Anatomie bewegingsapparaat: algemene inleiding Flashcards
Overeenkomstige kenmerken steunweefsels
Overeenkomstige opbouw
Continuïteit
Veranderlijkheid
Bepalend voor vorm
Sterke vorm-functierelatie
Verdeeld lichaam in compartimenten
Leg de overeenkomstige opbouw van steunweefsels uit
Alle steunweefsels bestaan uit cellen, vezels en matrix
Leg de continuïteit van weefsels uit
Fascia, pees en bot is geleidelijk, waardoor collagene vezels van structuren in elkaar overlopen en de verbinding optimaal sterk is.
4 typen gewrichten
Bindweefsel
Kraakbeen
Bot
Synoviale gewrichten (‘echte’ gewrichten)
Wat zijn de subtypes van bindweefsel?
Sutuur
Syndesmosis
Gomphosis
Subtypes kraakbeen
Synchondrosis
Symphysis
Subtype bot
Synostosis
Subtype synoviale gewrichten
Zadel-, kogel-, scharnier-, rolgewricht etc.
3 eigenschappen synoviale gewrichten
Stevig gewrichtskapsel
Aanwezigheid synovia (gewrichtsvloeistof)
Bedekking botstukken hyalien kraakbeen.
Passieve stabiliteit
Stabiliteit d.m.v. congruentie, gewrichtskapsel en banden.
Actieve stabiliteit
Stabiliteit d.m.v. spieren
4 accessoire structuren
Discus articularis
Bursa
Peesschede
Sesambeenderen
Discus articularis
Kraakbeenschijfje
extra bewegingsmogelijkheden in het gewricht helpt bij het opvangen van veel druk.
Bursa
Zakje met synoviale vloeistof die zich tussen 2 structuren bevindt die veel en intensief gebruikt worden.
Peesschede
Zakje om pezen heen
pezen beschermt
extra geleiding tussen peesstructuren.
Sesambeenderen
Ontstaan in pezen die onder veel druk staan.
Dient als bescherming en begeleiding voor de pees.
Welke soort spier is de ‘standaard’ spier?
Spoelvormig
Welke soort spier splitst zich aan het uiteinde tot 2 pezen?
Tweekoppig
Welke spier bestaat uit 2 buiken, verbonden met tussengelegen pees?
Tweebuikig
Welke spier ligt geheel plat op het lichaam?
Platte spier
Welke spier heeft buiken die onderbroken worden door stukjes pees?
Multi-buikig
Welke spieren kunnen veel kracht genereren, maar weinig verplaatsing tot stand brengen?
Halfgeveerde en geveerde spieren.
Origo en insertie
Origo: verbinding spier aan proximale zijde van bot.
Insertie: verbinding spier aan distale zijde van bot.
Spurt en shunt
Spurt: veroorzaken grote beweging met kleine verkorting van spier.
Shunt: veroorzaken kleine beweging met grote verkorting van spier. Functie: stabiliteit aan gewricht.