgende kan beginnen. Seriële processen worden vaak gebruikt wanneer strikte volgorde en controle nodig zijn.

32
Q

Procesgerichte Bedrijfsstructuur:

A

Een procesgerichte bedrijfsstructuur is een organisatiestructuur waarin de nadruk ligt op het organiseren van de activiteiten en functies van de organisatie rond haar processen. In plaats van zich te richten op afdelingen of afdelingen, concentreert een procesgerichte structuur zich op het stroomlijnen van end-to-end processen, waardoor silo’s worden doorbroken en de samenwerking wordt bevorderd.

33
Q

Productgerichte Bedrijfsstructuur:

A

In tegenstelling tot een procesgerichte structuur is een productgerichte bedrijfsstructuur gebaseerd op de organisatie rond specifieke producten of diensten. Elk product of dienst heeft zijn eigen set van verantwoordelijkheden en activiteiten, wat kan leiden tot een meer gespecialiseerde aanpak. Dit type structuur kan geschikt zijn voor organisaties met diverse productlijnen.

34
Q

Procesflow Schema:

A

Een procesflow schema, ook wel bekend als een processtroomdiagram, is een visuele weergave van een proces. Het toont de stappen, beslissingspunten, en de stroom van gegevens of materialen door het proces. Het wordt vaak gebruikt om processen te analyseren, te verbeteren en te communiceren binnen de organisatie.

35
Q

Beslissingspunten (Decision Points):

A

Beslissingspunten zijn specifieke punten in het proces waar beslissingen moeten worden genomen over welke stappen moeten worden genomen op basis van bepaalde voorwaarden of criteria. Deze beslissingen kunnen geautomatiseerd zijn of door menselijke intervenie worden genomen.

36
Q

Hiërarchisch Processchema:

A

Een hiërarchisch processchema is een gedetailleerd schema dat de structuur en de onderlinge relaties van processen binnen een organisatie illustreert. Het biedt inzicht in hoe processen op verschillende niveaus met elkaar verbonden zijn, van hoog niveau (bijv. strategische processen) tot laag niveau (bijv. operationele processen). Dit schema helpt bij het begrijpen van de algehele organisatiestructuur.