Aandoeningen Slagaderen/ Aderen Onderste Extremiteiten

Question 1

Arteriosclerose/ aderverkalking

Answer 1

Vettige substantie op binnenwand van de slagader.
De spierlaag gaat hierdoor slechter werken waardoor bindweefsel en kalk zich afzet .vaatwand wordt dikker daardoor wordt de bloedstroom belemmerd .
Er zijn diverse uitingen van arteriosclerose

Question 2

Noem voorbeelden van arteriosclerose

Answer 2

Etalageziekte ,arterieel ulcus ,necrose,

Gangreen,necrose,perniosis,hersenbloeding ,herseninfarct

Question 3

Voorbeelden aandoeningen v slagaderlijk systeem

Answer 3

Arteriosclerose in diverse vormen .

Question 4

Voorbeelden van aandoeningen aan het aderlijk systeem

Answer 4

Trombose,embolie,aderontsteking,spataderen,berkenrijs en penselen,veneus ulcus .

Question 5

Etalageziekte ( claudicatio intermittens )

Answer 5

Melkzuurophoping in de spieren door zuurstoftekort .

Dit zuurstoftekort ontstaat als gevolg van de slechte doorbloeding .

Question 6

Arterieel ulcus

Answer 6

Verzwering aan de slagader
Inwendige oorzaak
Aanleiding: ontsteking aan afgezet vet

Question 7

Traumatisch ulcus

Answer 7

Verzwering aan slagader door uitwendige oorzaak.als gevolg vaak trombose

Question 8

Necrose

Answer 8

Weefselversterf

Question 9

Gangreen

Answer 9

Afsterven van weefsel met rottingsverschijnselen.

Question 10

Perniosis

Answer 10

Ontstaat in handen en voeten door vaatvernauwing,kou .symtomen : blauwe verkleuringen,blaarvorming,oedeem. Jeuk .

Question 11

Hersenbloeding

Answer 11

Wanneer gedegenereerde slagader scheurt en bloed in de hersenen vrijkomt .

Question 12

Afasie

Answer 12

Spraakproblemen

Question 13

Herseninfarct

Answer 13

Uitval van deel vd hersenen door afsluiting van een slagader

Question 14

Cva

Answer 14

Cerebraal vasculair accident

Herseninfarct met vaak als gevolg verlammingen enachteruitgang geestelijke vermogens .

Question 15

Trombose

Answer 15

Zowel in slagaderen als aderen .
Door beschadiging van de vaatwand .
Veroorzaakt bloedstolling die een prop vormt .( trombus)
Gaat vaak gepaard met oedeemvorming .

Question 16

Embolie

Answer 16

Ontstaat wanneer stukje van de trombus ( bloedprop) afbreekt ,vetbolletje loslaat of luchtbel in bloedvat ontstaat .

Question 17

Aderontsteking ( flebitus)

Answer 17

Vaker dan slagaderontsteking omdat bloed langzamer stroomt .

Question 18

Varices

Answer 18

Spatader

Door niet goed werkende kleppen .

Question 19

Berkenrijs en penselen

Answer 19

Uitgezette bloedvaten door degeneratie van de vaatwanden .
Penselen : uitgezette arteriolen
Berkenrijs :uitgezette venulen .

Question 20

Oedeem

Answer 20

Vochtophoping in de weefsels
Van lymfebanen dan heet het lymfe oedeem .
Van bloedbaan dan heet het transudaat .
Vocht hoopt zich het gemakkelijkst op in losmazig bindweefsel .
Lymfeoedeem( 2 typen ) en stuwingoedeem

Question 21

Lymfe-oedeem 2 vormen

Answer 21

Lymfostatisch oedeem :
(ontstaat bij insufficientie .van de lymfecappilaren .
Het vocht wordt onvoldoende opgenomen .)
Lymfodynamisch :
( de lymfevaten werken wel goed maar er is een overschot aan vocht ).

Question 22

Stuwingoedeem

Answer 22

Ontstaat door verstoring van het eiwitevenwicht in de arteriolen .

Question 23

Hartaandoeningen

Answer 23

Hartinfarct,Anginapectoris,Decompensatio

Question 24

Hartinfarct

Answer 24

Hartinfarct:bloedvoorziening v deel vd hartspier wordt geblokkeerd ,gevolg te weinig zuurstof

Question 25

Angina pectoris

Answer 25

teken dat de kransvaten te weinig zuurstof bevatten

Stekende pijn met uitstraling linkerarm

Question 26

Decompensatio

Answer 26

tekortschieten vd pompwerking van het hart

Waardoor het hart zoveel energie nodig heeft om bloed weg te pompen dat er bloed in de kamer achterblijft

Question 27

Bloedarmoede

Answer 27

Tekort aan rode bloedlichamen
Oorzaken oa:bloedverlies,te weing aanmaak hemoglobine ,te snel afbreken v rode bloedlichaampjes,Te weinig b12 waardoor de rode bloedlichaampje zich niet goed kunnen ontwikkelen.

Question 28

Leukemie ( bloedkanker)

Answer 28

Kwaardaardige woekering van moedercellen in het beenmerg waardoor er een te grote aanmaak v witte bloedcellen is

Question 29

Hemofilie ( bloederziekte )

Answer 29

Aangeboren afwijking aan bloedstollingspatroon.

Question 30

Bloeddruk

Answer 30

De druk op de vaatwand .
De bloedruk is afhankelijk van:
Slagkracht ,doorsnede vh bloedvat ,elasticiteit vd bloedvaatwand

Question 31

Systolische druk

Answer 31

Bovendruk in ( mm hg )
Geeft maat voor de samentrekkende beweging .hartslag is hoorbaar .( normaal rond 80)

Question 32

Diastolische druk

Answer 32

Onderdruk
Hartslag niet hoorbaar .maat voor ontspanningsfase vh hart
Normaal bij jong en gezond 120 .bij ouderen kan het stijgen tot 150/160

Question 33

Hypertensie

Answer 33

Te hoge bloeddruk ( boven gemiddeld)

Question 34

Hypotensie

Answer 34

Te lage bloeddruk

lager dan gemiddeld