3.1 Flashcards

1
Q

Kracht herkennen

A

Je kan het vaak niet zien maar wel voelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Kracht op ander voorwerp/mens

A

Kan je alleen effect zien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Kracht met beweging

A

Kracht kan een voorwerp zijn beweging veranderen, (bijv snelheid) ook vorm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Soorten krachten

A

Spierkracht
Veerkracht
Spankracht
Zwaartekracht
Magnetische kracht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Aangrijpingspunt

A

Waar kracht uitgeoefend word

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Force

A

F

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Fz

A

Zwaartekracht altijd beneden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly