algebraïsch rekenen Flashcards

1
Q

euclidische deling in N?

A

… = deeltal A
… = deler D
… = quotiënt Q
… = rest R
(zie doc)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

controle van euclidische deling?

A

D * Q + R = A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

euclidische deling bij veeltermen?

A

… = deeltal A(a)
… = deler D(a)
… = quotiënt Q(a)
… = rest R(a)
(zie doc)

je kan enkel delen als de graad van het deeltal groter of gelijk is aan de graad van de deler
graad A(x) - graad D(x) = graad Q(x)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

niet-opgaande deling?

A

rest R(a) ≠ 0

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

opgaande deling?

A

rest R(a) = 0

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

deelbaarheid in symbolen?

A

A(x) is deelbaar door D(x) ⇔ bij euclidische deling van A(x) is de rest R(x) = 0

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

notatie

A

D(x) | A(x) ‘is een deler van’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

definitie reststelling?

A

bij deling van de veelterm A(x) door x - a (a ∈ R) is de rest gelijk aan de getalwaarde van A(x) voor x = a

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

reststelling in symbolen?

A

x - a | A(x) ⇔ A(a) = 0

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

controle reststelling?

A

euclidische deling of algoritme van horner

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

bewijs reststelling?

A

x - a | A(x) ⇔ R(x) = 0 (deelbaarheid)
⇔ A(a) = 0 (reststelling)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

nulwaarde van A(x)?

A

a is de nulwaarde van A(x) bij A(a) = 0

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

eigenschap delers van a0?

A

als een veelterm deelbaar is door x - a, dan is a een deler van de constante term a0

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

eigenschap delers van a0 in symbolen?

A

x - a | A(x) ⇒ a | a0

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

contrapositie eigenschap delers van a0?

A

a ∤ a0 ⇒ x - a ∤ A(x)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q
A

dus we gaan op zoek bij de gehele deler van de constante term naar a ∈ Z0 waarvoor A(a) = 0