begrippen 1.3 Flashcards
1
Q
Het percentage stedelingen in een land.
A
urbanisatiegraad
2
Q
Verhuizen van de ene woonplaats naar een andere. Iemand die verhuist, is een migrant.
A
migratie/migrant
3
Q
Alle voorzieningen die nodig zijn om personen, goederen en informatie te vervoeren.
A
infrastructuur
4
Q
Vervanging van menselijke arbeid door machines.
A
mechanisatie
5
Q
Het aantal woningen per km2.
A
woningdichtheid