Begrippen 1.5 Flashcards
1
Q
Ruw materiaal (zoals ijzererts of cacaobonen) dat bewerkt moet worden om er een product van te maken.
A
grondstof
2
Q
De ligging van een gebied ten opzichte van andere gebieden en de tijd, kosten en moeite die nodig zijn om het te bereiken.
A
relatieve ligging
3
Q
De coördinaten van een plaats (N.B./Z.B. en W.L./O.L.).
A
absolute ligging