Basics Flashcards
ontmoeten
to meat
aangenaam
nice to meet you
volwassenen
adults
voorstellen
introduce / suggest
gezellig
cosy / fun / pleasant
dat lijkt me (gezellig)
that seems / That sounds fun to me
begroeten
to greet
samen
together
soms
sometimes
een keer
once
Heb je zin om …?
Do you fancy …?
zin hebben in
to be in the mood for something
blij
happy
echtgenoot
husband
echtgenote
wife
’s ochtends
in the morning
Hoe lang geleden …
How long ago?
weten - weet
to know
overmorgen
the day after tomorrow
gisteren
yesterday
volgende
next
ontbijt / ontbijten
breakfast, having a breakfast
boodschappen
doing groceries
sluit / sluiten
close
duurt (duren)
to last / take
een keer per week
once a week
opstaan
to get up
nooit
never
niets
nothing
ander(e)
other / another
buiten
outside
elkaar
each other
elke
each / every
afspreken
to meet up (with)
even denken
let me think
he jongens
hey guys
helaas
unfortunately
wie gaat er mee
who’s coming along?
vorige maand
last month
twee week geleden
two weeks ago
wachten
to wait
snel
fast
iets / wat
something. iets - open question, wat implies you already had something in mind
hij neemt / nemen
he takes / to take
afspraak
appointment
het horloge
the watch
ja hoor
yes, (be my guest)
kwijt
lost
vervelend
annoying
terug
back
lopen
to walk
Daar moet je de straat oversteken
There you have to cross the street
rechtdoor
straight ahead
bij de tweede straat sla je rechtsaf
at the second street turn right
links afslaan
to turn left
uitkijken
watch out
de weg is druk
the road is busy
op de hoek
at the corner
aan je rechterhand
on your right hand
zoek
to look for / search
Toch bedankt!
Thanks anyway
Zeker / Jazeker
certainly / yes of course
iedereen
everyone
de rotonde
the roundabout
waarschijnlijk
probably
meestal
generally (most of the time)
liedjes
songs
Natuurlijk
Of course
veel succes
good luck
veel
a lot / much
Ben je klaar met je … ?
Are you done (finished) with your …?
nog (nog niet klaar)
still / yet. (still not ready)
daarna
after that
dus
so
de splitsing
the junction
bekend
familiar
iemand anders
someone else
betekenen, wat betekent
to mean, what does it mean
veel plezier
enjoy
groen
green
paars
purple
grijs
gray
passen / hij past
to fit (to try on) / it fits
donker
dark
licht
light
kleding / kleren
clothing / clothes
belangrijk
important
het gevoel
the feeling
het geloof
the belief
Ik wil alleen even kijken
I am just looking (at the shop)
contant
cash
pinnen
pay with a card
de maat
the size
het mandje
the busket
duur
expensive
goedkoop
cheap
krijgen
To get
worden
To become
gehakt
Minced / chopped
De vis
fish
vies
dirty
schoon
clean
gerookt
smoked
het rundvlees
Beef
het varkensvlees
Pork
het lamsvlees
Lamb
de kalkoen
turkey
het Kalfsvlees
veal
achter
behind
de bakkerij
bakery
sinds
since
De medewerker
Employee
Eets makkelijk
Enjoy your meal
Niemand
No one
Momenteel
Currently
Geweldig
Awesome
Hoe gaat het er mee?
How are you? How is it going with it?
Kiezen / kies / kiest
To choose/elect
beter
Better
Hip
Trendy
Kijk eens hier
Look here!
De paskamer
The fitting room