Aanmerkelijk Belang en Hoofdlijnen VPB, onderwerp 2 (Hoofdlijnen VPB) Flashcards
Wie is subject tot de VPB?
Art. 2 lid 1 wet VPB: binnenlandse belastingplichtige. Hier valt een VOF niet onder. Belangrijkste onderdelen van dit artikel zijn sub a, e en g. e en g voor zover zij een onderneming drijven. Als buitenlandse belastingplichtigen zijn aan VPB-belasting onderworpen zij die niet in Nederland gevestigde BV/NV, CV voor zover die Nederlands inkomen genieten.
Wanneer ben je binnenlands belastingplichtig, kijk hierbij naar art. 4 AWR en art. 2 lid 4 wet VPB.
In Nederland gevestigd, art. 4 AWR (vestigingsplaats), wordt naar feiten en omstandigheden gekeken. In beginsel is dit de plaats waar de feitelijke leiding zich bevindt, uitzondering hierop is art. 2. lid 4 wet VPB, als een bedrijf naar Nederlands recht is opgericht dan is de vestigingsplaats altijd Nederland. Feitelijke leiding kan dus in een ander land bevinden, en toch is de vestigingsplaats op basis van het zijn opgericht naar Nederlands recht in Nederland bevinden.
Consequentie binnenlands belastingplicht?
Onbeperkt belastingplichtig over de wereldwinst.
Voor zover zij een onderneming drijven. Wat is volgens de jurisprudentie een onderneming?
Een duurzame organisatie van kapitaal en arbeid dat deelneemt aan het economisch verkeer en een winstoogmerk heeft. Bij het ontbreken van het winstoogmerk komt het concurrentiecriterium van art. 4 lid 1 sub a wet VPB aan bod.
Bij onderscheid beleggen en ondernemen geldt het volgende
Beoogd rendement meer dan bij normaal vermogensbeheer?
Subjectieve vrijstellingen voor binnenlandse belastingplichtigen
Art. 5 wet VPB. Bepaalde instellingen die in meer of mindere mate het algemeen belang nastreven zijn van VPB vrijgesteld. Denk hierbij aan ziekenhuizen, pensioenfondsen, natuurschoonwet etc.
Art. 6 wet VPB: vrijstelling voor stichtingen, verenigingen en kerkgenootschappen voor zover de winst niet hoger is dan 15.000 euro per jaar of 75.000 euro over het lopende jaar en de vier afgelopen jaren.
Wat is het VPB tarief in 2022?
Art. 22 wet VPB. 15% voor bedragen t/m 395K, daarboven geldt een tarief van 25,8%.
Wat zijn de verliesverreking regels in de VPB anno 2022?
Art. 20 wet VPB. Onbeperkt vooruit en 1 jaar terug.
Formule voor belastbaar bedrag binnen de VPB
Belastbaar bedrag (art. 7 VPB) = winst (art. 8 VPB) - giften (art. 7 lid 3 wet VPB) - te verrekenen verliezen (art. 20 wet VPB)
Deelnemingsvrijstelling
Winst wordt niet belast als je die winst van een deelneming ontvangt. Ratio dvs is dan ook het voorkomen van dubbele (zelfde soort) belasting over een ooit eerder behaalde winst.
Waarom wettelijke beperkingen omtrent renteaftrek?
Kapitaal is mobiel en renteaftrek verminderd de belastinggrondslag.
Wat zijn de drie uitzonderingen op de civielrechtelijke vorm van een lening?
- Bodemlozeputlening - lening aan een deelneming waarbij je bij verstrekken weet of hoort te weten dat je dat de deelneming dat geld niet of niet volledig kan terugbetalen.
- Schijnlening
- Deelnemerschaplening (hybride lening)
Wat zijn drie wettelijke renteaftrekbeperkingen binnen de VPB?
- WInstdrainage (art. 10a wet VpB)
- Laagrentende langlopende lening (art. 10b wet VpB)
- Earningsstrippingsmaatregel (art. 15b)
Wat is het gevolg van het hebben van een fiscale eenheid?
Vanuit fiscale optiek gaan het vermogen en werkzaamheden van de dochter deel uitmaken van de moeder.
Wat zijn voordelen van het vormen van een fiscale eenheid?
- Verrekenen van winst en verlies binnen belastingjaar mogelijk
- Geen winstneming bij reguliere intercompany transacties
- Geen/minder transfer pricing uitdagingen
- Uitwisselen van herinvesteringsreserve
- Geen onzakelijke lening issues
- Geen winstneming bij overdracht in verband met reorganisatie
- Minder aangiften vennootschapsbelasting
- Samenvoegen gehouden aandelen belangen