Argo tekst 9 Flashcards
1
Q
οὗ
A
waar
2
Q
γερων
A
oude man
3
Q
περι
A
over, om
4
Q
δικε
A
straf
5
Q
δειπνον
A
maaltijd
6
Q
αρπαζω
A
roven
7
Q
παρασκευαζω
A
klaarmaken
8
Q
ηκω
A
komen, gekomen zijn
9
Q
διωκω
A
achtervolgen, wegjagen
10
Q
ουκετι
A
niet meer
11
Q
διαφθειρω
A
vernietigen, bederven
12
Q
πεμπω
A
zenden, sturen
13
Q
κατα
A
- (verspreid) over
- overeenkomstig
14
Q
λογος
A
woord, verhaal
15
Q
αυθις
A
opnieuw