3C3 Flashcards

1
Q

Wat wordt er bedoelt met dubbele vergrijzing?

A
  • het aantal ouderen in de samenleving neemt toe (babyboom)
  • Het aandeel ouderen in de groep ouderen neemt toe
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke 3 stadia van hervormingen in het zorgstelsel zijn er?

A
  1. Toegankelijkheid
  2. Kostenbeheersing
  3. Doelmatigheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Noem 3 redenen waarom we in NL over zijn gegaan op de zorgverzekeringswet met gereguleerde concurentie

A
  1. Zeer gedetailleerde overheidsregulering werd onwerkbaar
  2. verbrokkelende financieringsstructuur in de zorgsector
  3. onvoeldoende prikkels tot doelmatigheid in de zorg
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Noem de twee belangrijkste voorstellen van Dekker

A
  • basisverzekering voor de curatieve zorg
  • gereguleerde concurrentie tussen zorgverzekeraars en zorgaanbieders
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Noem 4 belangrijke onderdelen van de regulering van de concurrentie

A
  • Wettelijke verzekeringsplicht voor elke burger
  • standaard basispakket
  • acceptatieplicht voor zorgverzekeraars
  • verbod op premiedifferentiatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn voor verzekeraars de prikkels voor doelmatigheid?

A
  • keuzevrijheid van verzekerden
  • financieel risico ligt bij de verzekeraar
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Noem 5 instrumenten voor doelmatigheid die verzekeraars hebben

A

-. selectief contracteren zorgaanbieders
- lagere vergoeding niet-gecontracteerde zorg
- vrijheid t.a.v. contracten en bekostiging
- aanvullende voorwaarden kunnen stellen
- Managen van de zorg (zorgbemiddeling)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Noem vier varianten van bekostiging van de zorg door de zorgverzekeraars

A
  • per consult/verrichting
  • per zorgbundel/ptnt
  • per verzekerde
  • per periode (salaris/loondienst)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de prikkels voor doelmatigheid voor verzekerden?

A
  • wettelijk eigen risico
  • wettelijke eigen bijdrage
  • lagere vergoeding voor niet-gecontracteerde zorg
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Noem 7 voorwaarden die nodig zijn voor gereguleerde mededinging

A
  • transparantie productclassificatie
  • voldoende contract vrijheid
  • kwaliteitsindicatoren
  • consumenteninformatie
  • adequaat toezicht kwaliteit van zorg
  • effectief mededingsbeleid
  • goede risicoverevening
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

3 pijlers van Shared Decision Making?

A
  • Best available evidence
  • Dokter
  • Patiënt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waarom moet je bij Shared Decision Making vragen naar behandelvoorkeuren?

A
  • voorkeuren lopen sterk uiteen
  • voorkeuren verschillen regelmatig van de voorkeur vd arts
  • voorkeur is niet goed voorspelbaar op basis van patiëntkenmerken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Noem de 4 stappen van het Model van Stiggebout voor Shared Decision Making

A
  1. Arts/professional informeert ptnt dat er een beslissing wordt genomen en dat de mening van de ptnt belangrijk is
  2. Arts legt behandelopties uit met voor en nadelen
  3. Arts en patiënt bespreken voorkeuren patiënt, arts ondersteunt bij overwegingen
  4. arts en patiënt bespreken in hoeverre patiënt wilt worden betrokken bij de besluitvorming
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Noem 6 voordelen van Shared Decision Making

A
  1. meer kennis
  2. meer ptnt tevredenheid
  3. beter arts-ptnt verhouding
  4. minder herhaalconsulten
  5. betere therapietrouw
  6. goed geïnformeerde ptnt kiest vaker voor een minder invasieve behandeling wat de kosten drukt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Noem de 6 domeinen van kwaliteit van zorg

A
  • veilig
  • effectief
  • patiënt-gericht
  • tijdig
  • efficiënt
  • gelijkwaardig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Noem de drie domeinen van de klassieke indeling om kwaliteit van zorg te meten

A
  • structuur ( context waarin zorg wordt geleverd)
  • proces (dingen die bij mensen worden gedaan)
  • uitkomst (dingen die je aan de patiënt meet)
17
Q

Noem de voor en nadelen van procesmetingen

A

+ direct verbeterpunt
+ koppelen evidence-based zorg
+ niet zo gevoelig voor populatie
- het kijkt maar naar een deel vd zorg
- niet zo relevant voor de patiënt

18
Q

Noem de voor en nadelen van uitkomstmetingen

A

+ relevant voor de patiënt
+ relatief makkelijk te verzamelen
- slechte zorg kan gecompenseerd worden door goede zorg
- geen idee wat er precies slecht gaat
- gevoelig voor case-mix en toevalsvariatie

19
Q

Wat is de definitie van toegangkelijkheid van zorg?

A

Situatie waarin iedereen die behoefte heeft aan zorg, feitelijk deze zorg kan gebruiken binnen redelijke termijnen tegen redelijke kosten

20
Q

Welke 4 vormen van toegankelijkheid zijn er?

A
  • geografisch
  • tijdige toegankelijkheid
  • cultureel
  • financieel
21
Q

Waarom is de verticale HIV-zorg zoals nu in sub-sahara afrika niet meer houdbaar?

A
  • donorgeld neemt af
  • steeds meer gezondheidswerkers nodig
  • hiv-patiënten leven langer –> complexere zorg nodig
  • toenemende scheefgroei tussen HIV en andere zorg
22
Q

Wat zijn de 7 maatstaven van een succesvol gezondheidssysteem (hiv college)

A
  1. kosten
  2. efficiëntie
  3. kwaliteit
  4. haalbaarheid
  5. patiënt-vriendelijkheid
  6. gelijkheid
  7. aanvaardbaarheid