6. Cognitief-experienteel domein deel 1 Flashcards

1
Q

field dependence

A

veld-afhankelijk. Het gaat om hoe je iets waarneemt. De focus ligt op verbanden en gehelen.

Een verwant begrip hieraan is field independence wat veld-onafhankelijk betekent.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

emotions (emoties)

A

subjectieve gevoelens en lichamelijke veranderingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

emotional states (emotionele staat)

A

zijn kortstondig, emotionele toestand hangt meer van de situatie af dan van de persoon die zich in de situatie bevindt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

emotional treat (emotionele kenmerken)

A

een patroon van emotionele reacties die een persoon consistent ervaart over verschillende situaties. Dit patroon van emotionele ervaringen is stabiel over de tijd een karakteristiek voor elk persoon.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

emotional states (emotionele staat)

A

zijn kortstondig, emotionele states hangen meer van de situatie af dan van de persoon die zich in de situatie bevindt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

field independence

A

veld-onafhankelijk. Het gaat om hoe je iets waarneemt. Hierbij ligt de focus op details.

Een verwant begrip hieraan is field dependence wat veld-afhankelijk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

perception

A

het proces van orde scheppen in de informatie die onze organen binnen krijgen.

verwant begrip: Interpretation (NL: interpretatie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

cognitie

A

de algemene term die refereert naar bewustzijn en denken.

verwant begrip: information processing (NL: informatie verwerking)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Self-Concept

A

Hoe je jezelf ziet in verschillende elementen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Self-esteem

A

Hoe je je voelt over jezelf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Social identity

A

hoe je jezelf presenteert naar anderen toe

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Social comparison

A

Sociale vergelijking is het evalueren van jezelf of je prestaties in vergelijking met een andere groep.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

private self concept

A

de ontwikkeling hiervan is een goede ontwikkeling in de versterking van het zelfconcept.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

perspective taking

A

de mogelijkheid om het perspectief van anderen te nemen, of om jezelf te bekijken zoals anderen dat doen. Buiten jezelf stappen en je verbeelden hoe je overkomt op andere mensen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

object self awareness

A

jezelf zien als het object van de aandacht van anderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly