Aardrijkskunde module 2 HS 4/5/6 Flashcards

1
Q

aardwarmte

A

warmte die dieper in de aardkorst van nature aanwezig is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

biomassa

A

de verzamelnaam van allerlei biologisch materiaal dat kan worden gebruikt als energiebron

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

duurzame energiebronnen

A

energie die is opgewekt met behulp van hernieuwbare energiebronnen zoals: zon, wind, water, biomassa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

elektriciteit

A

de soort energie die als stroom uit je stopcontact komt en die je gebruikt om bvb een lamp te laten branden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

elektriciteitscentrale

A

een krachtcentrale waar elektriciteit wordt opgewekt door het verbranden van brandstoffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

energiebron

A

materie waarmee je elektriciteit kunt produceren, waarmee je voertuigen kunt laten rijden of andere apparaten kunt laten werken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

fossiele energiebronnen

A

brandstoffen die in de loop van miljoenen jaren zijn ontstaan uit afgestorven platen en dieren, zoals steenkool, aardgas en aardolie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

getijdencentrale

A

elektriciteitscentrale die gebruikmaakt van het verschil tussen hoog en laag water en hieruit energie opwekt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

grijze stroom

A

elektriciteit die met behulp van fossiele brandstoffen (bvb: gaf of steenkool) wordt opgewekt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

groene stroom

A

elektriciteit opgewekt uit duurzame energiebronnen, zoals waterkracht, wind, zon of biomassa.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

hernieuwbare energiebronnen

A

energiebronnen die nooit op zullen raken zoals: zon, wind, water en biomassa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

kernenergie

A

energie die wordt opgewekt door kernreacties. Deeltjes uranium worden in een kerncentrale gespleten, waardoor energie vrijkomt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

thermische elektriciteitscentrale

A

een krachtcentrale waar elektriciteit wordt opgewekt met behulp van stoom, die verkregen wordt door verbranding van brandstoffen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

uitputbare energiebronnen

A

de voorraden van de fossiele brandstoffen aardolie, aardgas en steenkool raken op.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

waterkracht

A

de kracht van stromend of vallend water wordt gebruikt voor het opwekken van energie (elektriciteit)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

windkracht

A

de kracht van wind wordt gebruikt om in windturbines energie (elektriciteit) op te wekken

17
Q

zonne-energie

A

energie (elektriciteit) die wordt opgewekt uit zonnestraling.

18
Q

afvalverbranding

A

het verbranden van afval, waarbij met de vrijgekomen warmte energie opgewekt kan worden.

19
Q

broeikasgassen

A

gassen in de atmosfeer die de eigenscha hebben om warmte vast te houden.

20
Q

duurzaam consumeren

A

koopgedrag van mensen waarbij ze rekening houden met mens en milieu.

21
Q

duurzaam produceren

A

manier van produceren waarbij bedrijven streven naar winst en tegelijkertijd rekening houden met mens en milieu.

22
Q

ecologische voetafdruk

A

manier om je energieverbruik te meten uitgerukt in hectares per persoon.

23
Q

infrastructuur

A

alle bovengrondse en ondergrondse verbindingen zoals wegen, havens, spoorlijnen, kabels enz..

24
Q

olieraffinaderij

A

fabriek waar van ruwe aardolie een halffabricaat of eindproduct wordt gemaakt.

25
Q

radioactief afval

A

afval uit fabrieken waar met kernstoffen gewerkt wordt. Dit afval bevat radioactieve straling.

26
Q

radioactieve straling

A

gevaarlijke straling die van kernafval afkomt. Als een levend wezen radioactieve straling opvangt, dan kan dit ernstige gezondheidsproblemen veroorzaken (kanker)

27
Q

warmtekrachtkoppeling

A

warmtesysteem dat gebruikmaakt van restwarmte die vrijkomt bij het verbranden van de brandstof. Via een dynamo wordt uit deze warmte elektriciteit opgewekt.

28
Q

bio-ethanol

A

energiebron uit plantaardig materiaal

29
Q

concurrentie om de ruimte

A

situatie waarbij op één plek om verschillende belangen wordt gestreden.

30
Q

hydro- elektriciteit

A

Elektriciteit die is opgewekt met waterkracht.

31
Q

opkomende economie

A

een minder rijk land waar de economische groei jarenlang hoog is.

32
Q

ruimte ongelijkheid

A

ongewenste inkomensverschillen tussen gebieden

33
Q

stuwmeer

A

het meer dat zich vormt door de aanwezigheid van een stuwdam in een rivier.

34
Q

technopool

A

stad waar veel technologische ontwikkeling plaatsvindt.

35
Q

uraniumerts

A

erts waarmee kernenergie geproduceerd kan worden.

36
Q

verdringing

A

situatie waarbij activiteiten moeten doorschuiven naar andere gebieden.