4.4 De Regering Flashcards

1
Q

De Regering

A

De koning en de ministers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Heeft de koning een rol bij het uitvoeren van wetten?

A

Nee

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Kabinet

A

Het dagelijks bestuur van ons land
Ministers en Staatssecretarissen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Na de verkiezingen wordt het kabinet gevormd, hoe gebeurt dit?

A

Dit gebeurt door de partijen die willen samenwerken met elkaar de meerderheid in de Tweede Kamer hebben.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe noemen we de partijen die het kabinet gaan vormen na de verkiezingen?

A

regeringspartijen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Stel de regeringspartijen zijn VVD, GroenLInks en BBB dan bestaat het kabinet uit…..?

A

UIt mensen van die drie partijen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

MInister

A

Is lid van de regering en verantwoordelijk voor een eigen onderwerp

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Voor wie krijgen de ministers hulp?

A

Van duizenden ambtenaren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is een staatssecretaris

A

Een soort assistent-minister die verantwoordelijk is voor een deel van de taken van een minister.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Ander woord voor minister-president

A

premier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de minister-president

A

De leider van het kabinet.
Hij is ook de voorzitter als de ministers met elkaar vergaderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat gebeurt er als ministers het eens zijn over de aanpak van een probleem?

A

Dat stellen zij een wet voor aan de Eerste en TWeede Kamer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Nederland is een koninkrijk, Wie is het hoofd en hoe noemen we die ook wel?

A

Koning Willem-Alexander is het staatshoofd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Heeft de koning macht

A

Hij is lid van de regering maar mag zich niet bemoeien met politieke kwesties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waarom mag onze koning zich niet bemoeien met politieke kwesties?

A

Omdat Nederland een democratie is waarin de gekozen volksvertegenwoordiger de besluiten nemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Taken van de koning:

A

-een handtekening zetten onder alle wetten
- de troonreden voorlezen op Prinsjesdag
-Overleg voeren met de minister-president
-ons land vertegenwoordigen in het buitenland
- ministers en staatssecretarissen beëdigen

17
Q

Wanneer is het prinsjesdag

A

Iedere derde dinsdag van september

18
Q

Wat gebeurt er op Prinsjesdag?

A
  • DAn gaat de koning met de koets naar de Ridderzaal en leest daar de troonrede voor.
  • IN de middag opent de minister van Financiën in de Tweede Kamer het koffertje met de miljoenennota
  • In het koffertje zit ook de rijksbegroting
19
Q

Troonrede

A

Wat het kabinet heeft bereikt en wat het volgend jaar wil gaan doen

20
Q

miljoenennota

A

een gedetailleerd (heel uitgebreid) overzicht van alle plannen van het kabinet voor het aankomend jaar.

21
Q

rijksbegroting

A

een overzicht van alle uitgaven en inkomsten die het kabinet voor dat jaar verwacht.

22
Q

Hoe komt een wet tot stand:

A
  1. er is een maatschappelijk probleem
  2. een minister of Tweede Kamerlid maakt wetsvoorstel
  3. De Tweede Kamer debatteert over het wetsvoorstel
  4. Tweede kamer dienen amendementen in
  5. Tweede Kamer stemt over de amendementen en het definitieve wetsvoorstel
  6. De eerste kamer stemt over het wetsvoorstel, zij mogen geen aanpassingen meer maken
  7. De koning en de verantwoordelijke minister ondertekenen het wetsvoorstel
  8. De wet wordt gepubliceerd op de website www.officielebekendmakingen.nl