AFP 1 Extremiteiten Flashcards

1
Q

Latijnse naam elleboog gewricht?

A

Art. Cubiti

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke gewrichten zijn onderdeel van het art. cubiti?

A
  • art. humero-ulnaris
  • art. humero-radialis
  • art. radio-ulnaris proximalis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Art. humero-ulnaris, soort gewricht en bewegingen?

A
  • Scharnier.
  • Flexie & extensie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

art. humero-radialis, soort gewricht en bewegingen?

A
  • Kogel.
  • Flexie, extensie, pronatie & supinatie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Art. radio-ulnaris proximalis, soort gewricht en bewegingen?

A
  • Rol.
  • Pronatie & supinatie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke gewrichten zijn onderdeel van het pols gewricht(2)?

A
  • art. radiocarpalis met discus
  • art. radio-ulnaris distalis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Art. radiocarpalis met discus, soort gewricht en bewegingen?

A
  • Elips.
  • Palmair-, dorsaal flexie, radiaal- & ulnair abductie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Art. radio-ulnaris distalis, soort gewricht en bewegingen?

A
  • Straf.
  • Pronatie & supinatie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke gewrichten zijn onderdeel van de hand?

A
  • art. carpo-metacarpalis
  • art. metacarpo-phalangealis
  • art. interphalangealis proximalis
  • art. interphalangealis distalis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Art. carpo-metacarpalis, wat voor gewricht en bewegingen?

A
  • Onregelmatig.
  • Flexie & extensie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Art. carpo-metacarpalis I, soort gewricht en bewegingen?

A
  • Zadel.
  • Opponeren & reponeren.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Art. metacarpo-phalangealis, soort gewricht en bewegingen?

A
  • Kogel.
  • Flexie, extensie, abductie & adductie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Art. interphalangealis proximalis, soort gewricht en bewegingen?

A
  • Scharnier.
  • Flexie & extensie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Art. interphalangealis distalis, soort gewricht en bewegingen?

A
  • Scharnier.
  • Flexie & extensie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke spier geeft flexie in art. cubiti?

A

M. Biceps brachii

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke spier geeft extensie in art. cubiti?

A

M. Tricpes brachii.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Welke spier geeft supinatie in art. cubiti?

A

M. supinator(en)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Welke spier geeft pronatie in art. cubiti?

A

M. Pronator(en)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Welke spieren geeft palmairflexie in art. radiocarpalis?

A

Flexoren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Welke spieren geeft dorsaalflexie in art. radiocarpalis?

A

Extensoren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

N. Musculocutaneus; Motorisch, sensibel en bij uitval?

A
  • M. biceps brachii
  • Laterale huid van de onderarm
  • Buigers arm
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

N. ulnaris; Motorisch, sensibel en bij uitval?

A
  • Ulnaire handspieren
  • Ulnaire zijde handrug en handpalm.
  • Klauwhand
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

N. Radialis; motorisch en bij uitval?

A
  • Extensoren dorsaal onderarm/pols.
  • Dropping hand.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

N. Radialis; sensibel gebied?

A
  • Huid strekzijde bovenarm.
  • Huid radiale strekzijde onderarm.
  • Radiale zijde handrug strekzijde duim, wijs- en middelvinger.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

N. Medianus; Motorisch, sensibel en bij uitval?

A
  • Flexoren vingers 1,2,3.
  • Dorsaal eindlid duim, wijs- en middelvinger en radiale deel ringvinger.
  • Predikershand.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Welke arterie ligt onder het sleutelbeen?

A

A. Subclavia

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Welke arterie ligt in de oksel?

A

A. Axillaris

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Welke arterie ligt in de bovenarm?

A

A. Brachialis

29
Q

In de elleboogplooi splits de arterie in 2, welke 2?

A

A. Radialis
A. Ulnaris

30
Q

Welke arterie ontspringt er uit de a. ulnaris?

A

A. Interossea communis

31
Q

In de hand word een diepe en oppervlakkige …. gevormd?

A

Arcus palmaris

32
Q

Het oppervlakkige veneuze systeem in de arm heeft twee hoofdtakken, welke en waar zitten die?

A
  • V. Cephalica (duimzijde)
  • V. Basilica (pinkzijde)
33
Q

Welke gewrichten zijn onderdeel van het art. genus?

A
  • Art. patella-femoraal
  • Art. Menisco-femoralis
  • Art. Menisco-tibialis mediaal/lateraal
34
Q

Wat voor soort gewricht is het art. patella-femoraal?

A

Glij

35
Q

Art. menisco-femoralis; soort gewricht en bewegingen?

A
  • Draai-scharnier
  • Flexie, extensie, endo- & exorotatie
36
Q

Art. Menisco-tibialis mediaal/lateraal, wat voor soort gewricht?

A

Vlak

37
Q

Art. Tralocruralis, soort gewricht en bewegingen?

A
  • Scharnier
  • Plantair- & dorsaalflexie
38
Q

Art. Talotarsalis, soort gewricht en bewegingen?

A
  • Rol
  • Inversie & everisie
39
Q

Hoe wordt het art. talotarsalis ook genoemd?

A

Art. talocalcaneonavicularis

40
Q

Art. tarsometatarsales, soort gewricht en bewegingen?

A
  • Straf
  • Dorsaal- & plantairflexie
41
Q

Art. metatarso-phalangeales, soort gewricht en bewegingen?

A
  • Kogel
  • Flexie & extensie
42
Q

Art. proximale-interphalengeale & art. distale-interphalangeale, wat voor soort gewricht en bewegingen?

A
  • Scharnier
  • Flexie & extensie
43
Q

Welke spier geeft flexie in art. genus?

A

Hamstrings

44
Q

Welke spier geeft extensie in art. genus?

A

M. quadriceps

45
Q

Welke spier geeft plantair flexie in art. talocrualis?

A

M. Triceps surae

46
Q

Welke spier geeft dorsaalflexie in art. talocruralis?

A

M. Tibialis anterior

47
Q

Welke spier geeft eversie in art. talocruralis?

A

M. Peroneus

48
Q

Welke spier geeft inversie in art. talocruralis?

A

M. Tibialis posterior

49
Q

Welke spier geeft extensie tenen in de DIP & PIP?

A

M. Extensoren

50
Q

Welke spier geeft flexie tenen in de DIP & PIP?

A

M. Flexoren

51
Q

N. Femoralis, motorisch, sensibel en bij uitval?

A
  • M. Quadriceps & M. Satorius
  • Ventraal-lateraal bovenbeen & ventraal-mediaal onderbeen
  • Niet meer strekken knie.
52
Q

N. Ischiadicus, motorisch?

A

Hamstrings

53
Q

N. Tibialis, motorisch, sensibel en bij uitval?

A
  • M. Triceps surae
  • Kuit en laterale voetrand
  • Uitval voet en teen buigers
54
Q

N. Peroneus, motorisch, sensibel en bij uitval?

A
  • M. tibialis
  • Laterale zijde onderbeen, voetrug.
  • Klapvoet
55
Q

De A. Iliaca externa wordt na de passage van de lies?

A

A. Femoralis

56
Q

Welke arterie ligt in de knieholte?

A

A. Poplitea

57
Q

Onder de knie holte splitst welke arterie als eerste af?

A

A. Tibialis anterior

58
Q

Onder de knie holte welke arterien splitsen daar af?

A
  • A. Tibialis anterior
  • A. Tibialis posterior
  • A. Fibularis
59
Q

Er zijn twee hoofdvaten van het opppervlakkige veneuze systeem in het benen, welke en waar lopen die?

A
  • V. Saphena magna; mediale zijde van de enkel tot lies.
  • V. Saphena parva; dorsaal over de kuit.
60
Q

Vena profunda, 5 punten?

A
  • Tussen de spieren in
  • Binnen de algemene fascie
  • Naast gelijknamige arterien
  • Vaak in tweevoud
  • Vervoeren >80% van het veneuze bloed
61
Q

Vena superficialis 5 punten?

A
  • In de subcutis
  • Buiten de algemene fascie
  • Zonder arteriën
  • Uitgebreid netwerk.
  • Vervoeren <20% van het veneuze bloed
62
Q

Verbindingen tussen de diepe en oppervlakkige venen?

A

V. Perforantes

63
Q

Veneuze terugstroom, zuigende krachten(2)?

A
  • Hartpomp
  • Adempomp
64
Q

Veneuze terugstroom, duwende krachten(2)?

A
  • Atriele pomp
  • Spierpomp
65
Q

Veneuze terugstroom, steunende krachten(2)?

A
  • Veneuze druk
  • Kleppen
66
Q

3 symptomen van varices?

A

1) Oedeem
2) Vaatwand rekt uit, klep insufficientie
3) vv. perforans keer om, voert bloed naar de vena superfiscialis

67
Q

Welke drie therapien zijn er voor varices?

A

1) Compressietherapie (steunkousen)
2) Scleroseringstherapie (verbindweefselen)
3) Chirurgisch verwijderen

68
Q

Hoe is de vaatwand opgebouwd?

A

1) Tunica intima
2) Tunica media
3) Tunica externa / adventitia