2014 Heupbenadering, ROGO Flashcards

1
Q

De anterieure benadering naar de heup (Smith-Petersen) gaat oppervlakkig tussen de:

  1. Sartorius en tensor fascia latae
  2. Tensor fascia latae en gluteus medius
  3. Tensor fascia latae en gluteus maximus
  4. Sartorius en gluteus medius
A
  1. Sartorius en tensor fascia latae
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

De gluteus maximus wordt geinnerveerd door de:

  1. N. gluteus superior
  2. N. gluteus inferior
  3. N. femoralis
  4. N. ischiadicus
A
  1. N. gluteus inferior
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

De n. ischiadicus loopt:

  1. Oppervlakkig van de exorotatoren
  2. Tussen de exorotatoren door
  3. Diep van de exorotatoren
A
  1. Tussen de exorotatoren door
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

De belangrijkste bloedvoorziening van de heupkop komt bij volwassenen uit:

  1. Lig capitis femoris
  2. A. circumflexa femoris lateralis (anterieure kapsel)
  3. A. circumflexa femoris medialis (posterieure kapsel)
A
  1. A. circumflexa femoris medialis (posterieure kapsel)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

De anterolaterale benadering naar de heup (Watson-Jones benadering) gaat tussen de:

  1. Tensor fascia latae en de gluteus medius
  2. Sartorius en gluteus medius
  3. Gluteus medius en gluteus maximus
  4. Deze benadering gaat niet tussen twee spieren door, maar gebruikt een split van de gluteus medius
A
  1. Tensor fascia latae en de gluteus medius
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

De ‘straight-lateral’ benadering gebruikt geen ‘internervous plane’

  1. Waar
  2. Niet waar
A
  1. Waar
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

De exorotatoren die standaard bij de posterieure benadering worden losgemaakt van het femur zijn:

  1. Piriformis, gemellus superior, obturator internus en gemellus inferior
  2. Piriformis, gemellus superior, obturator externus en gemellus inferior
  3. Gemellus superior, obturator internus, gemellus inferior, quadratus femoris
  4. Gemellus superior, obturator externus, gemellus inferior, quadratus femoris
A
  1. Piriformis, gemellus superior, obturator internus en gemellus inferior
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

De tensor fascia latae wordt geinnerveerd door de:

  1. N. gluteus inferior
  2. N. femoralis
  3. N. gluteus superior
  4. N. ischiadicus
A
  1. N. gluteus superior
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Ter hoogte van de spina iliaca anterior superior loopt de n. cutaneus femoris lateralis:

  1. Tussen de m. sartorius en m. tensor fasciae latae
  2. Mediaal van de m. sartorius
  3. Lateral van de m. tensor fasciae latae
A
  1. Mediaal van de m. sartorius
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

De m. rectus femoris heeft zijn orgio aan:

  1. Spina iliaca anterior superior
  2. Spina iliaca anterior inferior
  3. Spina iliaca posterior
A
  1. Spina iliaca anterior inferior
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

De nervus gluteus superior innerveert niet de:

  1. M. gluteus minimus
  2. M. gluteus medius
  3. M. gluteus maximus
  4. M. tensor fascia latae
A
  1. M. gluteus maximus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly