6 - Koolstofverbindingen - naamgeving Flashcards

1
Q

CH4

A

methaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

C2H6

A

ethaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

C3H8

A

propaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

C4H10

A

butaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

C5H12

A

pentaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

C6H14

A

hexaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

C7H16

A

heptaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

C8H18

A

octaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

C9H20

A

nonaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

C10H22

A

decaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

CH3 (zijgroep)

A

methyl

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

CH3 - CH2 (zijgroep)

A

ethyl

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

CH3 - CH2 - CH2 (zijgroep)

A

propyl

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

CH3 - CH - CH3 (zijgroep)

A

isopropyl of (1-methylethyl)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

ethanol

A

alcohol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

benzenol (sysematisch)

A

fenol (triviaal)

17
Q

ethaan-1,2-diol

A

glycol

18
Q

propaan-1,2,3-triol

A

glycerol

19
Q

methaanzuur

A

mierenzuur

20
Q

ethaanzuur

A

azijnzuur

21
Q

propaanzuur

A

(propionzuur)

22
Q

butaanzuur

A

boterzuur

23
Q

pentaanzuur

A

valeriaanzuur

24
Q

dodecaanzuur

A

laurinezuur

25
Q

octadecaanzuur

A

stearinezuur

26
Q

dubbelgebonden O en OH

A

carbonzuren, alkaanzuren, -(carbon)zuur

27
Q

dubbelgebonden O en O tussen C’tjes

A

esters, alkylalkanoaten, -oaat of omschrijving

28
Q

dubbelgebonden O op het eind

A

Aldehyden, alkanalen, oxo- en -al

29
Q

dubbelgebonden O in het midden

A

Ketonen, alkanonen, oxo- en -on

30
Q

één OH groep

A

Alcoholen, alkanolen, hydroxy- en -ol

31
Q

OH-groep aan een benzeenring

A

Fenolen, hydroxy- en -ol

32
Q

N-atoom

A

Aminen, amino- en -amine

33
Q

O tussen C’tjes

A

Ethers, alkoxyalkanen, alkoxy-