Anatomie kerst Flashcards
Trekkracht
de kracht die een spiervezel of een spier als geheel ontwikkelt bij contractie
De mate van trekkracht van een skeletspier als geheel wordt bepaald door:
De rustlengte van de spier
De frequentie van zenuwprikkeling
Het aantal geactiveerde spiervezels
Sarcomeerlengte (spiervezellengte) en contractie:
Een sarcomeer kan zich tot 50% van zijn lengte verkorten bij contractie (I- en H-banden verkorten of worden onzichtbaar; A-banden blijven altijd even lang)
Naarmate een spiervezel (sarcomeren) meer uitgerekt is, zal de spanning stijgen en de contractie sterker zijn. Dit is echter begrensd: als de rekking te groot is, zal de contractiekracht verminderen.
Motorische eenheid
geheel van motorische zenuw verbonden met spiervezels
Atrofie
Spieren worden kleiner en breken af
Hypertrofie
spierscheurtjes waardoor spieren groter worden
Spiertonus
de weerstand die je voelt in de spier tijdens rust
Trekkracht
de kracht die je spier kan uitoefenen
Isotonische contractie
de spier levert kracht door te verkorten, maar behoudt dezelfde spanning.
Concentrische contractie
de spier levert kracht terwijl de spier verkort
Een excentrische spierbeweging
de spier levert kracht terwijl de spier verlengt
isokinetisch
handdoek trekken
Agonist
spier verantwoordelijk voor bepaalde beweging
Antagonisten
‘tegenstander’; spier die tegenwerkt aan de agonist
Synergisten
spieren die meewerken met agonist